Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

5.11.2 Gasstraat; 5.11.3 Installatie Gasstraat; 5.11.4 Gasdruk - Riello RS 810/EV BLU Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Gasventilatorbrander
Inhoudsopgave

Advertenties

5.11.2 Gasstraat

Gehomologeerd volgens de norm EN 676, en wordt afzonderlijk
geleverd.

5.11.3 Installatie gasstraat

Onderbreek
hoofdschakelaar van de inrichting.
GEVAAR
Controleer of geen gaslekken aanwezig zijn.
Let op voor de beweging van de gasstraat: gevaar
op beknelling van ledematen.
Controleer of de gasstraat correct geïnstalleerd is
en of er geen brandstoflekken zijn.
De bediener dient de uitrusting, nodig voor het
uitvoeren van de installatie, te gebruiken.

5.11.4 Gasdruk

Tab.
K
geeft
de
minimale
gastoevoerleiding aan als een functie van de maximale
branderuitgang.
De waarden vermeld in Tab. K verwijzen naar:
Aardgas G 20 Cal.ond.w. 9,45 kWu/Sm
Aardgas G 25 Cal.ond.w. 8,13 kWu/Sm
Kolom 1
Drukverlies branderkop.
Gasdruk gemeten op meetpunt P1)(Afb. 24), met:
Verbrandingskamer 0 mbar
Brander die op het maximale vermogen werkt
Branderkop afgesteld zoals op pag. 22.
20163085
de
stroomtoevoer
met
20162279
Afb. 24
P1
P4
lastverliezen
langs
3
(8,2 Mcal/Sm
3
(7,0 Mcal/Sm
Installatie
Kolom 2
Drukverlies gassmoorklep 10)(Afb. 22) met maximumopening:
90°.
Om het ruw geschatte vermogen van de werking van de brander
bij MAX te kennen:
trek van de gasdruk bij het meetpunt P1)(Afb. 24) de druk in
de
de verbrandingskamer af.
Zoek in Tab. K van de brander de drukwaarde die het dichtst
bij het resultaat van de aftrekking ligt.
Lees aan de linkerkant het overeenkomstige vermogen af.
Voorbeeld RS 810/EV BLU met aardgas G20:
Werking op MAX-vermogen
Gasdruk op het afnamepunt P1)(Afb. 24)
Druk in de verbrandingskamer
Een druk van 25.6 mbar, kolom 1, komt in Tab. K overeen met
een vermogen van 5740 kW.
Het betreft hier slechts een eerste schatting; het werkelijke debiet
wordt daarna gemeten op de gasmeter.
Om daarentegen de noodzakelijke gasdruk op het meetpunt
P1)(Afb. 24) te kennen, na vaststelling van het maximum
modulatievermogen waarmee de brander moet werken:
zoek in Tab. K van de brander de waarde voor het vermogen
die het dichtst in de buurt van de gewenste waarde ligt.
Lees aan de rechterkant, kolom 1, de druk bij het meetpunt
P1)(Afb. 24).
Tel bij deze waarde de veronderstelde druk in de
verbrandingskamer op.
Voorbeeld RS 810/EV BLU met aardgas G20:
Gewenst MAX-vermogen: 5740 kW
Gasdruk bij een vermogen van 5740 kW
Druk in de verbrandingskamer
benodigde druk op het afnamepunt P1)(Afb. 24).
De gegevens van het thermisch vermogen en
de gasdruk betreffen de werking met open
gassmoorklep (90°).
LET OP
kW
3500
4250
5000
de
5750
6500
7250
3
8010
)
3
)
24
NL
27.6 - 2 =
25,6 + 2 =
1 p (mbar)
G 20
G 25
G 20
9,5
14,0
0,4
14
20,6
0,6
19,4
28,5
0,9
25,6
37,7
1,2
32,7
48,1
1,5
40,7
59,9
1,9
49,7
73,0
2,3
=
27.6 mbar
=
2 mbar
25.6 mbar
=
25,6 mbar
=
2 mbar
27,6 mbar
2 p (mbar)
G 25
0,6
1,0
1,4
1,8
2,3
2,9
3,5
Tab. K

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

S032t220160292

Inhoudsopgave