Inhoudsopgave
Advertenties
4.8
Testketel
De combinatie brander-ketel stelt geen enkel probleem als de
ketel EG gehomologeerd is, en als de afmetingen van de
verbrandingskamer de waarden in het diagram (Afb. 3)
benaderen.
Indien de brander moet toegepast worden op een ketel zonder
EG homologatie en/of waarvan de afmetingen van de
verbrandingskamer duidelijk kleiner zijn dan diegenen die
worden aangeduid in het diagram, moeten de constructeurs
geraadpleegd worden.
De werkingsvelden zijn het resultaat van testen met speciale
proefketels, volgens norm EN 267.
4.9
Ketels in de handel
De branders RL 190/M zijn uitsluitend bedoeld
voor
verbrandingskamers
afmetingen volgens EN 304, met afvoer van de
rookgassen van de bodem, bijvoorbeeld drie
LET OP
circulaties van rookgassen (geen ketels met
rookgasinversie), die toegankelijk zijn via een
deur.
Maximale dikte van de voorwand van de ketel:
250 mm, zie Afb. 4.
4.9.1
Rookkanalen
Sommige normen geven aanwijzingen voor de juiste installatie
van de rookkanalen, die de ketel en het rookkanaal of de
schoorsteen verbinden.
Het wordt in ieder geval aanbevolen om de volgende
aanwijzingen te respecteren:
de rookkanalen moeten altijd en exclusief een stijgende
richting hebben;
veranderingen van richting mogen alleen worden bereikt
door het gebruik van gebogen elementen;
de hoek die gevormd wordt tussen de as van de
aansluitende ingang en de as van het rookkanaal of
schoorsteen mag niet groter zijn dan 45°.
Technische beschrijving van de brander
met
minimale
In
Afb.
3
zijn
proefverbrandingskamer aangegeven.
Voorbeeld:
Debiet 200 kg/h: diameter 80 cm - lengte 3,5 m.
MODULATIEVERHOUDING
De modulatieverhouding in testketels volgens de norm (EN 267
voor gasolie) is 2:1.
D1276
11
NL
de
diameter
en
de
lengte
D688
van
de
Afb. 3
Afb. 4
20166450
Advertenties
Inhoudsopgave
