Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

HP OfficeJet Pro 9130b Series Gebruikershandleiding pagina 115

Inhoudsopgave

Advertenties

Tabel 9-3
Achteraanzicht van printer
Functie
1
2
Probeer een werkende telefoon en een werkend telefoonsnoer aan te sluiten op de telefoonaansluiting die u
voor de printer gebruikt en controleer of u een kiestoon hoort. Als u geen kiestoon hoort, neemt u contact op
met uw lokale telefoonmaatschappij voor onderhoud.
Andere apparatuur die gebruik maakt van dezelfde telefoonlijn als de printer, kan in gebruik zijn. U kunt de
printer bijvoorbeeld niet gebruiken om te faxen als er een extra telefoontoestel van de haak is of als u een
inbelmodem van een computer gebruikt om een e-mail te verzenden of toegang te krijgen tot internet.
Controleer of een ander proces een fout heeft veroorzaakt. Controleer of er een foutbericht over het
probleem wordt weergegeven op het beeldscherm of uw computer en hoe u dit probleem kunt oplossen. Als
er een fout is opgetreden, kan de printer pas faxen verzenden of ontvangen als de fout is opgelost.
Er is sprake van ruis op de telefoonlijn. Telefoonlijnen met een slechte geluidskwaliteit (ruis) kunnen
faxproblemen veroorzaken. Controleer de geluidskwaliteit van de telefoonlijn door een telefoontoestel op
een wandcontactdoos voor de telefoon aan te sluiten en door vervolgens te luisteren of er sprake is van
storingen of andere ruis. Schakel Foutcorrectiemodus uit als u ruis hoort en probeer nogmaals te faxen. Als
het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij.
Als u een digitale telefoonaansluiting (DSL-service) gebruikt, moet u een DSL-filter gebruiken om goed te
kunnen faxen.
Controleer of de printer niet is aangesloten op een telefoonwandcontactdoos die is ingesteld voor digitale
telefoons. Als u wilt controleren of uw telefoonlijn digitaal is, sluit u een gewone analoge telefoon aan op de
lijn en luistert u of er een kiestoon is. Als u geen normale kiestoon hoort, is de telefoonlijn mogelijk ingesteld
voor digitale telefoons.
Als u een PBX of een ISDN-adapter (Integrated Services Digital Network) gebruikt, moet de printer zijn
aangesloten op de juiste poort en moet de adapter zijn ingesteld op het juiste type switch voor uw land/regio
(als dat mogelijk is).
Beschrijving
Telefoonaansluiting op de wand.
Gebruik een telefoonsnoer van minimaal 26 AWG en sluit deze aan op de
printer.
VOORZICHTIG:
Gebruik uitsluitend 26 AWG of hoger (bijvoorbeeld 24 AWG) UL-vermelde
of CSA-gecertificeerde telecommunicatiesnoeren om het risico op brand te verminderen.
De printer ondervindt problemen bij het verzenden en ontvangen van faxen
poort van de
107

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave