10.
Voer het e-mailadres in.
11.
Druk op [OK].
12.
Selecteer [E-mail / Internetfax-bestemming] of [Alleen Internet faxbestemming].
Als [E-mail / Internetfax-bestemming] is opgegeven, worden geregistreerde e-mailadressen
weergegeven in de weergave van internetfaxadressen, in de weergave van e-mailadressen in het
scherm met faxfuncties en in de adresweergave in het scherm met scannerfuncties.
Als [Alleen Internet faxbestemming] is opgegeven, worden geregistreerde e-mailadressen alleen
weergegeven in de weergave van internetfaxadressen in het scherm met faxfuncties.
13.
Als u internetfax wilt gebruiken, geeft u op of u "Verz. via SMTP server" wilt gebruiken.
14.
Druk op [OK].
15.
Sluit het scherm Adresboek.
• Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
• Bij het gebruik van het Smart Operation Panel
Druk op [Gebruikersinstellingen/Teller] (
Een e-mailbestemming verwijderen
1.
Open het Adresboek-scherm.
• Bij gebruik van het standaard bedieningspaneel
Druk op de [Home]-knop links onderin het bedieningspaneel en druk op het pictogram
[Adresboekmanagement] op het [Home]-scherm.
• Bij het gebruik van het Smart Operation Panel
Druk op de [Home]-knop links boven in het bedieningspaneel. Veeg naar links en druk
vervolgens op het pictogram [Adresboekmanagement] op Home-scherm 4.
2.
Controleer of [Programmeren/Wijzigen] geselecteerd is.
Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail
) rechts bovenaan het scherm.
123