Voorwoord Uw machine Uw machine Algemeen De in deze bedieningsinstructies beschre- ven heftrucks voldoen aan de van toepassing zijnde normen en veiligheidsvoorschriften. Als de heftruck op de openbare weg wordt gebruikt, moet hij voldoen aan de daarvoor geldende nationale wetgeving. De vereiste rijvergunning voor de machine moet bij de verantwoordelijke instantie worden aange- vraagd.
Voorwoord Uw machine EG-conformiteitsverklaring Verklaring STILL S.A.S 4, avenue de la Libération Square John Saxby B.P 50129 60160 Montataire CEDEX FRANCE Wij verklaren dat de machine volgens deze bedieningsinstructies Machine Model volgens deze bedieningsinstructies in overeenstemming is met de meest recente versie van de Machinerichtlijn 2006/42/EG.
Pagina 12
Voorwoord Uw machine De EG-conformiteitsverklaring moet zorgvul- gevallen toegankelijk worden gemaakt voor dig worden opgeborgen en in voorkomende de verantwoordelijke instanties. 50168070009 [NL]...
Voorwoord Informatie over de documentatie Informatie over de documentatie Omvang van de documentatie • Bedieningsinstructies • Bedieningsinstructies voor aanbouwdelen (speciale uitrusting) • Lijst van reserveonderdelen • Voorschriften voor het gebruik van indus- triële machines van de VDMA (de Duitse brancheorganisatie voor de machine- en installatiebouw) Deze bedieningsinstructies beschrijven alle noodzakelijke maatregelen voor het veilig...
Pagina 14
Voorwoord Informatie over de documentatie de verantwoordelijke personen”, blz. 26) moet erop toezien dat alle bestuurders deze instructies ontvangen, gelezen en begrepen hebben. Dank u voor het lezen en opvolgen van deze bedieningsinstructies. Mocht u nog vragen of verbeteringsvoorstellen hebben, of als u eventuele fouten ontdekt, kunt u contact opnemen met uw servicecentrum.
Uitgavedatum en actualiteit van deze handleiding De uitgavedatum van deze bedieningshand- leiding vindt u op de omslag. STILL ontwikkelt zijn heftrucks continu verder. Wij wijzen erop dat wijzigingen voorbehouden zijn en dat claims op basis van de informatie in deze handleiding niet kunnen worden gehonoreerd.
Voorwoord Informatie over de documentatie Verklaring van gebruikte symbolen GEVAAR Verplichte procedure om levensgevaar of letsel te voorkomen. WAARSCHUWING Verplichte procedure om letsel te voorkomen. LET OP Verplichte procedure om beschadiging en/of ver- nieling van materiaal te voorkomen. OPMERKING Voor technische vereisten die om bijzondere aandacht vragen.
Voorwoord Informatie over de documentatie Definiëring van de richtingen De in de tekst gebruikte aanduidingen: vooruit (1), achteruit (3), rechts (2) en links (4) hebben betrekking op de plaats van de componenten ten opzichte van het bestuurderscomparti- ment, met de last naar de voorzijde gericht. LET OP Stuurrichting: als de machine vooruitrijdt en de stuurinrichting één omwenteling naar rechts wordt...
Voorwoord Milieuoverwegingen Milieuoverwegingen Verpakking Bij aflevering van de heftruck zijn bepaalde onderdelen verpakt ter bescherming tijdens het transport. Deze verpakking moet volledig worden verwijderd voordat de heftruck voor het eerst wordt gestart. MILIEUVOORSCHRIFT Het verpakkingsmateriaal moet na levering van de heftruck op de juiste manier worden afgevoerd.
Inleiding Technische beschrijving Technische beschrijving De elektrische meeloop- en meerijpallettrucks Afgegeven vermogen van de pompeenheid: van het type EXU-SF zijn ontworpen voor het 2,2 kW (S3=15%) transporteren van pallets met een maximum- gewicht van 2000 kg in de laadruimte van Rijden vrachtwagens en in magazijnen en fabrieken.
Pagina 21
Inleiding Technische beschrijving door een korte bedieningstijd, een laag traag- Speciale uitrusting: heidsmoment en een koppeloverbrenging • Breedte buitenzijde vorken = 520 mm zonder hoekspeling. • Breedte buitenzijde vorken = 670 mm Remmen: • Behuizing voor batterij type TROG 113 van 360 Ah •...
Inleiding Gebruik van de machine Gebruik van de machine Beoogd gebruik LET OP Deze machine is ontworpen voor het transporteren van lasten op pallets of in voor dit doel geconstrue- erde industriële containers, en voor het in- en uits- laan van pallets (indien nodig op een vrachtwagen). De afmetingen en capaciteiten van de aanhangwa- gens, pallets of containers moeten zijn afgestemd op de te transporteren last en moeten een goede...
Inleiding Gebruik van de machine Niet goedgekeurd gebruik Voor elk gevaar voortvloeiend uit het ongeoor- loofde gebruik van de machine is het bedrijf dat de machine gebruikt of de bestuurder ver- antwoordelijk en niet de fabrikant (zie ook ⇒ Hoofdstuk ”Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen”, blz.
Pagina 24
Inleiding Gebruik van de machine gelegde gegevens en specificaties (zie ⇒ Deel ”Vóór u gaat rijden”, blz. 5-79). De machine is geschikt voor gebruik binnen en buiten (temperatuurbereik -20 °C tot +40 °C). Indien uw heftruck in een koelhuis zal worden gebruikt, moet hij hiervoor speciaal worden voorbereid en indien nodig goedgekeurd (zie ⇒...
Inleiding Restrisico’s Restrisico’s Overige gevaren en risico’s Ondanks zorgvuldig werken en het opvolgen van de normen en voorschriften kunnen verdere risico’s tijdens het gebruik van de machine niet volledig worden uitgesloten. De machine en alle overige systeemcompo- nenten voldoen aan de actuele veiligheids- vereisten.
Inleiding Restrisico’s • Gebruik van verkeerde vloeistoffen en smeermiddelen • Overschrijding van testintervallen De fabrikant is niet verantwoordelijk voor ongevallen met de heftruck voortvloeiend uit het bewust of door onachtzaamheid negeren van deze voorschriften door het bedrijf dat de heftruck gebruikt. Stabiliteit De stabiliteit van de machine is getest vol- gens de nieuwste technologische normen...
Pagina 27
Inleiding Restrisico’s bestuurder er niet zeker van is dat hij de machine naar behoren en zonder kans op ongevallen kan gebruiken, moet er bij de fabrikant om goedkeuring worden gevraagd. 50168070009 [NL]...
Inleiding Restrisico’s Overzicht van gevaren en tegen- maatregelen OPMERKING Deze tabel is bedoeld als hulpmiddel bij het beoordelen van de gevaren in uw bedrijf en geldt voor alle heftrucktypes. Hij maakt geen aanspraak op volledigheid. OPMERKING Volg de nationale voorschriften van uw land Gevaar Maatregel Afvinken...
Pagina 29
Inleiding Restrisico’s Maatregel Gevaar Afvinken Opmerkingen √ uitgevoerd - niet van toepassing Verontreinigde lucht Beoordeling van TRGS 554 en dieseluitlaatgassen BetrSichVO (verordening betreffende de veiligheid op de werkplek) Beoordeling van MAC-lijst (maximaal LPG-uitlaatgassen aanvaardbare concentraties op de werkplek) en BetrSichVO (verordening betreffende de veiligheid op de...
Pagina 30
Inleiding Restrisico’s Maatregel Gevaar Afvinken Opmerkingen √ uitgevoerd - niet van toepassing a) Diesel Volg de richtlijnen op van de BetrSichVO (verordening betreffende de veiligheid op de werkplek), de bedieningsinstructies en de VDMA (Duitse brancheorganisatie voor de machine- en installatiebouw) b) LPG Volg de richtlijnen op van BGV D34, de be-...
Inleiding Restrisico’s Maatregel Gevaar Afvinken Opmerkingen √ uitgevoerd - niet van toepassing Kwaliteit van rijweg Rijwegen reinigen/vrij- BetrSichVO onvoldoende maken (verordening betreffende de veiligheid op de werkplek) Lastdrager Last opnieuw op de BetrSichVO verkeerd/verschoven pallet plaatsen (verordening betreffende de veiligheid op de werkplek) Onvoorspelbaar Personeelstraining...
Pagina 32
Inleiding Restrisico’s opstellen (§ 6 ArbSchG) en de bestuurder hierover informeren. Er moet een voor ge- zondheids- en veiligheidszaken verantwoor- delijke persoon worden aangewezen. De constructie en de uitrusting van de machine voldoen aan de machinerichtlijn 2006/42/EG, wat wordt aangegeven door de CE-markering.
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen Bedrijf dat de heftruck gebruikt Het bedrijf dat de heftruck gebruikt, is de natuurlijke of wettelijke persoon of groep die met de heftruck werkt of in wiens opdracht met de heftruck wordt gewerkt.
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen cialist dient tevens op de hoogte te zijn van de nieuwste technologische ontwikkelingen met betrekking tot de te controleren hef- truck en van de gevaren die een dergelijke controle met zich meebrengt. Deskundige Een deskundige is iemand die op grond van zijn technische opleiding en ervaring over vol-...
Pagina 36
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen Rechten en plichten van en voorschriften voor de bestuurder De bestuurder dient te zijn geïnformeerd over zijn rechten en plichten. De bestuurder dient over de benodigde rechten te beschikken. De bestuurder dient persoonlijke bescher- mingsmiddelen te gebruiken (beschermende kleding, veiligheidsschoenen, veiligheids- helm, industriële veiligheidsbril en veiligheids-...
Wij wijzen u er nadrukkelijk op dat onderdelen, voorzetapparaten en accessoires van andere fabrikanten niet zijn getest en goedgekeurd door STILL. LET OP Het monteren en/of gebruiken van dergelijke pro- ducten kan daarom de ontwerpkenmerken van uw machine negatief beïnvloeden en daardoor de ac-...
Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik u zich ervan bewust zijn dat elke verandering aan de constructie van de machine het rijge- drag en de stabiliteit van de machine kan beïn- vloeden en tot ongevallen kan leiden. Neem daarom voor elke aanpassing eerst contact op met de fabrikant.
Veiligheidscontroles Regelmatige veiligheidsinspectie van de heftruck Veiligheidsinspectie op basis van tijd en ongebruikelijke voorvallen STILL GmbH Hamburg Het bedrijf dat de heftruck gebruikt (zie ⇒ Hoofdstuk ”Definitie van de termen voor Regelmäßige Prüfung de verantwoordelijke personen”, blz. 26) moet (FEM 4.004) ervoor zorgen dat de heftruck ten minste één...
Pagina 40
Veiligheid Veiligheidscontroles isolatieweerstand dient ten minste éénmaal per jaar te worden getest volgens DIN 57117 en DIN 43539, VDE 0117 en VDE 0510. OPMERKING De elektrische installatie van de machine en de batterijen dienen afzonderlijk te worden gecontroleerd. Isolatieweerstand van batterij meten OPMERKING Nominale batterijspanning <...
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken mid- delen Toegestane middelen GEVAAR Het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften m.b.t. te gebruiken middelen kan leiden tot letsel, fatale ongelukken of schade aan het milieu. –...
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Langdurig intensief contact met de huid kan tot verschraling en irritatie van de huid leiden! – Voorkom aanraking en inslikken. – Draag veiligheidshandschoenen. – Was na contact de huid met zeep en water en gebruik vervolgens een huidbeschermingsmiddel.
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Deze vloeistoffen zijn gevaarlijk voor de gezondheid en staan tijdens het gebruik van de heftruck onder druk. – Zorg ervoor dat deze vloeistoffen niet met de huid in aanraking komen. –...
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Batterijzuur bevat verdund zwavel- zuur. Dit is bijtend. – Draag bij het werken met batterij- zuur altijd beschermende kleding en een veiligheidsbril. – Laat geen zuur op de kleding, op de huid of in de ogen komen;...
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Emissies Geluidsemissies De waarden zijn vastgesteld volgens de me- thodes van de Europese norm EN 12053 (betreffende geluidsmetingen voor motoraan- gedreven machines op basis van de normen ISO 11201 en EN ISO 3744 en in overeen- stemming met de norm EN ISO 4871).
Pagina 46
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Gewogen effectieve waarde van de belasting van 1,02 m/s het lichaam door acceleratie (voeten of zitvlak): Onzekerheid K ±0,33 m/s Studies hebben aangetoond dat de amplitude van de trillingen op hand en arm aan het stuur en aan de bedieningselementen van de machines kleiner is dan 2,5 m/s .
Veiligheid Veiligheidsvoorzieningen Veiligheidsvoorzieningen Plaats van de veiligheidsvoorzieningen Belangrijkste veiligheidsvoorzieningen van de machine Noodstophendel Zijbescherming voor de bestuurder Disselstandsensor Afdekking met bouten vastgezet Veiligheids-omkeerschakelaar Dodemanssensor van het platform Meerijbediening (geval 1) • de beide zijbeschermingen zijn geopend, • het platform is geopend (onderste positie), •...
Veiligheid Veiligheidsvoorzieningen • de ”dodemans”sensor registreert de aan- wezigheid van de bestuurder op het plat- form, • de dissel bevindt zich in de werkstand: De machine kan zowel met als zonder last 6 km/h rijden. Meeloopbediening • de beide zijbeschermingen zijn gesloten, •...
Pagina 49
Veiligheid Veiligheidsvoorzieningen GEVAAR Ga niet op de vorken staan. 50168070009 [NL]...
Veiligheid Veiligheidsvoorzieningen Beschadiging, defecten en misbruik van veiligheidsvoorzieningen De bestuurder moet alle eventuele bescha- digingen of andere defecten van de heftruck of voorzetapparatuur onmiddellijk bij het toe- zichthoudend personeel melden. Heftrucks en voorzetapparaten die niet goed werken of niet veilig zijn, mogen niet worden gebruikt tot zij afdoende zijn gerepareerd.
Pagina 53
Overzichten Overzicht Schokdempers Rollen Stabilisatorrol Batterij Stuurbekrachtigingsmotor Regeleenheid voor de rijaandrijving Regeleenheid van de stuurinrichting Batterijdeksel Vork Zekeringhouder 50168070009 [NL]...
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Bedienings- en weergave-elementen Bedieningselementen op de dissel Hendel Rijschakelaar Vorken laten dalen Vorken heffen Claxon Rijschakelaar Veiligheids-omkeerschakelaar 50168070009 [NL]...
Pagina 55
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen WAARSCHUWING Verwondingsgevaar De veiligheidsvoorschriften moeten strikt worden opgevolgd. De bedieningselementen moeten altijd vrij toegan- kelijk zijn. Zorg dat de toegang tot de bedienings- elementen op geen enkele wijze wordt belemmerd. Raak nooit bewegende delen van de machine aan en ga nooit op bewegende delen staan.
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Combidissel Combidissel uitklappen – Trek aan de vergrendeling om de dissel te ontgrendelen. – Trek aan de handgreep van de dissel om de dissel uit te klappen. 50168070009 [NL]...
Pagina 57
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen – De dissel is uitgeklapt. Combidissel inklappen – Duw tegen de handgreep van de dissel om de dissel in te klappen. 50168070009 [NL]...
Pagina 58
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Meelooppositie met ingeklapte dissel Voor deze configuratie geldt: • de zijsteunen zijn ingeklapt • het platform is opgeklapt • de dissel is ingeklapt • de rijsnelheid bedraagt 4 km/h Meelooppositie met uitgeklapte dissel Voor deze configuratie geldt: •...
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Meerijpositie Voor deze configuratie geldt: • de zijsteunen zijn uitgeklapt • het platform is neergeklapt • de dissel is ingeklapt • de rijsnelheid bedraagt 9 km/h LET OP In meerijpositie mag de combidissel niet uitgeklapt zijn. Anders zal de machine niet starten.
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Aan-/uitschakelaar Met de schakelaar worden twee rijmodi aangestuurd. • ”Schildpad”stand: langzaam accelereren en vertragen; lage snelheid • ”Haas”stand: snel accelereren en vertragen – Om de machine in beweging te brengen, moet de contactsleutel (1) in de gewenste stand worden gedraaid.
Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Noodstophendel – Door op de noodstophendel (1) te drukken, worden alle machinefuncties geblokkeerd. – Om de werkzaamheden te kunnen hervat- ten, dient u de oorzaak van de noodsituatie weg te nemen, de dissel in de ruststand laten komenm en de noodstophendel te ontgrendelen door hem omhoog te trekken.
Overzichten Zijbescherming Zijbescherming Omschrijving De zijbeschermingen zijn ontworpen om de bestuurder zijdelings te beschermen wanneer de machine meerrijdend wordt bediend. Er zijn twee standen: – Stand ”A” = zijbeschermingen gesloten: stand die wordt gebruikt als de bestuurder met de machine meeloopt en het platform geheven of gedaald is (in dit geval is de rijsnelheid beperkt tot 6 km/h).
Overzichten Zijbescherming Bedrijfsveiligheid Zie ⇒ Deel ”Plaats van de veiligheidsvoorzie- ningen”, blz. 3-39. GEVAAR Ga niet op de zijbeschermingen zitten. GEVAAR Klim niet op de zijbeschermingen. 50168070009 [NL]...
Overzichten Platform Platform Omschrijving Er zijn drie platformstanden: Bij geheven platform en geopende zijbescher- mingen is de rijaandrijving geblokkeerd. Stand ”A” = platform geheven: deze stand wordt gebruikt bij meeloopbediening en met Platform bewegen de zijbeschermingen gesloten. In deze stand kan er worden gereden en is de snelheid van Om het platform te heffen of te laten dalen, de machine beperkt tot 4 km/h.
Pagina 68
Overzichten Platform Bedrijfsveiligheid GEVAAR Zie ⇒ Deel ”Plaats van de veiligheidsvoorzie- Gevaar om van het platform te vallen. ningen”, blz. 3-39. Ga op de juiste manier tussen de beide zijbescher- mingen op het platform staan. Neem bochten met een lage snelheid. 50168070009 [NL]...
Overzichten Markeringen Markeringen Posities van markeringen ”STILL”-label Label ”platformdrukschema” ”Informatie”sticker (uitvoering zonder digi- Fabrieksplaatje (helemaal links van de code) batterijstekker in de batterijbak) Logo ”EXU-SF” UVV-ondersteuning (alleen Duitsland) Label ”voor aanbrengen van stroppen” UVV-plaatje (alleen Duitsland) Label voor gelbatterij, indien van toepassing Label ”beknellingsgevaar voor voeten”...
Overzichten Markeringen Labels Bedieningsinstructies Hef geen last als de initiële heffing zich in de Hijsstroppen bevestigen - zie bedieningsin- bovenste stand bevindt structies Ga niet onder een geheven last staan UVV-ondersteuning (alleen Duitsland) Niet op klimmen UVV-plaatje (alleen Duitsland) Ga niet op de vorken staan Fabrieksplaatje Beknellingsgevaar voor handen Lastindicatieplaatje (voorbeeld)
Pagina 71
Overzichten Markeringen Label voor boord-batterijlader Selectie van handmatige of automatische Netstekker (boord-batterijlader) modus (alleen EXU-H met automatische ”Stekker”label heffing) Vulplug van hydraulisch systeem Selectie van modus automatisch heffen/da- Maximumdruk (voorbeeld) Schema voor platformdruk (voorbeeld) Pijlen Label met bedrijfsmodusindicatie Koelhuisuitvoering Label voor regeleenheid voor de rijaandrij- ”Cockpit”label Stop ving...
Overzichten Toegang Toegang Toegang tot de inwendige onderde- – Voor toegang tot de inwendige onderdelen van de heftruck (elektronische, elektrische en mechanische onderdelen) volgt u de instructies in hoofdstuk ⇒ Deel ”Toegang tot het technisch compartiment”, blz. 6-131. – Voer toegang tot de batterij (1) en aanslui- tingen (2) ontgrendelt u het deksel (3) en licht het omhoog.
Gebruik Beoogd gebruik Beoogd gebruik LET OP Deze machine is ontworpen voor het transporteren van lasten op pallets of in voor dit doel geconstrue- erde industriële containers, en voor het in- en uits- laan van pallets (indien nodig op een vrachtwagen). De afmetingen en capaciteiten van de aanhangwa- gens, pallets of containers moeten zijn afgestemd op de te transporteren last en moeten een goede...
Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Dagelijkse controles en handelingen voorafgaand aan het gebruik LET OP • Controleer of de veiligheids-omkeerscha- kelaar goed werkt (zie ⇒ Deel ”Vei- Gebruik de machine niet als deze (of de accessoi- ligheids-omkeerschakelaar controle- res ervan) beschadigd of defect is.
Pagina 78
Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname • Het besturen van de machine is bij alle machines voorbehouden aan personeel dat volledig en afdoende hierin is getraind en dat indien nodig wordt bijgeschoold. • Voor het besturen van een door een motor aangedreven machine met meerijbedie- ning, is een rijbewijs vereist.
Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Batterij aansluiten (batterijlader voor wandmontage) – Open het batterijdeksel. – Verwijder de batterijstekker (1) uit de con- tactdoos van de lader voor wandmontage en steek de stekker in de contactdoos (2) van de machine. 50168070009 [NL]...
Gebruik Ingebruikname Ingebruikname Starten OPMERKING Controleer de machine visueel vóór u hem start (zie ⇒ Deel ”Dagelijkse controles en handelingen voorafgaand aan het ge- bruik”, blz. 5-69). – Sluit de batterijstekker (1) aan. – Trek aan de noodstophendel (2). – Zet de dissel verticaal. –...
Gebruik Ingebruikname Informatie op het combi-display controleren Het instrument kan verschillende functies van de machine weergeven: Ontlaadindicator De ontlaadindicator (3) werkt nadat de bat- terijstekker is aangesloten. Door bewaking van het ontladingsproces wordt diepontlading van de batterij voorkomen. Als de batterij volledig geladen is, branden alle 10 statusbalkjes.
Gebruik Ingebruikname Veiligheids-omkeerschakelaar controleren Werking van de veiligheids-omkeerscha- kelaar Als er op de veiligheids-omkeerschakelaar (2) wordt gedrukt, rijdt de machine vooruit. Als de machine in krappe ruimtes zoals een lift wordt bestuurd, kan de bestuurder als hij niet oppast tegen de liftwand botsen. Als dit gebeurt en de machine niet over een veiligheids-omkeerschakelaar beschikt, zou de dissel de bestuurder kunnen verwonden.
Gebruik Ingebruikname Rem controleren LET OP Voer deze controle uit op een vlakke ondergrond. – Controleer tijdens het rijden de werking van de rem door de dissel in de zones (A) en (C) te kantelen. In deze twee zones wordt de machine tot stilstand gebracht en wordt de aandrijfeenheid niet meer van stroom voorzien.
Gebruik Ingebruikname Noodstopfunctie controleren – Rijd langzaam vooruit. – Druk op de noodstophendel (1): de ma- chine stopt. – Trek aan de noodstophendel (1): de machine is bedrijfsgereed. Claxon controleren – Bedien de claxonknop (1). De claxon klinkt. 50168070009 [NL]...
Gebruik Rijden Rijden Veiligheidsvoorschriften voor het rijden Rijgedrag De bestuurder moet zich tijdens het rijden binnen het bedrijf aan de voorschriften voor het wegverkeer houden. De rijsnelheid moet worden aangepast aan de rijomstandigheden. Zo moet de bestuurder bijvoorbeeld in boch- ten, tijdens het binnenrijden van en rijden door nauwe doorgangen, tijdens het rijden door klapdeuren, op onoverzichtelijke plaatsen en...
Gebruik Rijden Zicht tijdens het rijden De bestuurder moet in de rijrichting kijken en altijd een voldoende zicht op de door hem bereden baan hebben. Vooral bij het ach- teruitrijden moet hij zeker zijn, dat de rijbaan vrij is. Als goederen worden getransporteerd waardoor het zicht wordt gehinderd, moet hij met de last achterop rijden.
Gebruik Rijden Vóór u gaat rijden Personen in de gevarenzone Voordat u de machine start en tijdens uw werkzaamheden dient u te controleren of er zich geen personen in de gevarenzone bevin- den. Als er zich personen in de gevarenzone bevinden, dient u hen ruim van tevoren te waarschuwen.
Pagina 88
Gebruik Rijden Afmetingen van de verkeersroutes en manoeuvreerzones De onderstaande afmetingen en gangpad- breedtes moeten worden aangehouden om te garanderen dat er veilig kan worden gema- noeuvreerd. In bepaalde gevallen moet mo- gelijk worden gecontroleerd of de gangpaden voldoende breed zijn, bijv. als de afmetingen van de last afwijken van de vermelde situatie.
Gebruik Rijden Omstandigheden van verkeersroutes De oppervlakken van verkeersroutes moeten voldoende vlak en schoon zijn en vrij zijn van gevallen voorwerpen. Afvoergoten, spoorwegovergangen en dergelijke moeten vlak zijn en, indien nodig, met rijplanken worden afgedekt zodat de machine er zonder schokken overheen kan rijden.
Gebruik Rijden Gedrag in noodsituaties In een noodgeval kan de voeding van alle functies van de machine worden uitgescha- keld. – Druk op de noodstophendel (1). De ma- chine stopt. – Om de machine opnieuw te starten, ont- grendelt u de noodstophendel (1) door daaraan te trekken.
Gebruik Rijden Rijpositie Er zijn twee rijposities bij de EXU-SF: • Meeloopbediening • Meerijbediening Meeloopbediening De bestuurder bedient de machine lopend, door middel van de bedieningselementen op de disselkop. LET OP De machine mag alleen meelopend worden be- diend als de zijbeschermingen gesloten zijn. LET OP Beknellingsgevaar voor voeten bij meeloopbedie- ning.
Pagina 92
Gebruik Rijden WAARSCHUWING Wanneer de zijbeschermingen helemaal omhoog zijn gebracht, bestaat er gevaar dat uw vingers be- kneld raken tussen de onderzijde van de disselkop en de bovenzijde van de zijbeschermingen. Houd gedurende het rijden altijd de handgrepen van de disselkop vast. 50168070009 [NL]...
Gebruik Rijden Rijden – Draai de contactsleutel in de gewenste stand: de stand (zacht acce- schildpad lereren en vertragen; lage snelheid) of de stand (snel accelereren en vertra- haas gen). – Houd een van de handgrepen van de dissel (1) vast. –...
Pagina 94
Gebruik Rijden WAARSCHUWING Wanneer de zijbeschermingen helemaal omhoog zijn geklapt, bestaat er gevaar dat uw vingers be- kneld raken tussen de onderzijde van de disselkop en de bovenzijde van de zijbeschermingen. Houd gedurende het rijden altijd de handgrepen van de disselkop vast. OPMERKING De rijschakelaars zijn alleen actief als de dissel zich in de werkstand bevindt.
Pagina 95
Gebruik Rijden Claxon – Als er op de knop (5) wordt gedrukt, klinkt er een waarschuwingssignaal. Hiermee kan de bestuurder zijn aanwezigheid kenbaar maken, indien nodig. 50168070009 [NL]...
Gebruik Rijden Besturing De draaistraal (Wa) is afhankelijk van de lengte van de vorken en de batterij (zie ⇒ Paragraaf ”Technische gegevens (VDI)”, blz. 7-161). Draaistraal (Wa) (in mm) Type EXU-SF 1752 / 2171 50168070009 [NL]...
Gebruik Rijden Remmen WAARSCHUWING De gesteldheid van de ondergrond is van invloed op de remweg van de machine. Houd hier tijdens het rijden rekening mee. Zacht remmen – Laat tijdens het rijden de rijschakelaar (2) of (3) los. Middelmatig remmen –...
Gebruik Heffen de machine opnieuw te starten, moet u hem met de sleutel uitschakelen en vervolgens weer inschakelen. Deze tijdsduur kan worden ingesteld tussen 0 en 10 minuten. Deze functie is standaard gedeactiveerd. De uitschakeltijd kan worden ingesteld. Neem contact op met de serviceafdeling. Heffen Heffen WAARSCHUWING...
Gebruik Hanteren van lasten Hanteren van lasten Veiligheidsvoorschriften voor het hanteren van lasten DANGER WAARSCHUWING Volg de onderstaande instructies nauwgezet op al- vorens u lasten oppakt. Raak nooit bewegende de- len van de machine aan en ga nooit op bewegende delen staan (bijv.
Pagina 100
Gebruik Hanteren van lasten gecentreerd is, om te voorkomen dat er delen van de last naar beneden vallen. – Controleer of de breedte van de last ge- schikt is voor de breedte van de lastarmen. Een last oppakken – Nader de last voorzichtig. –...
Gebruik Hanteren van lasten – Laat de last zakken tot de lastarmen vrij zijn. – Rijd de machine in een rechte lijn weg. – Hef de lastarmen opnieuw enkele centime- ters. LET OP Zorg dat u geen lasten naast of achter de machine raakt.
Gebruik Hanteren van lasten Rijden op op- en aflopende hellingen Hellingen moeten altijd worden genaderd met de last naar de bovenkant van de helling gericht. Alleen hellingen die duidelijk zijn aan- gemerkt als verkeersroutes en die overeenko- men met de technische specificaties van de machine kunnen veilig worden gebruikt.
Gebruik Gebruik in koelhuizen (optioneel) Gebruik in koelhuizen (optioneel) Aanduiding Uw machine is voorzien van speciale uitrus- ting voor gebruik in koelhuizen. Hij kan worden gebruikt voor twee werkbereiken en is voor- zien van een label voor koelhuizen. De koelhuisuitrusting van de machine is ontworpen voor speciale oliën (voor de hydraulische installatie en de transmissie) die geschikt zijn voor koelhuizen.
Pagina 104
Gebruik Gebruik in koelhuizen (optioneel) Vóór het starten LET OP De machine moet droog en op bedrijfstemperatuur zijn voordat u hem in het koelhuis gebruikt. – Rijd circa 5 minuten met de machine en bedien de remmen meerdere malen om te controleren of de machine veilig werkt.
Gebruik Storingsdisplay – Laad de batterij op buiten het koelhuis en gebruik een reservebatterij. Storingsdisplay Storingscodes Op het combi-display kunnen storingscodes worden weergegeven. Neem contact op met onze serviceafdeling als er een storingscode wordt weergegeven. OPMERKING Er kunnen vier storingscodes worden weerge- geven.
Pagina 106
Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden LET OP Dit werk moet worden uitgevoerd door uw aftersa- lesservice. – Zet de last neer en koppel de batterijstekker los. – Verwijder het motorpaneel. – Hiervoor zijn twee bouten M5 X 35 (1) nodig. –...
Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden Machine transporteren LET OP Altijd het contact uitschakelen en de batterij loskop- pelen. Hijs de machine nooit op aan de dissel of aan andere punten die niet hiervoor zijn ontworpen. LET OP Gebruik een takel en gevlochten NIET-METALEN stroppen met voldoende hijsvermogen.
Gebruik Omgang met de batterij Omgang met de batterij Batterijtypes De machines kunnen met verschillende bat- terijtypes zijn uitgerust. Houd u aan de infor- matie op het typeplaatje van uw batterij en aan de specificaties in ⇒ Paragraaf ”Technische gegevens (VDI)”, blz. 7-161. WAARSCHUWING Het gewicht en de grootte van de batterij beïnvloe- den de stabiliteit van de machine.
Pagina 109
Gebruik Omgang met de batterij Beveiligd parkeren van de hefwagen Als aan de accu wordt gewerkt moet de hefwagen beveiligd worden geparkeerd, zie. De hefwagen mag pas weer in gang worden gezet als alle afdekkingen gesloten zijn en de accustekker aangesloten is. 50168070009 [NL]...
Gebruik Omgang met de batterij Batterijcompartiment openen/sluiten Openen – Parkeer de machine. – Draai de vergrendelingsknop (1) rechtsom. – Open het batterijdeksel (2) met behulp van de handgreep (3). 50168070009 [NL]...
Pagina 111
Gebruik Omgang met de batterij – Trek aan de hendel (4) voor de batterijaan- sluiting. Sluiten WAARSCHUWING Beknellingsgevaar. Let er bij het sluiten van het batterijdeksel op dat er zich niets tussen het batterijdeksel en de rand van het chassis bevindt. –...
Pagina 112
Gebruik Omgang met de batterij – Sluit het batterijdeksel (2). – Draai de vergrendelingsknop (1) linksom. 50168070009 [NL]...
Gebruik Omgang met de batterij Batterij opladen met een externe lader LET OP De batterij kan beschadigd raken als hij ontladen wordt tot voorbij een bepaalde grenswaarde. – Laad de batterij onmiddellijk op. – Parkeer de heftruck op een veilige plaats. –...
Gebruik Omgang met de batterij Boord-batterijlader LET OP Het is streng verboden om een andere boord- batterijlader dan de aanbevolen lader te gebruiken. Veiligheidsinstructies voor montage en gebruik De boord-batterijlader van het type Charis HF 2+ kan op elk willekeurig 2P+T-stopcontact met 230 V en 16 A worden aangesloten.
Pagina 115
Gebruik Omgang met de batterij niet worden geblokkeerd. Aan de buiten- zijde moet er voldoende luchtcirculatie zijn. De lader van het type Charis HF 2+ is ontwor- pen om: • in de machine te worden ingebouwd, de batterijlader mag nooit los worden gebruikt (buiten de machine), •...
Pagina 116
Gebruik Omgang met de batterij Elektrische specificaties van de lader Netspanning 190 V < U < 260 V 50 / 60 Hz +/-1% (automatische aanpassing) Netfrequentie Geen inschakelstroom op de netaansluiting Maximaal uitgangsvermogen 1040 W +/-3% Maximale uitgangsstroom 35 A +/-2% Nominale batterijspanning 24 V Spanningstolerantie...
Gebruik Omgang met de batterij Indicatielampjes De batterijlader wordt geleverd zonder indi- catielampjes. Er kan alleen een snoer van 2x0,5 mm worden gebruikt om de batterijla- der met de LED van de machine te verbinden. Werking van de LED’s: Fase Groene LED Rode LED Contactdoos losgekoppeld...
Gebruik Omgang met de batterij gangen ”contact A” en ”contact B” elektrisch van elkaar geïsoleerd. • Als de batterijlader alleen op het elektrici- teitsnet is aangesloten, zijn de uitgangen ”contact A” en ”contact B” elektrisch van elkaar geïsoleerd. (Zie bedradingsschema) Keuzeschakelaar voor de laadkarakte- ristiek U selecteert de karakteristiek met de keuze-...
Pagina 119
Gebruik Omgang met de batterij Gedeeltelijk opladen De lader van het type Charis HF 2+ past zich automatisch aan de ladingstoestand van de batterij aan. Hierdoor kan de batterij gedeeltelijk worden opgeladen (”tussentijds opladen”). Bij de berekening van de overlading wordt er rekening gehouden met gedeeltelijk opladen.
Pagina 120
Gebruik Omgang met de batterij vermogen om zichzelf te beschermen (de oplaadperiode wordt in dit geval verlengd). De batterijlader stopt als de microcontroller een temperatuurmeetfout registreert. 50168070009 [NL]...
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag Batterij vervangen Er zijn twee opties: • van bovenaf met een hijsinrichting, • vanaf de zijkant met behulp van een batte- rijtrolley (speciale uitrusting). Het wordt aanbevolen om batterijen met aan- sluitklemmen of onbeschermde aansluitingen te bedekken met een rubbermat, om kortslui- ting te voorkomen.
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag Tijdelijk buiten bedrijf stellen Als de machine voor een langere periode uit gebruik wordt genomen, moet u als volgt te werk gaan: • Reinig de machine zoals beschreven in het hoofdstuk ⇒ Deel ”Machine reini- gen”, blz. 6-132. •...
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag Permanent buiten bedrijf stellen (sloop) Ga als volgt te werk wanneer de machine moet worden gesloopt: • Verwijder de verschillende onderdelen van de machine (afdekkingen, batterij, kettingen, elektromotoren etc.), • Sorteer de onderdelen op soort (bijvoor- beeld leidingen, rubber onderdelen, smeer- middelen, aluminium, ijzer etc.), •...
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag Maatregelen bij langer buiten bedrijf stellen, opslag van de hefwagen Bij langer buiten bedrijf stellen van de hefwa- gen moeten de volgende maatregelen tegen corrosie worden uitgevoerd. Voor een buiten bedrijf stellen van de hefwagen langer dan twee maanden moet deze in een schone en droge ruimte worden opgeslagen.
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag LET OP Wij raden u aan geen plasticfolie te gebruiken, omdat anders condenswater aanslaat. Indien de hefwagen nog langer stilgelegd wordt, vraag s.v.p. uw klantenservice naar verdere maatregelen. Opnieuw in bedrijf stellen na het buiten bedrijf stellen Blijft de hefwagen langer dan 6 maanden bui- ten bedrijf, dan moet deze vóór het opnieuw in bedrijf stellen grondig worden gecontroleerd.
Pagina 126
Gebruik Buitenbedrijfstelling en opslag 50168070009 [NL]...
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Algemene onderhoudsinformatie Algemeen De volgende instructies bevatten alle infor- matie die nodig is voor het onderhoud van uw heftruck. Voer de onderhoudswerkzaamhe- den uit in overeenstemming met het onder- houdsschema. U zorgt zo dat uw heftruck betrouwbaar is en altijd goed werkt, en dat de garantie niet vervalt.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Opleiding en kwalificatie van het onderhoudspersoneel Alleen gekwalificeerd en bevoegd personeel mag het onderhoud uitvoeren. De jaarlijkse controle moet door een deskundige worden uitgevoerd. De deskundige mag zich in zijn beoordeling alleen laten leiden door veilig- heidsoverwegingen en dus niet door bedrijfs- technische of economische overwegingen.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Reserveonderdelen en te gebruiken middelen bestellen Reserveonderdelen worden geleverd door onze onderdelenservice. U vindt de beno- digde informatie over het opgeven van bestel- lingen in de onderdelencatalogus. Gebruik alleen door de fabrikant aanbevolen reserveonderdelen. Bij gebruik van niet- goedgekeurde reserveonderdelen bestaat er door kwaliteitsgebreken of een verkeerde keuze een groter ongevalrisico.
Pagina 131
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie 50168070009 [NL]...
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Inspectielijst Onderhoud en smering 1. Dagelijks 2. Voer onderhoudswerkzaamheden uit volgens de urenteller (zwaar type) Na 3000 draaiuren moeten bijvoorbeeld alle onderhouds- en smeerwerkzaamheden voor na "500 en 1000 uur" worden uitgevoerd. Na 9000 draaiuren verder als hierboven, maar dan met 9500 draaiuren in plaats van 500.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhouds- en inspectie-intervallen Voer de werkzaamheden uit met de volgende intervallen. Intervallen Afb. nr. Uit te voeren werkzaamheden Machine reinigen Wielen en rollen onderhouden Indien nodig Batterijonderhoud Rem onderhouden Luchtveerdruk van platform controleren Hydraulisch systeem onderhouden Stuurmotor onderhouden Elektrische installatie onderhouden Om de 3 maanden / 500 uur Rem onderhouden...
Pagina 134
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Intervallen Afb. nr. Uit te voeren werkzaamheden Hydraulisch systeem onderhouden Elektrische installatie onderhouden Jaarlijks / om de 2000 uur Isolatie controleren Technische inspectie ter voorkoming van ongeval- Om de 5 jaar / 5000 uur Reductiekast onderhouden 50168070009 [NL]...
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhoudsschema Smeermiddelen Afkor- Componenten Specificatie en overige Maat ting middelen Batterij Vloeistofniveau Gedestilleerd Indien nodig water Isolatieweer- Min. 1000 ohm ten stand opzichte van het chassis Smeermiddelen Vet op NLGI Multi S2 Gewrichten en lithiumbasis, Indien nodig MIL-L-2105, afdichtingen TOTAL-...
Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Maatregelen bij het onderhoud Ter voorkoming van ongelukken bij onder- houdswerkzaamheden moeten alle noodza- kelijke veiligheidsmaatregelen worden getrof- fen. Zoals bijv.: – Er moet worden gewaarborgd, dat de hefwagen niet onopzettelijk kan bewegen of in gang kan schieten (accustekker trekken).
Pagina 137
Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud worden gecontroleerd. Deze staan in de be- treffende paragrafen. 50168070009 [NL]...
Onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Machine ophijsen of opkrikken Hijsstroppen bevestigen Bij het ophijsen van de machine, zijn compo- nenten of extra apparatuur mogen de hijsin- richtingen alleen aan de speciale hijspunten worden gehaakt. Neem bij het opkrikken de nodige maatregelen in acht (plaats wielkeg- gen of houten blokken) om te voorkomen dat de heftruck wegglijdt of kantelt.
Onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Toegang tot het technisch comparti- ment – Koppel de batterijaansluiting los. – Open de zijbeschermingen (1) en laat het platform (2) zakken. – Verwijder de twee bouten (3). – Breng de zijbeschermingen opnieuw in de hoogste stand en sluit ze weer in een tussenstand om het deksel makkelijker te kunnen verwijderen.
Onderhoud Reinigen Reinigen Machine reinigen Reinigingsinstructies – Parkeer de machine altijd volgens de desbetreffende instructies. – Druk op de noodstopknop. – Koppel de batterijstekker los. LET OP De batterij moet altijd gedurende de reinigings- werkzaamheden losgekoppeld zijn. Buitenkant van de machine wassen WAARSCHUWING –...
Pagina 141
Onderhoud Reinigen Elektrische installaties reinigen WAARSCHUWING Spuit niet direct op elektrische uitrusting (met name elektromotoren). OPMERKING Gebruik uitsluitend droge reinigingsmiddelen. Verwijder geen beschermingen. – Reinig de elektrische componenten met een niet-metalen borstel en droog ze met een zachte stroom perslucht. Na het wassen –...
Onderhoud Onderhoud indien nodig Onderhoud indien nodig Wielen en rollen onderhouden Banden en slijtage van de wielen en rollen controleren Het loopvlak van het aangedreven wiel , de stabilisatiewielen en de rollen mag geen tekenen van verslechtering vertonen. Afmetingen Aangedreven wiel Ø230 x 75 mm Stabilisatiewiel Ø140 x 54 mm...
Pagina 143
Onderhoud Onderhoud indien nodig LET OP De bovenstaande defecten kunnen tot ernstige ongevallen leiden; neem bij een defect contact op met onze servicemonteurs. 50168070009 [NL]...
Onderhoud Onderhoud indien nodig Batterij en batterijcompartiment reinigen WAARSCHUWING Draag bij dit gevaarlijke werk veiligheidshand- schoenen, -bril en -kleding die bestand zijn tegen zuur. Volg de veiligheidsinstructies op die beschre- ven zijn in de voorgaande hoofdstukken. MILIEUVOORSCHRIFT Laat geen zuurhoudend reinigingswater in het riool weglopen.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Zekeringen LET OP Voordat er werkzaamheden aan de elektrische installatie worden uitgevoerd, moet de voeding van de machine worden uitgeschakeld door de batterijstekker los te koppelen. – Open het batterijdeksel. – Koppel de batterijstekker los. – Verwijder het deksel voor toegang tot de zekeringhouder.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Rem onderhouden Werking van de parkeerrem controleren – Rijd vooruit. – Controleer de werking van de rem door de dissel omhoog (C) en omlaag (A) te kantelen. WAARSCHUWING Mocht de rem niet naar behoren werken, probeer hem dan af te stellen.
Pagina 147
Onderhoud Onderhoud indien nodig – Deze afstelling vindt plaats door een luchtleiding op de aansluiting onder het platform aan te sluiten. Let op het schema op het deksel, achter het platform (zie ⇒ Deel ”Posities van markerin- gen”, blz. 4-61). 50168070009 [NL]...
Pagina 148
Onderhoud Onderhoud indien nodig 50168070009 [NL]...
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Hydraulisch systeem onderhouden Oliepeil en afdichting van het hydraulisch systeem controleren – Verwijder het frontpaneel. – Controleer de slang en de aansluitingen ervan op lekkage (oliesporen). – Laat de vorken zakken. – Controleer het oliepeil in de tank (2) via de vulpijp (1).
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Elektromotoren onderhouden Elektrische aansluitingen controleren Regeleenheid voor de rijaandrijving Zekeringhouder Pompmotor Regeleenheid van de stuurinrichting Stuurbekrachtigings- motor Rijmotor – Controleer de bevestiging, de toestand en de isolatie van de bedrading van de regeleenheid, en van de zekeringen van de rijmotor, de stuurbekrachtigingsmotor en de pompmotor.
Pagina 152
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Minimumlengte x = 11 mm (pompmotor) Minimumlengte (stuurbekrachti- x = 11 mm gingsmotor) – Vervang alle borstels als een van de borstels deze maat heeft bereikt. OPMERKING Controleer voordat u de nieuwe borstels aanbrengt, of de verdeler geen tekenen van verbranding vertoont.
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Elektrische installatie onderhouden Bevestiging van alle kabels en zeke- ringaansluitingen controleren WAARSCHUWING Stop de machine en koppel de batterij los voordat u de volgende controles uitvoert. – Verwijder het frontpaneel. – Controleer de toestand van de zekeringen (1), (2), (3) en (4).
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Rem onderhouden Luchtspleet controleren – Haal de machine van de rem. – Meet de luchtspleet (1) met behulp van een vulring op drie verschillende punten die 120° van elkaar liggen. Luchtspleet van 0,15 tot 0,4 mm Minimale dikte voor 0,6 mm de rotor...
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Vorken controleren Toestand van de vorken controleren – Controleer of de vorken geen vervorming, scheuren, overmatige slijtage of barsten vertonen. LET OP Het vorkenbord moet bij beschadiging worden vervangen door onze serviceafdeling. Afdichting van de hefcilinders en aansluitingen controleren –...
Pagina 156
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur 50168070009 [NL]...
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur Hydraulisch systeem onderhouden Hydrauliekolie aftappen en aanzuigfilter voor de hydrauliekolie vervangen (om de 2000 uur of ten minste jaarlijks) WAARSCHUWING Hydrauliekolie is schadelijk voor de gezondheid Volg de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met hydrauliekolie op. –...
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur – Verwijder het aanzuigfilter (5) van de pompmotor en vervang het. – Breng een nieuwe afdichtring (4) aan. – Bevestig de hydrauliekolietank weer aan de pompmotor en monteer ze op hun plaats. – Vul de tank volgens het onderhoudsschema met nieuwe hydrauliekolie.
Pagina 162
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur Isolatieweerstand van batterij meten OPMERKING Nominale batterijspanning < testspanning < 500 V. – Meet de isolatieweerstand met een geschikt meetinstrument. De isolatieweerstand is voldoende indien deze een nominale spanning heeft van ten minste 1000 ohm/V ten opzichte van het chassis.
Wettelijk voorgeschreven inspecties ter voor- koming van ongevallen volgens planning of na een specifieke gebeurtenis (in Duitsland: UVV; houd u aan de instructies en voorschrif- STILL GmbH Hamburg ten die gelden voor uw land) (ten minste één- maal per jaar). Regelmäßige Prüfung (FEM 4.004)
Pagina 164
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur 50168070009 [NL]...
Onderhoud Onderhoud om de 5000 uur Reductiekast onderhouden Olie aftappen LET OP Tap de olie af als deze warm is. Volg de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met olie op. – Breng de machine tot stilstand, breng keggen aan en verwijder het deksel. –...
Pagina 170
Technische gegevens AFMETINGEN Lengte aandrijfzijde tot voorkant 4.20 l2 (mm) 728 / 1142 804 / 1218 vorken b1 (mm) 4.21 Totale breedte 4.22 Afmetingen van de vorken s/e/l (mm) 55 / 172 / 1190 b5 (mm) 4.25 Breedte over de vorken Bodemvrijheid, met last, onder de 4.32 m1 (mm)
Pagina 171
Trefwoordenregister Combi- display ....73 Combi-display ....52 Aan-/uitschakelaar .
Pagina 172
Trefwoordenregister Platform ......59 Luchtveerdruk controleren ..138, 147 Ingebouwd acculaadstation onderhou- den ..... . 149 Isolatieweerstand van batterij Reductiekast meten .
Pagina 173
Trefwoordenregister Verzekeringsdekking voor gebruik op het bedrijfsterrein ... . . 29 Uitgavedatum van deze handleiding ..7 Voorbereiding ....100 Voorzetapparatuur Speciale risico’s .
Pagina 176
Still GmbH Berzeliusstrasse 10 D-22113 Hamburg Kencijfer 50168070009 NL...
Pagina 184
Schema’s Elektrische installatie Beschrijving van componenten De hieronder vermelde eenheden zijn niet noodzakelijkerwijs op alle machines aanwe- zig. OPMERKING Component Aanduiding Regeleenheid voor de rijaandrijving Batterijlader A111 Rij LED’s A112 Stekkerhouder Bedieningskast Regeleenheid van de stuurinrichting Module hydraulisch systeem Connector van drukknop Connector van regeleenheid van de stuurinrichting Connector van cilinder Condensatoreenheid...
Pagina 185
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Batterij Diagnosestekker Connector van solenoïdeklep en cilinderrelais Claxon Knipperlicht of zwaailamp Onderbreker rijaandrijving of leidingonderbreker Pomponderbreker Remrelais Relais speciale uitrusting Relais speciale uitrusting Relais stuurinrichting Stuurrelais cilinder Connector van terugmeldpotentiometer stuurinrichting Rijmotor Pompmotor Stuurmotor Ventilatormotor Motor elektrische cilinder Connector van platform Potentiometer van rijaandrijving...
Pagina 186
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Verwarmingsweerstand Benamingen algemeen Sleutel of digicode Noodstop Aanwezigheidssensor (dodemanshendel) 1 Disselsensor Sensor voor hoogte van initiële heffing Aanwezigheidssensor (dodemanshendel) 2 Hoogtesensor voor laadframe Voetbeschermingssensor Ontgrendelingsdrukknop Sensor voor snelheidsbegrenzing Noodstop Noodstop Sensor voor opklapbaar platform Sensor voor opklapbare reling 1 Sensor voor opklapbare reling 2 Noodstop Drukknop vooruitrijden rechts...
Pagina 187
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Drukknop achteruitrijden links Toets, bevestiging computer Toets, bevestiging computer Stelmechanisme verwijderd S36/38 Drukknop voor heffen van vork S37/39 Drukknop voor neigen van vork Keuzeschakelaar schildpad/haas Drukknop, kruipgang Drukknop, kruipgang Benamingen rijaandrijving Rijschakelaars voor vooruitrijden of vooruit-/achteruitrijden Rijschakelaar voor achteruitrijden Botsbeschermings-microschakelaar 1S30...
Pagina 188
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Diverse connectoren Diverse connectoren Minklem Plusklem Diverse connectoren Connector van disselkabelboom Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Connector rem / aan/uit-schakelaar dissel Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Connector disselkast 1 Connector disselkast 2 Diverse connectoren Diverse connectoren...
Pagina 189
Schema’s Elektrische installatie 50168070009 [NL]...
Pagina 190
Still GmbH Berzeliusstrasse 10 D-22113 Hamburg Kencijfer 50168070009 NL...