Inhoudsopgave
Advertenties
Nederlands
• vuil water en afvalwater met de gebruikelijke
additieven
• afvalwater uit toiletten en urinoirs (voor zover
er geen explosiebeveiliging vereist is)
uit schachten, putten en pompstations die niet
zijn verbonden met het openbare rioolstelsel.
• Met ATEX‑certificering:
• vuil water en afvalwater
• fecaliënhoudend afvalwater
• gemeentelijk en industrieel afvalwater
uit schachten, putten, pompstations en onder
druk staande ontwateringssystemen die niet zijn
verbonden met het openbare rioolstelsel.
De dompelmotorpompen mogen niet voor het
pompen van:
• drinkwater
• transportmedia met harde bestanddelen, zoals
stenen, hout, metalen, zand, enz.
worden gebruikt.
GEVAAR door elektrische stroom!
Bij gebruik van het product in zwembaden of
andere begaanbare reservoirs bestaat levens-
gevaar door elektrische stroom. De volgende
punten moeten in acht genomen worden:
• Als personen in het reservoir aanwezig zijn is
het gebruik ten strengste verboden!
• Als er zich geen personen in het reservoir
ophouden moeten veiligheidsmaatregelen
conform DIN VDE 0100‑702.46 (of relevante
nationale voorschriften) worden getroffen.
Het product wordt gebruikt voor het pompen
van afvalwater. Daarom is pompen van drink-
water ten strengste verboden!
Tot het beoogde gebruik behoort ook de naleving
van deze handleiding. Ieder verdergaand gebruik
geldt als niet beoogd.
4.1.1. Aanwijzing m.b.t. de naleving van EN 12050‑1
resp. DIN EN 12050‑1
Zonder ATEX‑certificering
Aggregaten zonder ATEX‑certificering voldoen
aan de eisen van de norm EN 12050‑1.
Met ATEX‑certificering
Aggregaten met ATEX‑certificering voldoen aan
de eisen van de norm DIN EN 12050‑1.
4.2. Opbouw
De Wilo‑Drain MTC‑aggregaten zijn overstroom-
bare dompelmotorpompen voor afvalwater met
buitenliggend snijwerk, die verticaal in stationaire
en transporteerbare natte opstelling kunnen
worden gebruikt.
Fig. 1.: Beschrijving
1
Kabel
2
Draaggreep
62
Behuizing van het hy-
4
draulisch systeem
5
Drukaansluiting
3
Motorbehuizing
4.2.1. Hydraulisch systeem met voorgeschakeld
snijwerk
De behuizing van het hydraulisch systeem en het
loopwiel zijn gemaakt van gietijzer. Als loopwiel
worden open meerkanaals loopwielen gebruikt.
Het voorgeschakelde snijwerk is gemaakt van
hard metaal.
De aansluiting aan de drukzijde is afhankelijk
van het type uitgevoerd als horizontale flens‑/
schroefflensverbinding.
Het product is niet zelfaanzuigend, d.w.z. dat
het transportmedium zelfstandig of met voor-
druk moet worden toegevoerd.
4.2.2. Motor
De motorbehuizing is gemaakt van gietijzer.
Als motoren worden droogloopmotoren in
draaistroomuitvoering gebruikt. De motor wordt
gekoeld door het omringende medium. De
warmte wordt via de motorbehuizing direct aan
het transportmedium afgegeven. Daarom moeten
deze aggregaten voor het continu gebruik (S1)
altijd zijn ondergedompeld. Kort (S2) en inter-
mitterend gebruik (S3) is zowel bij zowel met een
ondergedompelde als met een niet ondergedom-
pelde motor mogelijk.
De motoren zijn voorzien van de volgende bewa-
kingssystemen:
• Dichtheidsbewaking motorruimte (alleen
MTC 32F17...F33):
De dichtheidsbewaking meldt dat er water in de
motorruimte stroomt.
• Thermische motorbewaking:
De thermische motorbewaking beschermt de
motorwikkeling tegen oververhitting. Standaard
worden hiervoor bimetaalsensoren gebruikt.
• Bewaking van de oliesperkamer:
Daarnaast kan de motor voor de bewaking van de
oliesperkamer worden uitgerust met een externe
elektrode voor de afdichtingsruimte. Deze meldt
wanneer er water door de glijringafdichting aan
de mediumzijde in de oliesperkamer stroomt.
De aansluitkabel heeft een lengte van 10 m, is
waterdicht gegoten en heeft een vrij kabeleinde.
4.2.3. Afdichting
De afdichting naar het transportmedium vindt
altijd plaats met een glijringafdichting. De af-
dichting naar de motorruimte vindt afhankelijk
van het type plaats met een asafdichtring of een
glijringafdichting.
De oliesperkamer tussen de beide afdichtingen is
gevuld met medische witte olie.
De witte olie wordt bij de montage van het pro-
duct volledig bijgevuld.
4.3. ATEX-beveiliging
De motoren zijn goedgekeurd voor het gebruik in
atmosferen met explosiegevaar conform de richt-
lijn 94/09/EG, waarvoor elektrische apparaten van
de apparatengroep II, categorie 2 nodig zijn.
PRODUCTBESCHRIJVING
WILO SE 05/2016 V4.0 DIN A4
Advertenties
Inhoudsopgave
