Pagina 1
Gebruiks- en montagehandleiding Gaskookplaten Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw toestel. nl-BE M.-Nr. 10 757 360...
Pagina 2
Neem daarom contact op met de Miele-organisatie in het betreffende land als u het toestel in een land wilt gebruiken dat niet op het toestel vermeld staat.
Inhoud Opmerkingen omtrent uw veiligheid .............. 5 Een bijdrage aan de bescherming van het milieu .......... 16 Overzicht ...................... 17 Kookplaat ......................17 Schakelaars ......................18 Brander........................19 Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ............ 20 SmartLine-element voor het eerst reinigen ............20 SmartLine-element voor het eerst in gebruik nemen ..........
Pagina 4
Inhoud Uitsparing werkblad bij opliggende inbouw ............. 42 Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw ............. 45 Verbindingsstrips.................... 48 Inbouwen...................... 49 Voorbereiding werkblad ..................49 Verbindingsstrips monteren................... 49 SmartLine-element inbouwen ................50 Elektrische aansluiting.................. 52 Gasaansluiting ..................... 55 Brandervermogen.................... 57 Aanpassen aan een andere gassoort .............. 58 Tabel voor de inspuiters ..................
In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot inbouw, veilig- heid, gebruik en onderhoud. Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan doordat de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet in acht zijn genomen.
Pagina 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Juist gebruik Deze kookplaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in gelijkaardige omgevingen. Deze kookplaat mag niet buiten worden gebruikt. Gebruik deze kookplaat uitsluitend in huishoudelijke context voor het bereiden en warmhouden van gerechten. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan.
Pagina 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Kinderen in het huishouden Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu- rend toezicht houdt. Kinderen vanaf acht jaar mogen de kookplaat alleen zonder toe- zicht gebruiken als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedie- nen.
Pagina 8
Door ondeskundig uitgevoerde installaties, onderhoudswerken of herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's ontstaan voor de gebruiker. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn. Beschadigingen aan de kookplaat kunnen uw veiligheid in gevaar brengen.
Pagina 9
Miele is geautoriseerd. Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij ga- randeren, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen. De kookplaat mag niet worden gebruikt met een externe schakel- klok of een systeem voor besturing op afstand.
Pagina 10
Maak de kookplaat spanningsvrij en sluit de gastoe- voer af. Neem vervolgens contact op met Miele. Als de kookplaat achter een meubelfront (bijv. een deur) is ge- plaatst, sluit deze nooit terwijl de kookplaat in werking is.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Efficiënt gebruik De kookplaat wordt heet als deze in gebruik is en dat blijft hij ook nog enige tijd na het uitschakelen. Pas zodra het lampje voor de res- terende warmte is uitgegaan, is het verbrandingsgevaar geweken. ...
Pagina 12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Als u het apparaat per ongeluk inschakelt of als het nog heet is, bestaat het risico dat metalen voorwerpen die op het apparaat liggen heet worden. Ander materiaal kan smelten of vlam vatten. Gebruik het apparaat daarom niet als werkblad. ...
Pagina 13
Is de diameter te groot, dan worden de hete verbrandings- gassen te ver naar de zijkant gevoerd en kunnen het werkblad, een niet hittebestendige wand of onderdelen van de kookplaat bescha- digd raken. Voor schade die op deze wijze is ontstaan, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld. ...
Pagina 14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Als het apparaat gedurende een ongebruikelijk lange tijd niet is gebruikt, is het aan te bevelen het apparaat grondig te reinigen voor- dat u het weer in gebruik neemt. Laat de correcte werking van het apparaat zo nodig door een vakman controleren.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid Reiniging en onderhoud De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor het reinigen van de kookplaat nooit een stoomreiniger.
De verpakking behoedt het toestel voor nische apparatuur, bij uw vakhandelaar transportschade. Er werd milieuvriende- of bij Miele. U bent wettelijk zelf verant- lijk en recycleerbaar verpakkingsmateri- woordelijk voor het wissen van eventue- aal gekozen.
Overzicht Kookplaat a Brander b Brander c Pannendrager d Symbolen voor knoptoewijzing e Bedieningsknop achterste brander f Bedieningsknop voorste brander...
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen Plak het typeplaatje dat bij de docu- SmartLine-element voor het mentatie gevoegd is op de daarvoor eerst in gebruik nemen bestemde plaats in het hoofdstuk De metalen onderdelen worden met een "Service".
De juiste pannen – Voor gas zijn geen speciale pannen Ø pannen [cm] nodig. Het materiaal moet alleen hit- Brander Minimum tebestendig zijn. onderkant – Gebruik bij voorkeur pannen met een Normaalbrander dikke bodem, omdat de warmtever- deling dan beter is. Bij pannen met Sterkbrander een dunne bodem bestaat het gevaar Brander...
Tips om energie te besparen – Bereid gerechten zoveel mogelijk al- leen in gesloten potten of pannen. Zo wordt voorkomen dat er onnodig warmte verloren gaat. – Gebruik liever brede, lage pannen dan smalle, hoge pannen. De inhoud wordt dan beter verhit. –...
Bediening Inschakelen bij een stroomstoring Inschakelen Wanneer de stroom uitvalt, kunt u de Brandgevaar! gasbrander met een lucifer aansteken. Houd toezicht op het apparaat als Druk de bedieningsknop in en draai het in gebruik is! deze naar links op het grootste vlam- symbool.
Bediening Vlam instellen Uitschakelen U kunt de branders traploos instellen op Draai de knop naar rechts op het een stand tussen de grootste en de symbool "". kleinste vlam. De gastoevoer wordt afgesloten en de vlam gaat uit. Omdat de vlam aan de buitenkant he- ter is dan in de kern, moeten de pun- ten van de vlam de panbodem raken.
Beveiligingen Thermo-elektrische vlambevei- liging Uw kookplaat is voorzien van een ther- mo-elektrische vlambeveiliging. Dit houdt in dat de gastoevoer wordt afge- sloten als de vlam dooft (bijvoorbeeld omdat een gerecht overkookt of omdat de vlam uitwaait) en een herstart niet lukt.
Reiniging en onderhoud Laat het SmartLine-element vóór el- Verbrandingsgevaar! ke reiniging afkoelen. De kookzones moeten uitgeschakeld zijn. De kookplaat moet afgekoeld Reinig het SmartLine-element en de zijn. accessoires na elk gebruik. Maak het SmartLine-element na elke Letselrisico! vochtige reiniging weer droog om De stoom van een stoomreiniger kan...
Reinig het keramische oppervlak ver- volgens met het Miele-reinigingsmid- Reinig het keramische oppervlak ver- del voor keramische platen en roest- volgens als het afgekoeld is zoals te- vrij staal (zie hoofdstuk "Bij te bestel-...
Reiniging en onderhoud Schakelaars Pannendrager Reinig de schakelaar(s) met een Verwijder de pannendrager. sponsdoekje, afwasmiddel en warm Reinig de pannendrager(s) in de af- water. Laat vastzittende verontrei- wasautomaat met een sponsdoekje, nigingen eerst inweken. afwasmiddel en warm water. Laat ...
Reiniging en onderhoud Brander Reinig de onderdelen van de brander niet in de afwasautomaat! Verwijder alle losse delen van de brander en reinig deze uitsluitend handmatig met een sponsdoekje, af- wasmiddel en warm water. Wis de niet afneembare onderdelen van de brander met een vochtige doek af.
De meeste storingen en defecten, die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden, kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat u Miele niet hoeft in te schakelen. De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te verhelpen.
Pagina 31
De zekering van de huisinstallatie is doorgeslagen. steking van de brander Neem zo nodig contact op met een elektricien of werkt niet. met Miele. Er bevinden zich voedingsresten tussen de ontste- kingselektrode en de branderdop. Er bevinden zich voedingsresten op het thermo-ele- ment.
Bij te bestellen accessoires Speciaal voor uw toestellen levert Miele Onderhoudsmiddel voor roest- een uitgebreid assortiment aan toebe- vrij staal 250 ml horen, alsmede reinigings- en onder- Voor het eenvoudig verwijderen van wa- houdsmiddelen. terstrepen, vlekken en vingerafdrukken. U kunt deze producten heel eenvoudig Het oppervlak blijft langer schoon.
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen Om schade aan het SmartLine-element te voorkomen, mag het pas na de mon- tage van de bovenkasten en de afzuigkap worden ingebouwd. Houdt u zich bij de plaatsing van het SmartLine-element aan alle geldende voorschriften en richtlijnen van het land van plaatsing. (Voor België: DVGW-TRGI 2008 en NBN-normen) ...
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand boven het SmartLine-element Tussen het SmartLine-element en een erboven gemonteerde afzuigkap dient u de veiligheidsafstand aan te houden die de fabrikant van de afzuigkap aangeeft. Als er zich boven het SmartLine-ele- ment licht ontvlambare materialen be- vinden (zoals een keukenplank), moet u een veiligheidsafstand van ten minste 600 mm aanhouden.
Pagina 35
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand achterkant/ zijkant Monteer het SmartLine-element bij voorkeur met veel ruimte rechts en links. Aan de achterkant van het SmartLine- element moet ten opzichte van een ho- ge kast of wand de hierna aangegeven Niet toegestaan! minimale afstand worden aangehou- den.
Pagina 36
Veiligheidsafstanden Veiligheidsafstand bij een beklede nis Als er sprake is van een nisbekleding, dient er een minimale afstand tussen de uit- sparing in het werkblad en de bekleding te worden aangehouden. Bij hoge tempe- raturen kunnen materialen beschadigd raken. Is de bekleding van brandbaar materiaal (zoals hout), dan moet de minimale af- stand ...
Aanwijzingen voor het inbouwen Werkblad met tegels Opliggende inbouw Afdichting tussen SmartLine-element en werkblad De voegen en het gearceerde ge- deelte onder de rand van het SmartLi- ne-element moeten glad en vlak zijn, zodat het SmartLine-element gelijkma- tig aansluit en de afdichting onder de Als u voegenkit gebruikt, kunnen het rand van de bovenkant van het appa- SmartLine-element en het werkblad...
Pagina 38
Aanwijzingen voor het inbouwen Het SmartLine-element wordt Vlakke inbouw – rechtstreeks in een correct voorbe- Een vlakke inbouw is alleen mogelijk reid natuurstenen werkblad geplaatst, bij natuurstenen (graniet, marmer), massief houten en betegelde werk- – in een massief houten en betegeld bladen.
Aanwijzingen voor het inbouwen Inbouw van meerdere SmartLi- ne-elementen De voegen tussen de afzonderlijke SmartLine-elementen moeten met een temperatuurbestendige (min. 160 °C) si- liconenkit worden gevuld. Bij vlakke in- bouw moet ook de voeg tussen het/de SmartLine-element(en) en het werkblad met een temperatuurbestendige (min. 160 °C) siliconenkit worden ge- vuld.
Inbouwmaten Vlakke inbouw a vooraan b Aansluitkast met aansluitkabel, L = 2.000 mm c Getrapte freesrand (voor de detailtekeningen zie 'Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw') d Houten lijst 12 mm (niet bijgeleverd, voor de detailtekeningen zie 'Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw') e Gasaansluiting R ½ ISO 7-1 (DIN EN 10226)
Uitsparing werkblad bij opliggende inbouw Aanwijzingen voor het berekenen van de uitsparing De elementen liggen 10 mm boven het werkblad. Bij inbouw van meerdere elementen moet tussen de afzonderlijke elementen een afstand van 2 mm worden aangehouden. Berekening uitsparing B 1 element = breedte van het element min 10 mm rechts, min 10 mm links Meerdere elementen = totale breedte van de elementen plus 2 mm afstand tussen de elementen, min 10 mm rechts, min 10 mm links.
Pagina 43
Uitsparing werkblad bij opliggende inbouw Inbouw met werkbladafzuiging Combinatievoorbeelden Aantal x breedte [mm] Afme- ting B Kookelemen- Werkbladaf- [mm] zuiging 1 x 378 1 x 120 2 x 378 1 x 120 1 x 378 2 x 120 1224 1 x 620 3 x 378 2 x 120 1362 2 x 378 2 x 120 1604 1 x 620 4 x 378 2 x 120 1742 1 x 620 2 x 120...
Pagina 44
Uitsparing werkblad bij opliggende inbouw Inbouw zonder werkbladafzuiging Combinatievoorbeelden Aantal x breedte [mm] Afmeting B [mm] Kookelementen 1 x 378 2 x 378 1 x 378 1 x 620 3 x 378 1118 2 x 378 1360 1 x 620 4 x 378 1498...
Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw Werkblad van natuursteen Houten werkblad +0,5 mm bij CS 7611 Aanwijzingen voor het berekenen van de uitsparing De elementen liggen 10 mm boven het werkblad. Bij inbouw van meerdere elementen moet tussen de afzonderlijke elementen een afstand van 2 mm worden aangehouden.
Pagina 46
Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw Inbouw met werkbladafzuiging Combinatievoorbeelden Aantal x breedte [mm] Afme- Afme- ting A ting B Kookele- Werkbladaf- [mm] [mm] menten zuiging 1 x 378 1 x 120 2 x 378 1 x 120 1 x 378 2 x 120 1248 1224 1 x 620 3 x 378 2 x 120 1386 1362 2 x 378 2 x 120 1628 1604 1 x 620 4 x 378 2 x 120 1766 1742...
Pagina 47
Uitsparing werkblad bij vlakke inbouw Inbouw zonder werkbladafzuiging Combinatievoor- Aantal x breedte Afmeting A Afmeting B beelden [mm] [mm] [mm] Kookelementen 1 x 378 2 x 378 1 x 378 1004 1 x 620 3 x 378 1142 1118 2 x 378 1384 1360 1 x 620 4 x 378 1522 1498...
Verbindingsstrips Bij inbouw van meerdere SmartLine-elementen moet tussen de afzonderlijke ele- menten telkens een verbindingsstrip worden geplaatst. De bij de verbindingsstrips gevoegde klemmen zijn alleen nodig bij inbouw van een CSDA. Inbouw van 3 elementen en 2 verbindingsstrips Opliggende inbouw Vlakke inbouw...
Inbouwen Voorbereiding werkblad Verbindingsstrips monteren Maak de uitsparing in het werkblad. Werkblad van hout Let op de veiligheidsafstanden (zie hoofdstuk "Veiligheidsafstanden"). De snijvlakken van houten werk- bladen moeten met speciale lak, sili- conenkit of giethars worden afge- werkt om te voorkomen dat het werk- blad door vocht wordt aangetast.
Inbouwen Werkblad van natuursteen SmartLine-element inbouwen Plak de bijgeleverde afdichttape on- Voor het bevestigen van de verbin- der de rand van het SmartLine-ele- dingsstrips moet u sterk dubbelzijdig ment. Breng de afdichttape niet on- plakband gebruiken (niet bijgeleverd). der spanning aan. ...
Inbouwen Vlakke inbouw Functie controleren Sluit het SmartLine-element op het Controleer na het inbouwen of alle elektriciteitsnet aan. branders correct functioneren. Sluit het SmartLine-element zo nodig – Op de laagste stand mag de vlam op de gasvoorziening aan (zie 'Gas- niet doven, ook niet wanneer u de aansluiting').
De contact- aanzienlijke risico's lopen waarvoor doos moet ook na de inbouw van het Miele niet aansprakelijk kan worden SmartLine-element goed toegankelijk gesteld. zijn. Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt ver-...
Elektrische aansluiting Aansluitwaarde Spanningsvrij maken Zie typeplaatje Lichamelijk letsel door elek- trische schok! Aansluitgegevens Zorg dat de netspanning niet per on- De aansluitwaarden vindt u op het type- geluk weer kan worden ingescha- plaatje. Deze gegevens moeten met de keld.
Lichamelijk letsel door elek- trische schok! De aansluiting mag alleen door een elektricien worden vervangen. De aansluitkabel mag alleen door een speciale kabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie) worden vervangen. Een dergelijke kabel is verkrijgbaar bij Miele- Service.
Miele worden uitgevoerd. Deze is De gasslang en de aansluitkabel mo- verantwoordelijk voor een correcte gen niet in aanraking komen met he- werking op de plaats van opstelling.
Neem c Gasaansluiting R ¹/₂" - ISO 7-1 contact op met uw vakhandelaar of met (DIN EN 10226) Miele als de juiste set niet is bijgeleverd. d 90°-bocht Het aanpassen aan een andere gas- Bij gebruik van een 90°-bocht neemt soort is beschreven onder "Aanpassen...
Brandervermogen Nominale belasting Brander Gassoort Hoogste stand Laagste stand Normaalbrander Aardgas H – Vloeibaar gas 0,25 Sterkbrander Aardgas H – Vloeibaar gas Totaal Aardgas H – – Vloeibaar gas –...
Aanpassen aan een andere gassoort Grote inspuiters vervangen De aanpassing aan een andere gassoort mag alleen door een erkend installateur of door Miele worden uit- gevoerd. Maak de kookplaat spanningsvrij en sluit de gastoevoer af. Tabel voor de inspuiters De boringsdiameter van de inspuiters is in ¹/₁₀₀ mm aangegeven.
Aanpassen aan een andere gassoort De kleine inspuiters vervangen Om de kleine inspuiters te kunnen ver- vangen, moeten de bevestigings- schroeven van de branders worden losgedraaid en moet de bovenkant van het SmartLine-element worden verwijderd. Trek de bedieningsknoppen er naar boven toe af.
Aanpassen aan een andere gassoort Functie controleren Controleer alle gasleidingen op dicht- heid (met lekzoekspray). Zet de kookplaat weer in elkaar. Controleer of de brander(s) correct functioneren:Controleer het correcte functioneren van de brander(s): – Op de laagste stand mag de vlam niet doven, ook niet wanneer u de knop snel van de grote naar de kleine vlam draait.
Klantendienst Contact bij storingen Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele-vakhandelaar of Miele. Het telefoonnummer van Miele vindt u achter in dit document. Voor een goede en vlotte afhandeling moet de afdeling Miele-Service weten welk type toestel u heeft en welk fabricagenummer het heeft.
Productgegevensbladen Hieronder zijn de gegevensbladen bijgevoegd van de in deze gebruiks- en monta- gehandleiding beschreven modellen. Informatie over huishoudelijke gaskookplaten volgens verordening (EU) Nr. 66/2014 MIELE Identificatie van het model CS 7102 Aantal gasbranders Energie-efficiëntie per gasbrander (EE 1. = 60,0 gasbrander 2.
Pagina 63
Miele België Z.5 Mollem 480 1730 Mollem (Asse) Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16 E-mail: info@miele.be Internet: www.miele.be Duitsland Miele & Cie. KG Carl-Miele-Straße 29 33332 Gütersloh...