– Stoomslangen mogen niet doorhangen (condensaatzakken); bevestig de slang zo nodig met
slangklemmen, kabelgoot of muursteunen, of monteer een condensaatafvoer in de stoomslang.
– Belangrijk! Bij het bepalen van de lengte en de loop van de slang moet er rekening mee worden
gehouden dat de stoomslang na verloop van tijd wat korter wordt.
Bevestigen van de slang
De stoomslang moet met slangklemmen worden bevestigd op de stoomverdeelpijp en de stoomuit-
trede van de bevochtiger.
Let op! Draai de slangklem op de stoomaansluiting van de stoom-luchtbevochtiger niet te vast aan.
Stoomleiding met vaste leiding
Voor stoomleidingen met vaste leiding gelden dezelfde instructies voor het aanleggen van de
leidingen zoals reeds beschreven. Houd rekening met de volgende aanvullende opmerkingen:
– De minimum inwendige diameter van 22 mm geldt voor de hele lengte van de leiding.
– Gebruik alleen Cu of roestvrij stalen pijp (min. DIN 1.4301).
– Om condensaatvorming te verminderen (= verlies), moeten de stoomleidingen worden geïsoleerd.
– De minimum buigradius voor vaste pijp is 4-5 x inwendige diameter.
– De aansluiting van de stoomleidingen op de stoomverdeelpijp en de stoom-luchtbevochtiger vindt
plaats door middel van korte stukken stoomslang, bevestigd met slangklemmen.
– Belangrijk! Er moet rekening worden gehouden met een drukverlies van 10 mm waterkolom
(ca. 100 Pa) per meter lengte of per 90° bocht.
5.3.5
Montage van de condensaatslang
Belangrijk! Gebruik alleen originele Condair condensaatslang. Andere typen slangen kunnen be-
drijfsstoringen veroorzaken.
De loop van de slang is afhankelijk van de positie van de stoomverdeelpijp:
– Stoomverdeelpijp is meer dan 300 mm boven de bovenrand van de bevochtiger gemonteerd:
Leid de condensaatslang omlaag naar de bevochtiger met een daling van minimaal 20% in
de vorm van een sifon (min. slangbocht diameter Ø200 mm). Voer dan de slang in de unit
via de knock-out op de bovenkant van de unit en steek de slang ongeveer 2 cm in de daarvoor
bestemde opening van de vulbeker.
min. 20 %
min. 20 %
31