6.
Terwijl u het substraat vasthoudt, gebruikt u de wikkelknop op de opwikkelspoelmotor om het restant
van het substraat om de opwikkelspoel te wikkelen.
7.
Ontgrendel de opwikkelspoel door de hendel helemaal omhoog te duwen.
8.
Haal de opwikkelspoel uit de printer; trek eerst het uiteinde aan de rechterkant van de printer uit.
9.
Zie
Rol uit printer verwijderen op pagina 72
hebt verwijderd.
Dubbelzijdig afdrukken (alleen 360)
De printer kan worden gebruikt om beide zijden van het substraat af te drukken op de volgende manier:
OPMERKING:
wanneer de tweede kant wordt afgedrukt.
Overzicht
1.
Vertel de printer of de RIP dat u op beide zijden wilt afdrukken.
Dubbelzijdig afdrukken kan worden geselecteerd in de RIP-software of op het voorpaneel van de
printer. De RIP-instelling gaat voor: als dubbelzijdig in de RIP-software wordt in- of uitgeschakeld,
wordt de instelling op het voorpaneel genegeerd.
2.
De printer drukt de inhoud af die u op de eerste kant wilt zien. Na iedere taak drukt de printer een
zwarte referentielijn af die wordt gebruikt om de overeenkomende taak op de tweede kant af te
stemmen.
3.
Als alle taken van zijde A zijn afgedrukt, snijdt en verwijdert u het substraat.
4.
Plaats het gesneden substraat nu onderste boven en begin aan het einde. De referentielijn die het einde
van de eerste zijde markeert, moet met de voorkant omlaag gericht zijn en bij de voorrand.
5.
De printer vindt de referentielijn en gebruikt deze om op de tweede zijde op de juiste plaats met
afdrukken te beginnen.
OPMERKING:
vraagt het voorpaneel om bevestiging omdat een dergelijke beweging de juiste uitlijning tussen de twee
zijden verhindert.
NLWW
De afdruk moet minimaal 28 cm breed zijn, anders kan de printer de referentielijn niet vinden
Als u het substraat probeert te verplaatsen tijdens het afdrukken op een van de kanten,
om de rol van de printer te halen nadat u de opwikkelspoel
Dubbelzijdig afdrukken (alleen 360)
81