●
Als u gebruikt maakt van een afdrukmodus met zes of minder passages, probeert u het aantal passages
te verhogen. Als u met weinig passages werkt, kunt u een zekere mate van streepvorming verwachten.
●
Wanneer er strepen optreden in alle kleuren over de breedte van de afgedrukte afbeelding is er
waarschijnlijk een probleem met de substraatdoorvoer. Gebruik het voorpaneel om de
substraatdoorvoer aan te passen (zie
op pagina
doorvoer. Wanneer u de juiste aanpassing heeft gevonden, slaat u de waarde op in het frontpaneel voor
toekomstige afdrukken op hetzelfde substraat.
Een andere oorzaak kan zijn dat er een vezel zit in een van de printkoppen. Schakel de printer uit en
verwijder dan een voor een de printkoppen en verwijder mogelijke vezels die eraan vast zitten.
●
Wanneer de strepen slechts bij enkele kleuren optreden, kan dat liggen aan een defecte printkop.
◦
Druk het statusschema voor de printkoppen af (zie
op pagina
op pagina
◦
Soms zal een eenmalige reiniging niet elk spuitmondje volledig reinigen. Druk het statusschema af
en overweeg om ze opnieuw te reinigen.
◦
Lijn de printkoppen uit (zie
uit.
◦
Druk het statusschema voor de printkoppen opnieuw af. Vervang de printkop met het grootste
aantal verstopte spuitmondjes.
OPMERKING:
●
Wanneer de strepen optreden bij de meeste kleuren, zijn de printkoppen mogelijk verkeerd uitgelijnd.
Dit is waarschijnlijk wanneer de printkoppen lange tijd niet zijn uitgelijnd of wanneer het substraat is
vastgelopen. Lijn indien nodig de printkoppen uit (zie
statusschema voor de uitlijning van de printkoppen af te drukken, kunt u bepalen of dat noodzakelijk is
(zie
3. Statusschema voor de uitlijning van de printkoppen op pagina
●
Wanneer de strepen voornamelijk optreden in zwarte gebieden, maakt u een nieuw profiel aan met puur
zwart en geen mengsel van andere kleuren. Raadpleeg uw RIP-documentatie.
●
Als gevolg van onderhoudsroutines van de printkop tijdens het afdrukken, kan het zijn dat er kleine
hoeveelheden vezels of inkt worden afgezet op het spuitmondje, waardoor het tijdelijk niet zal werken.
Dit is zeer onwaarschijnlijk en kan enkel resulteren in een paar geïsoleerde banden. Het is ook zeer
onwaarschijnlijk dat dit wordt herhaald binnen dezelfde of daaropvolgende afdruktaken. Mocht u toch
afzettingen waarnemen, probeer dan de printkoppen te reinigen (zie
(herstellen) op pagina
Als het probleem aanhoudt, dan neemt u contact op met een dienstvertegenwoordiger (zie
hebt op pagina
NLWW
119). Bij donkere strepen verhoogt u de substraatdoorvoer; bij lichte strepen verlaagt u de
114). Reinig, indien nodig, de printkoppen (zie
136).
Printkoppen uitlijnen op pagina
De optimalisatieprintkop zal dit soort probleem waarschijnlijk niet veroorzaken.
136).
39).
Substraatdoorvoer tijdens het afdrukken aanpassen
1. Statusschema voor de printkoppen
Printkoppen uitlijnen op pagina
Meest voorkomende afdrukkwaliteitsproblemen 121
De printkoppen reinigen (herstellen)
137). Lijn ze indien nodig handmatig
137). Door het
117).
De printkoppen reinigen
Als u hulp nodig