48
Stoelen, veiligheidssystemen
U deactiveert het airbagsysteem van
de voorpassagier met een slot aan de
rechterzijde van het instrumentenpa‐
neel.
Gebruik de contactsleutel om de po‐
sitie te kiezen:
* = airbag van voorpassagier is
gedeactiveerd en gaat niet af
bij een aanrijding. Controle‐
lampje * brandt voortdurend
in de middenconsole. U kunt
een kinderzitje aanbrengen in
overeenstemming met de ta‐
bel Inbouwposities kindervei‐
ligheidssystemen 3 51. Er
mag geen volwassen persoon
op de stoel van de voorpassa‐
gier vervoerd worden.
V = airbag van voorpassagier is
actief. U mag geen kindervei‐
ligheidssystemen aanbren‐
gen.
9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de pas‐
sagiersstoel met geactiveerde air‐
bag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel
met gedeactiveerde airbag.
Zolang de controlelamp * niet
brandt, zal het airbagsysteem van de
passagiersstoel afgaan in geval van
een aanrijding.
Indien beide conrolelampen tegelij‐
kertijd branden zit er een storing in het
systeem. De systeemstatus wordt
niet aangeduid; er mag niemand op
de stoel van de voorpassagier ver‐
voerd worden. Roep onmiddellijk de
hulp van een werkplaats in.
Raadpleeg onmiddellijk een werk‐
plaats indien geen van beide contro‐
lelampjes brandt.