De grasvanger een
onderhoudsbeurt geven
Grasvanger verwijderen
1. Pak de grasvanger met beide handen vast en kantel deze
naar voren (Fig. 42).
Figuur 42
2. Schuif de hele grasvanger voorzichtig naar achteren van
de steunbeugels af.
Grasvanger monteren
1. Til de grasvanger met beide handen omhoog.
2. Kantel de grasvanger ongeveer 40 graden naar voren en
schuif deze voorzichtig op de twee steunbeugels op de
achterkant van de tractor (Fig. 42).
Opmerking: Zorg ervoor dat het pijltje op de bovenkant
van de grasvanger in één lijn staat met het pijltje op de
tractor. Het maaidek zal niet functioneren als de grasvanger
niet is gemonteerd.
Grasvanger en tunnel reinigen
Als de openingen in de grasvanger verstopt raken met vuil
of gras of als de VOL-sensor van de grasvanger vuil is,
moet de grasvanger worden gereinigd.
1. Schakel de maaimessen (aftakas) uit.
2. Stel de parkeerrem in werking.
3. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
4. Verwijder het contactsleuteltje.
5. Verwijder de grasvanger, zie Grasvanger verwijderen,
blz. 36.
6. Spoel de grasvanger schoon met een hogedrukreiniger.
7. Veeg de omgeving van de VOL-sensor van de
grasvanger schoon.
8. Zet de grasvanger in de opvangmodus en reinig de
binnenkant helemaal tot aan het maaidek.
9. Monteer de grasvanger, zie Grasvanger monteren,
blz. 36.
Opmerking: Laat de grasvanger grondig drogen voordat u
deze weer monteert.
Reiniging en Opslag van de
tractor
1. Schakel de maaimessen (aftakas) uit.
2. Stel de parkeerrem in werking.
3. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
4. Verwijder het contactsleuteltje.
5. Verwijder de grasvanger en reinig deze; zie Grasvanger,
blz. 36.
6. Maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de hele
tractor verwijderen, met name van de motor. Vuil en kaf
van de buitenkant van de cilinder, de koelribben van de
cilinderkop en het ventilatorhuis verwijderen.
Belangrijk
U kunt de machine met een mild
reinigingsmiddel en water wassen. Was de tractor nooit met
een hogedrukreiniger. Hierdoor kan het elektrische systeem
worden beschadigd of noodzakelijk vet op wrijvingspunten
worden weggespoeld. Gebruik niet te veel water, zeker niet
in de buurt van het bedieningspaneel, verlichting, motor en
accu.
7. Controleer de rem; zie Onderhoud van de Rem, blz. 25.
8. Luchtfilter onderhoudsbeurt geven; zie Onderhoud van
het luchtfilter, blz. 32.
9. Chassis smeren; zie Tractor smeren, blz. 25.
10. Olie en filter van het carter vervangen; zie Motorolie
controleren, blz. 23.
11. Bandenspanning controleren; zie Bandenspanning
controleren, blz. 25.
36