Onderhoud
Bougie verwijderen
1.
Schakel de PTO uit, stel de parkeerrem in
werking en draai de contactsleutel in de stand
"OFF" om de motor te stoppen. Neem de sleutel
uit de contactschakelaar.
2.
Open de motorkap.
3.
Trek de kabels(s) van de bougie(s) af (Fig. 23).
Maak de omgeving van de bougie(s) schoon, om
te voorkomen dat vuil in de motor terecht komt
en schade veroorzaakt.
4.
Verwijder de bougie(s) en metalen ring.
Figuur 23
1. Bougiekabel
Bougie controleren
1.
Controleer het midden van de bougie(s)
(Fig. 24). Als de isolator lichtbruin of grijs is,
functioneert de motor naar behoren. Een zwarte
afzetting op de isolator duidt meestal op een
vervuild luchtfilter.
Belangrijk: Bougie(s) nooit schoonmaken.
Bougie(s) altijd vervangen bij:
zwarte laag op de bougie, versleten
elektroden, vettige laag op de bougie
of scheuren.
2.
Controleer de afstand tussen de midden- en
zij-elektrode (Fig. 24). De zij-elektrode buigen
(Fig. 24) als de elektrodenafstand niet correct is.
28
(s)
2
1
2. Bougie
2
1. Middenelektrode met
isolator
2. Zij-elektrode
Bougie monteren
1.
Monteer de bougie(s) en metalen ring.
Controleer eerst de elektrodenafstand.
2.
Bougie tot 27 Nm (20 ft-lbs) aantrekken.
3.
Druk de kabel(s) op de bougie(s) (Fig. 23).
1215
4.
Sluit de motorkap.
Smeren
Onderhoudsinterval/specificatie
De machine na elke 50 bedrijfsuren of jaarlijks
doorsmeren, waarbij de kortste periode moet worden
aangehouden. Het smeren moet vaker plaatsvinden bij
gebruik in zeer stoffige of zanderige omstandigheden.
Type vet: universeel smeervet.
Methode van smeren
1.
Schakel de PTO uit, stel de parkeerrem in
werking en draai de contactsleutel in de stand
"OFF" om de motor te stoppen. Neem de sleutel
uit de contactschakelaar.
3
1
Figuur 24
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)
(s)
1,02 mm
(0.040")