5.
Zet het handgas in de stand "SNEL" (Fig. 5).
6.
Draai de contactsleutel rechtsom en houd deze in
de stand "START" (Fig. 6). Laat de sleutel los
zodra de motor aangeslagen is.
Belangrijk: Wanneer de motor na 30 seconden
draaien van de startmotor nog niet is
aangeslagen, draait u de
contactsleutel in de stand "OFF".
Laat de startmotor afkoelen, zie:
Problemen, oorzaak en remedie,
pagina 40.
7.
Nadat de motor is aangeslagen, de choke-knop in
de stand "UIT" (Fig. 5) zetten. Als de motor niet
regelmatig loopt, de choke-knop opnieuw enige
seconden in de stand "AAN" zetten. Daarna het
handgas op de gewenste snelheid instellen. Deze
werkwijze indien nodig herhalen.
1
1206
Figuur 4
1. Aftakas–uit
2. Choke–aan
3. Choke–uit
1
Figuur 6
1. Uit
2. Verlichting
2
1
3
2
Figuur 5
1. Snel
2. Langzaam
2
3
4
3. Lopen
4. Starten
Stoppen
1.
Zet het handgas in de stand "LANGZAAM"
(Fig. 5).
2.
Draai de contactsleutel in de stand "OFF" (uit)
(Fig. 6).
NB.:
Bediening van de aftakas
Met de aftakasknop schakelt u de elektrische
koppeling van de aftakas in en uit.
Als de contactsleutel in de stand "RUN" of
"LIGHTS" (lopen of verlichting) staat en de aftakas
ingeschakeld (aan) is, brandt het lampje voor de
aftakas in het indicatiepaneel. Als dit lampje brandt,
betekent dat: let op, de startmotor werkt niet als de
aftakas ingeschakeld is. Schakel de aftakas altijd uit
voordat u de tractor verlaat.
1207
Aftakas inschakelen
1.
Trap het rempedaal in om de tractor te stoppen.
2.
Trek de aftakasknop uit in de stand "AAN"
(Fig. 7).
1208
Gebruiksaanwijzing
Als de motor zwaar belast of heet is,
deze nog even laten draaien voordat u
de contactsleutel in de stand "OFF"
(uit) draait. De motor kan dan afkoelen
voordat hij wordt stilgezet. In een
noodgeval kan de motor direct worden
gestopt door de contactsleutel in de
stand "OFF" te draaien.
15