Figuur 18
1. Omhoogtrekken
2. Naar voren en omlaag
duwen
3. Maak de grasvanger leer.
4. Zet de machine voordat u de grasvanger weer in
de werkstand zet de machine naar voren om de
grasvanger van het neergelegde gras te halen.
5. Zet de grasvanger terug in de beginstand.
Werktuigen slepen
De machine is voorzien van twee sleepwerktuigen met
een maximum gewicht van 150 kg.
1. Verwijder de grasvanger, zie Grasvanger
verwijderen.
2. Bevestig het werktuig aan de trekhaak onderaan op
het achterste deel van de tractor (Figuur 19).
G012582
Figuur 19
1. Trekhaak
3. Telescoophendel
1
Tips voor bediening en
gebruik
• Om de beste resultaten te verkrijgen, moet u de
motor op het maximale toerental laten draaien.
Om het gras goed af te maaien is lucht nodig;
zet de maaihoogte dus niet te laag en zorg dat de
maaimachine niet helemaal door ongemaaid gras
omgeven is. U moet altijd één kant van de machine
vrij van ongemaaid gras te houden, zodat lucht kan
worden aangezogen.
• Laat het gras iets langer dan normaal, om te
voorkomen dat oneffenheden in het gras volledig
worden weggemaaid. Als u gras van meer dan 15
cm lang gaat maaien, kunt u het best in twee keer
maaien om een goed maairesultaat te verkrijgen.
• Aanbevolen wordt niet meer dan ongeveer 1/3 van
de lengte van het gras af te maaien. Meer afmaaien
wordt afgeraden, tenzij het gras dun is, of in de late
herfst, wanneer het gras langzamer groeit.
• Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat
het gras rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een
betere verspreiding van het maaisel, wat de vertering
en bemesting ten goede komt.
• Het tempo waarmee het gras groeit, varieert per
jaargetijde. Om dezelfde maaihoogte te behouden,
wat een goede gewoonte is, moet u in het vroege
voorjaar vaker maaien. Als de groeisnelheid in de
zomer afneemt, maait u minder vaak.
• Als het gras langer dan normaal is of als het een
hoog vochtgehalte heeft, moet u de maaihoogte
hoger dan normaal instellen, het gras op deze
hoogte maaien en daarna het gras op de lagere,
normale hoogte maaien.
• Als u de machine moet stoppen tijdens het maaien,
kan er een kluit maaisel op het gazon terechtkomen.
Om dit te voorkomen, moet u als volgt te werk gaan:
– Schakel de maaimessen in en rij naar een deel
van het gazon dat al is gemaaid.
– Om het maaisel gelijkmatig te verspreiden, zet
u de maaihoogte één of twee standen hoger en
rijdt u vooruit met de ingeschakelde messen.
• Gebruik de wasaansluiting om maaisel en vuil van
de onderkant van het maaidek te verwijderen. Als
zich gras en vuil in de maaimachine verzamelt, leidt
dat uiteindelijk tot een onbevredigend maairesultaat.
• Zorg dat u gedurende het hele seizoen steeds met
scherpe messen maait. Een scherp mes snijdt het
gras goed af zonder het te scheuren of te kwetsen.
Door scheuren en kwetsen wordt het gras bruin
19