Opbouw en werking
Optioneel kan iedere zaaileidingbuis (Afb. 28/1)
met een zwenkbare module (Afb. 28/2) worden
vergrendeld.
De module wordt geregeld door de
boordcomputer (zie bedieningshandleiding
AMATRON).
Door het vergrendelen van de zaaileidingbuis
met behulp van de module (Afb. 29/1) kunnen
·
willekeurig veel rijen handmatig worden
uitgeschakeld;
·
rijpaden worden gemaakt.
5.1
Radar
De radar (Afb. 30/1) meet de afgelegde afstand.
De boordcomputer heeft deze informatie nodig
voor het berekenen van de rijsnelheid en het
bewerkte terrein (aantal hectares).
52
Afb. 28
Afb. 29
Afb. 30
EDX 6000-2/2FC BAH0056-3 09.14