Algemene veiligheidsaanwijzingen
Werken met de machine
Transporteren van de machine
28
·
Maak uzelf voordat u met de werkzaamheden begint vertrouwd
met de uitrusting en bedieningselementen van de machine en
hun functies. Tijdens het werk is het daarvoor te laat!
·
Draag strak zittende kleding! Losse kleding verhoogt het risico
op vastgrijpen of opwikkelen door aandrijfassen!
·
Gebruik de machine alleen als alle veiligheidsvoorzieningen zijn
aangebracht en zich in de juiste positie bevinden!
·
Houd rekening met de maximale belading van de
aangebouwde/aangekoppelde machine en de toelaatbare
asbelasting en oplegdruk van de tractor! Rijd eventueel alleen
met gedeeltelijk gevuld reservoir.
·
Het is verboden om zich binnen het werkbereik van de machine
te bevinden!
·
Het is verboden om zich binnen het draai- en zwenkbereik van
de machine te bevinden!
·
Extern bediende machineonderdelen (bv. hydraulisch) zijn
voorzien van delen waar u bekneld kunt raken!
·
Gebruik extern bediende machineonderdelen uitsluitend als
personen zich op voldoende veilige afstand van de machine
bevinden!
·
Beveilig de tractor tegen onbedoeld starten en wegrollen,
voordat u de tractor verlaat.
Hiertoe
o
laat u de machine op de grond zakken;
o
trekt u de handrem aan;
o
schakelt u de motor van de tractor uit;
o
verwijdert u de contactsleutel.
·
Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende
verkeersregels te houden!
·
Schakel de boordcomputer uit voor transportritten.
·
Controleer voor transportritten
o
of voedingsleidingen correct zijn aangebracht;
o
of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is;
o
het hydraulische systeem op in het oog lopende gebreken;
o
of de handrem volledig is losgezet;
o
de werking van het remsysteem.
·
De tractor dient altijd te beschikken over voldoende stuur- en
remvermogen!
Aan een tractor aangebouwde of aangekoppelde machine en
gewichten aan voor- of achterzijde beïnvloeden niet alleen het
rijgedrag, maar ook het stuur- en remvermogen van de tractor.
·
Gebruik zo nodig gewichten aan de voorzijde!
De vooras van de tractor dient altijd met minimaal 20 % van het
eigen gewicht van de tractor worden belast, om zeker te zijn van
voldoende stuurvermogen.
·
Bevestig gewichten aan voor- of achterzijde altijd in
EDX 6000-2/2FC BAH0056-3 09.14