NAVIGATIEREGELS
Vaarreglement
Een waterscooter besturen is ver-
gelijkbaar met rijden op ongemar-
keerde wegen. Om aanvaringen
met andere vaartuigen te vermijden
moet u een aantal vaarregels nale-
ven. Dat is niet alleen gezond ver-
stand... het is de wet!
Vaar algemeen uiterst rechts en
vermijd aanvaringen door op veilige
afstand te blijven van andere water-
scooters, boten, personen en objec-
ten.
De volgende figuur geeft de ver-
schillende onderdelen van een boot
aan die worden gebruikt als referen-
tiepunten voor de richting, waarbij
de boeg de voorkant van de boot
is. De bakboordzijde van de boot
(linkerkant) is visueel herkenbaar
gemaakt door een ROOD licht aan
de boog, en de stuurboordzijde
(rechterkant) door een GROEN
licht.
TYPISCH - REFERENTIEPUNTEN VOOR
DE RICHTING
1. ROOD licht
2. GROEN licht (vrije zone)
Kruisen
Geef voorrang aan vaartuigen voor
u en die van rechts komen. Kruis
een boot nooit langs voor, u moet
zijn ROOD licht zien, hij moet uw
GROEN licht zien (hij heeft voor-
rang).
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Waterscooters beschikken niet
over deze gekleurde lichten, doch
de regel geldt evenzeer.
TYPISCH
Net als bij verkeerslichten, geeft u
voorrang en STOPT u als u een
ROOD licht ziet. De andere boot
bevindt zich rechts van u, en u
moet hem voorrang geven.
Als u een GROEN licht ziet, kunt u
voorzichtig voorbijvaren. De an-
dere boot bevindt zich links van u,
en u hebt nu voorrang.
Frontale tegenligger
Houd uiterst rechts.
TYPISCH
Inhalen
Geef andere vaartuigen voorrang
en blijf op veilige afstand.
TYPISCH
29