Tabel 28 Triptoestand
Triptoestand
Temperatuur koellichaam overschreden
80°C (waarschuwing bij 75°C):
-
Overtemperatuur
"OT"
-
-
-
Faseverlies of te grote onbalans tussen de
Motor los
motorfasen.
Externe ingang (DigIn 1-8) actief:
Ext. trip
-
Fout in het microprocessor-systeem:
Interne trip
Koppelbegrenzing bij motorstilstand:
Rotor
geblokkeerd
-
Motor thermistor overschrijdt het maxi-
mum niveau:
Motor
temperatuur
LET OP! geldt alleen als de optionele PTC
ingang wordt gebruikt. Zie § 5.3.31, pag. 36.
Comm Fout
Fout in de seriële communicatie
(Interrupt [253])
Max Alarm Max alarm niveau (overbelas-
Max Alarm
ting) is bereikt. Zie § 5.9, pag. 62.
Min Alarm Min alarm niveau (onderbelas-
Min Alarm
ting) is bereikt. Zie § 5.9, pag. 62.
6.3
Onderhoud
De frequentieregelaar is zo ontworpen dat deze geen
service of onderhoud nodig heeft. Er zijn echter enkele
punten die regelmatig gecontroleerd moeten worden.
Alle frequentieregelaars hebben ingebouwde venti-
latoren die automatisch ingeschakeld worden als de
temperatuursensor de 60° C bereikt. Dit betekent dat
de ventilatoren alleen draaien als de regelaar in bedrijf
is en belast wordt. Het koellichaam is zodanig vormge-
geven dat de ventilator de koelingslucht niet door het
binnenste van de frequentieregelaar blaast, maar alleen
Mogelijke Oorzaak
Te hoge omgevingstemperatuur van de
regelaar
Onvoldoende koeling
Te hoge stroom
Geblokkeerde of vol stof zittende
ventilatoren
Ingang is actief laag.
Mechanische blokkering van de rotor.
-
Controleer de koeling van de frequentie-
regelaarkast. Zie ook § 8.5, pag. 80.
-
Controleer de functionaliteit van de inge-
bouwde ventilatoren. De ventilatoren
moeten automatisch aanslaan als de
temperatuur van de warmteopnemer de
60° C overschrijdt.
-
Controleer de specificaties van de rege-
laar en de motor.
-
Maak de ventilatoren schoon.
-
Controleer de motorspanning op alle fasen.
-
Controleer op losse of slechte motorkabel-
aansluitingen.
-
Als alle aansluitingen OK zijn, neem dan
contact op met uw leverancier.
-
Zet het Motor Los alarm uit. Zie
§ 5.4.39, pag. 48.
-
Controleer de apparatuur die de externe
ingang in werking stelt.
-
Controleer de programmering van de
digitale ingangen DigIn 1-8
§ 5.5.11, pag. 52.
-
Als de trip blijft, neem dan contact op met
uw leverancier.
-
Controleer op mechanische problemen bij
de motor of het aandrijfmechanisme dat op
de motor aangesloten is.
-
Zet het 'Rotor geblokkeerd' alarm UIT. Zie
§ 5.4.38, pag. 47.
-
Controleer de mechanische overbelasting
op de motor of het aandrijfmechanisme.
(lagers,tandwielkasten, kettingen, riemen,
snaren,etc.)
-
Controleer de motorkoeling.
-
Zelf-geventileerde motor bij laag toerental,
te zware belasting.
-
Controleer alle seriële aansluitingen en
connectoren.
-
Controleer alle instellingen met betrek-
king tot de seriele communicatie.
-
Herstart alle apparatuur inclusief de rege-
laar.
-
Controleer de belasting van de machine.
-
Controleer de monitorinstelling in
§ 5.9, pag. 62.
-
Controleer de belasting van de machine.
-
Controleer de monitorinstelling in
§ 5.9, pag. 62.
over het buitenste oppervlak van de het koellichaam.
Draaiende ventilatoren zullen echter altijd stof
aantrekken. Afhankelijk van de omgeving zullen de
ventilator en het koellichaam stof vangen. Controleer
dit en maak het koellichaam en de ventilatoren indien
nodig schoon. Als frequentieregelaars in kasten inge-
bouwd worden, controleer dan ook de stoffilters van
de kast regelmatig en maak deze regelmatig schoon.
Contoleer externe bedrading, aansluitingen en stuur-
signalen. Draai de aansluitklemmen indien nodig aan.
FOUTINDICATIE, DIAGNOSES EN ONDERHOUD
Oplossing
73