I
NSTALLATIE
2.5
Het toestel aansluiten op het Daikin-systeem
nl
nl-28
Alleen bij modellen met Daikin directe-expansie-
systeem (typen DK en DKE)
2.5.1 Voorwaarden voor aansluiting op een Daikin-
systeem
•
Het Daikin-systeem moet altijd actief zijn als het Biddle
luchtgordijn actief is.
•
Op het Daikin-systeem moet een besturing zijn aangeslo-
ten. Dit kan ook een Daikin-bedieningspaneel zijn dat aan-
gesloten is op het Biddle luchtgordijn.
Waarschuwing:
w
Toestellen van type SRV mogen alleen aange-
sloten worden op een Daikin VRV-systeem.
Toestellen van type SRQ mogen alleen
aangesloten worden op een Daikin ERQ-
systeem.
Deze toestellen zijn onderling NIET
uitwisselbaar.
2.5.2 De besturing aansluiten
Bij alle modellen:
Let op:
c
Gebruik kabel met een doorsnede van minimaal
0.75 mm².
Bij modellen met uitblaasbreedte 150, 200 of 250:
1. Sluit de besturing van het systeem aan op aansluiting X84
op de bovenzijde van het luchtgordijn:
-
Sluit de besturingskabel van de buitenunit aan op F1/F2.
-
Indien toegepast op uw toestel:
Sluit het Daikin-bedieningspaneel aan op P1/P2.
2. Breng de kabelbehuizing (meegeleverd) aan op de aanslui-
ting.
C
-
OMFORT
LUCHTGORDIJN