Functies voor opnemen/afspelen
1
2
3
4
8
9
0
Opnemen
De zoomfunctie gebruiken...... ,
Als u de motorzoomknop voorzichtig
draait, kunt u langzaam in- en
uitzoomen op het onderwerp. Draai de
motorzoomknop verder voor een snellere
zoombeweging.
Grote weergavehoek: (groothoek)
Kleine weergavehoek: (tele-opnamen)
• U kunt ook de zoomtoetsen op het LCD-scherm
gebruiken. U kunt de zoomsnelheid niet
aanpassen met deze toetsen.
22
• De minimale afstand tussen de camcorder
en het onderwerp die u nodig hebt om het
onderwerp goed scherp te krijgen is ongeveer
1 cm voor groothoekopnamen en ongeveer
80 cm voor tele-opnamen.
• U kunt [D ZOOM] instellen als u meer dan
20 keer wilt zoomen (p. 42).
5
Opnemen in een donkere
6
omgeving (NightShot plus)..........
7
Zet de NIGHTSHOT PLUS-schakelaar
op ON. (
worden weergegeven.)
qa
NightShot plus maakt gebruik van
•
infraroodlicht. U moet de infraroodpoort
qs
daarom niet bedekken met uw vingers of
voorwerpen.
Pas de scherpstelling handmatig aan ([FOCUS],
•
p. 33) als er moeilijk automatisch kan worden
scherpgesteld.
Gebruik deze functies niet in een heldere
•
omgeving. Dit kan een storing veroorzaken.
De belichting voor onderwerpen
met tegenlicht aanpassen ...........
Als u de belichting voor onderwerpen
met tegenlicht wilt aanpassen, drukt u op
qd
BACK LIGHT om weer te geven.
Druk nogmaals op BACK LIGHT om de
tegenlichtfunctie te annuleren.
Scherpstellen op een onderwerp
dat niet in het midden staat
(SPOT FOCUS).........................
Zie [SPOT FOCUS] op pagina 33 voor
meer informatie.
De belichting voor het
geselecteerde onderwerp
vastleggen (Flexibele spotmeter) ...
Zie [SPOT METER] op pagina 33 voor
meer informatie.
en ["NIGHTSHOT PLUS"]