Typische installatie voor directe ruimtebevochtiging
Condensaatleiding
– Min. verval 20%
– Geen vernauwingen
– Sifon ø min. 200 mm
ømin : 200 mm
in afvoer
in cilinder
Waterafvoeraansluiting ø 30 mm
Watertoevoeraansluiting G 3/4 inch
Watertoevoerleiding
(min. binnendiameter 8 mm, niet inbegrepen)
Zeeffilterklep of afsluitklep en filter
5 µm
1...10 bar / 1...40 °C
(met optionele afvoerwaterkoe-
ling 2...10 bar / 1...25 °C)
Afb. 5:
Typische installatie voor directe ruimtebevochtiging
FAN4
KS10
ømin: 40 mm
Z261
Ventilatieapparaat
(afzonderlijk boven de stoomluchtbevochtiger gemonteerd)
Stoomleiding
– zo kort mogelijk (lengte: min. 1 m en max. 4 m)
– voldoende helling/verval min. 20 %
– Geen vernauwingen
– Waterafvoer op het diepste punt
– Slang of vaste leiding (met zelfde binnendiameter
als stoomuitstroomnippel)
DS80
Afvoerslang (inbegrepen)
– Binnendiameter ø 30 mm
– Afvoerslang altijd naar links wegleiden
– Constant verval (min 15%/8,5 °) tot de afvoertrechter
– Bij gebruik met volledig gedemineraliseerd of RO-water alleen de
meegeleverde afvoerslang of roestvrijstalen leiding gebruiken
– Mag geen contact maken met de afvoertrechter
Open afvoertrechter met sifon
(niet inbegrepen)
Vochtigheidsschakelaar
(externe veiligheidsketting)
Vochtigheidssensor of
vochtigheidsregelaar
Scheidingsschakelaar verwarmingsspan-
ning (niet inbegrepen)
Scheidingsschakelaar stuurspanning
(niet inbegrepen)
21