5.4.7 Controle van de stoominstallatie Waterinstallatie 5.5.1 Overzicht waterinstallatie 5.5.2 Opmerkingen bij de waterinstallatie 5.5.3 Controle van de waterinstallatie Elektrische installatie 5.6.1 Elektrisch schema Nordmann ES4 5.6.2 Opmerkingen over de elektrische installatie 5.6.3 Configuratie van de eenheid 5.6.4 Controle van de elektrische installatie...
Pagina 5
In deze handleiding gebruikte symbolen LET OP! Het trefwoord “Let oP” heeft betrekking op opmerkingen in deze docu- mentatie die, indien ze worden genegeerd, kunnen leiden tot schade en/ of storingen van de unit of andere zaken. WAARSCHUWING! Het trefwoord “WaarscHuWing”, gebruikt in combinatie met het alge- mene ‘let op’...
– wanneer aansluitingen en/of leidingen niet lekdicht zijn. alle personen die werken met de nordmann es4 zijn verplicht om direct aan de eigenaar problemen aan de unit door te geven die invloed kunnen hebben op de veiligheid.
Productoverzicht Typenoverzicht de stoomluchtbevochtiger nordmann es4 is met verschillende spannin- gen en in stoomcapaciteiten van 5 kg/h tot max. 65 kg/h verkrijgbaar. Elektrische aansluiting Max. stoomcapaciteit Type Bouwgrootte in kg/h Nordmann ES4 klein groot 1534 400V3 2364 (400 V/3~/50...60 Hz)
Gegevens van de unit de gegevens van de unit staat op het typeplaatje: typeaanduiding serienummer Maand/Jaar Nordmann Engineering AG, CH-8808 Pfäffikon elektrische aansluiting Type: ES4 4564 Ser.Nr.: XXXXXXX 02.10 Heating voltage: 400V / 3~ / 50...60Hz Power: 33.8 kW Maximum stoomcapaciteit Steam capacity: 45.0 kg/h...
Beschrijving van de werking de nordmann es4 stoomluchtbevochtiger is een drukloze stoomgenerator met een elektrodenverwarming. de stoomluchtbevochtiger es4 is bedoeld voor luchtbevochtiging via een stoomverdeler (stoomverdeelpijp, ventilator- unit of het MultiPipe stoomverdeelsysteem). stoomslang stoomverdeelpijp condensaatafvoer met sifon Water-vulbeker stroomsensor Hoofdrelais...
als de gewenste stoomcapaciteit is bereikt, sluit de toevoerklep. als de stoomproduktie daalt onder een bepaald percentage van de gewenste ca- paciteit doordat het waterniveau is gedaald (bijv. door het verdampingspro- ces of door spuien), gaat de toevoerklep net zo lang open tot de gewenste capaciteit weer is bereikt.
Overzicht van het bevochtigingssysteem Systeemoverzicht bevochtiging in het luchtkanaal MultiPipe DV41 DV71 DS22 DS35 KS10 Z261 125...1250 µs/cm 1...10 bar 1...40 °c stoombevochtiger Hoofdschakelaar stuurstroom (levering derden) stoomaansluiting Hoofdschakelaar hoofdstroom (levering derden) aansluiting waterafvoer stoomslang (accessoire “ds..”) aansluiting watertoevoer condensaatslang (accessoire “Ks10”) Wateraansluitslang g 3/4"- g 3/8"...
Pagina 14
Systeemoverzicht ruimtebevochtiging FAN4 N S W FAN4 N M W FAN4 N L W DS80 KS10 Z261 125...1250 µs/cm 1...10 bar 1...40 °c stoombevochtiger Waterafvoerslang (inclusief in de levering) stoomaansluiting Hoofdschakelaar stuurstroom (levering derden) aansluiting waterafvoer Hoofdschakelaar hoofdstroom (levering derden) aansluiting watertoevoer stoomslang (accessoire “ds..”) Wateraansluitslang g 3/4"- g 3/8"...
Opties Nordmann ES4... 1532 2362 3262 4564 6564 1534 2364 3264 Bedrijfs- en storingsafstandsignalering 1xRFI Printplaat met relaiscontacten voor aansluiting van de afstandsig- naleringen “bedrijf”, “stoom”, “storing” en “service”. Drukvereffenings-montageset 1xOPS Voor montage van de vulinrichting op het deksel van de unit voor bedrijf v.d.
(voor horizontale montage) of de kanaalhoogte (voor verticale montage) en de capaciteit van de stoom-luchtbevochtiger. Belangrijk! Kies altijd de langst mogelijke stoomverdeelpijp (optimale bevochtigingsafstand). Stoomverdeelpijpen for Lengte (L) Kanaal Nordmann ES4 stoomverdeelpijp breedte (B) Type DV41-.. Type DV71-.. in mm in mm 41-200 210...400...
3.7.2.2 Stoomverdeelsysteem MultiPipe Het stoomverdeelsysteem MultiPipe wordt in een kanaal- of kastdeel toe- gepast, waarin slechts een kort bevochtigingstraject ter beschikking staat (berekening van het bevochtigingstraject zie hoofdstuk 5.4.2). Bij een bestel- ling moeten de afmetingen van het kanaal worden vermeld. denk daarbij aan de volgende gegevens.
Pagina 19
Ventilatorunit FAN4 N... de ventilatorunit Fan4 n...dient, in combinatie met de stoomluchtbevochtigers nordmann es4, voor directe bevochtiging van de ruimtelucht. Zij worden separaat boven de nordmann es4 op de wand gemonteerd. Het type ventilatorunit is afhankelijk van de stoomcapaciteit en het type af stoomluchtbevochtiger en kan in de tabel in hoofdstuk 3.7.1 worden afgelezen.
Leg de unit altijd op zijn ‘rug’. Verpakking Bewaar de originele verpakking van de nordmann es4 voor eventueel later gebruik. Wilt u de verpakking toch afvoeren, neem dan de plaatselijke voorschriften...
Opmerkingen voor de ontwerper Selecteren van het type unit ga hiervoor als volgt te werk: 1. Bereken de maximaal benodigde stoomcapaciteit conform hoofdstuk 4.1.1 2. Kies het type unit uit de tabel in hoofdstuk 4.1.2 4.1.1 Berekenen van de maximaal benodigde stoomcapaciteit de maximaal benodigde stoomcapaciteit moet worden berekend volgens een van de volgende formules: V •...
Selectie van het regelsysteem De verschillende regelsystemen – Systeem 1: Ruimtebevochtigingsregeling systeem 1 is geschikt voor directe ruimtebevochtiging en airconditi- oningsystemen met voornamelijk recirculatielucht. de luchtvoch- tigheidssensor of bevochtigingsregelaar wordt bij voorkeur in de ruimte zelf, of in het uitblaasluchtkanaal gemonteerd. luchtvochtigheidssensor nordmann ventilatiebeveiliging...
– Systeem 3: regeling van de relatieve vochtigheid in de toegevoerde lucht de regeling van de relatieve vochtigheid in de toegevoerde lucht dient alleen daar te worden toegepast, waar de regeling van rela- tieve vochtigheid in het retourkanaal of in de ruimte om technische redenen niet mogelijk is.
Montage en installatie Belangrijk opmerkingen bij montage en installatie Kwalificatie van personeel alle montage- en installatiewerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door goed gekwalificeerd personeel, goedgekeurd door de eigenaar. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om de juiste kwalificatie van het personeel te controleren.
Installatieoverzicht Installatieoverzicht bevochtiging in het luchtkanaal Externe beveiligingsketen L1 N SC1SC2 A1 / A2 ext. max. Continue regeling 0-10V 24V Aan/uit regeling DV41 On/Off Mode On/Off Mode CONT.SIGN CONT.SIGN DV71 V+ IN GND V+ IN GND ext. ext. Pmax 1500 Pa min.
Pagina 27
Installatieoverzicht ruimtebevochtiging Externe beveiligingsketen L1 N SC1SC2 ext. max. 24V Aan/uit Continue regeling 0-10V regeling On/Off Mode On/Off Mode CONT.SIGN CONT.SIGN FAN4 N S W V+ IN GND V+ IN GND FAN4 N M W Stoomzijdige installatie ext. ext. FAN4 N L W Zie hoofdstuk 5.4 A1 / A2 + –...
60...70 °C 1 ... 40 °C max. 75 %rh IP20 1532 2362 3262 4564 6564 1534 2364 3264 Nordmann ES4 ... afmetingen omkasting (XxYxZ) in mm 377x279x612 492x351x670 gewicht gewicht leeg in kg gewicht tijdens bedrijf in kg...
Pagina 29
– gebruik bij de montage van de nordmann es4 alleen de met de unit meegeleverde bevestigingsmaterialen. is dit in uw geval niet mogelijk, kies dan een bevestigingsmethode met een vergelijkbare stabiliteit.
5.3.2 Montage van de bevochtiger Afmetingen Omkasting klein groot 189 mm 246 mm 61 mm 52 mm 490 mm 547 mm 120 mm 180 mm 120 mm 180 mm Procedure 1. Markeer het bevestigingspunt "a" op de muur. 2. Boor het gat voor bevestigingspunt "a" (diameter: 8 mm, diepte: 40 mm). 3.
5.3.3 Controle van de gemonteerde unit controleer de volgende punten: is de unit op de juiste plaats gemonteerd (zie hoofdstuk 5.3.1)? is de plaats van opstelling sterk genoeg? is de unit goed uitgelijnd, verticaal en horizontaal? is de unit goed bevestigd (zie hoofdstuk 5.3.2)? is de unit weer correct gemonteerd en het voorpaneel bevestigd met de twee schroeven?
Stoominstallatie 5.4.1 Overzicht stoominstallatie DV41 DV71 Pmax 1500 Pa min. 5 % – Pmin -800 Pa DS22 DS35 min. 20 % min. 20 % – KS10 FAN4 N S W FAN4 N M W FAN4 N L W min. 20 % min.
” kan de onderstaande tabel worden gebruikt. de tabel geeft richtwaarden toepassing van de nordmann es4 bij toevoerluchttemperaturen tussen 15 °c en 30 °c. de vet gedrukte waarden gelden alleen voor stoomverdeelpijpen 41-.. en 71-..., de waarden tussen haakjes voor het MultiPipe stoomverdeel- systeem.
Pagina 34
Voorbeeld gegeven: φ1= 30 %rv, φ2= 70 %rv Bevochtigingsafstand B 1,4 m (0.36 m bji stoomverdeelsysteem MultiPipe) opmerking: als de inbouwsituatie slechts een korte bevochtigingsafstand toelaat, moet de stoomhoeveelheid per stoomuittrede over twee stoomver- deelpijpen worden verdeeld, of moet het MultiPipe stoom verdeelsysteem worden toegepast.
Pagina 35
voor rooster voor regelsensor voor/na filter/register voor/na ventilator, zone exit 1 . 5 * 2,5 x B voor absoluut filter Opmerkingen bij de montage en afmetingen de stoomverdeelpijpen zijn ontworpen voor horizontale montage (op de kanaalwand) of, met accessoires, voor verticale montage (in de kanaal- vloer).
Pagina 36
– stoomverdeelpijpen mogen niet worden gemonteerd in ronde kanalen. Heeft u vragen over het dimensioneren van ventilatiekanalen in combinatie met stoom-luchtbevochtigers nordmann es4, neem dan contact op met uw nordmann leverancier.
5.4.3 Montage van de stoomverdelers gedetailleerde informatie over de installatie van de stoomverdeelpijpen dV41-…, dV71-… en het MultiPipe staat in de afzonderlijke montage- en bedieningsinstructies voor deze producten.
5.4.4 Plaatsen en monteren van de ventilatorunits FAN4 N… de ventilatorunit Fan4 n... wordt apart boven de unit aan de wand ge- monteerd. om condensaatvorming te voorkomen moet de ventilatorunit zodanig worden gemonteerd dat de stoom ongehinderd in de ruimte kan worden gebracht zonder dat het ergens tegenaan condenseert (plafond, plafondbalken, kolommen etc.).
5.4.5 Montage van de stoomslang en de condensaatslang Belangrijk! Gebruik alleen originele nordmann stoomslang en conden- saatslang. andere typen slangen kunnen ongewenste bedrijfsstoringen veroorzaken. Instructies voor het aanleggen van de slangen de loop van de slangen is afhankelijk van de positie van de stoomverdeelpijp: –...
Pagina 40
– stoomverdeelpijp is minder dan 500 mm boven de bovenrand van de bevochtiger gemonteerd: min. 5 % – min. 20 % min. 20 % – obstakel min. 20 % min. 20 % min. 5 % – min. 20 % min. 20 % –...
Pagina 41
– de stoomslang moet zo kort mogelijk worden gehouden (max. 4 m) met inachtneming van de minimum buigradius van 300 mm. Belangrijk! er moet rekening worden gehouden met een drukverlies van ca. 100 Pa per meter stoomslang. Opmerking: is bij uw installatie een stoomslang nodig die langer is dan 4 m, neem dan contact op met uw nordmann leverancier.
Stoomleiding met vaste leiding Voor stoomleidingen met vaste leiding gelden dezelfde instructies voor het aanleggen van de leidingen zoals reeds beschreven. min. 20 % min. 20 % – Ømin. 200 mm Houd rekening met de volgende aanvullende opmerkingen: – de minimum inwendige diameter van de stoomleiding (de diameter is afhankelijk van het type bevochtiger) moet over de gehele lengte van de leiding worden toegepast.
5.4.6 Veel voorkomende fouten bij het aanleggen van de stoom- en condensaatleiding 1. stoomslang ss niet minstens 300 mm loodrecht omhoog gevoerd. 2. Minimum buigradius van de stoomslang van 300 mm niet aangehouden (condensaatvorming). 3. sifon in de condensaatslang niet ten minste 300 mm onder de stoom- verdeelpijp.
5.4.7 Controle van de stoominstallatie gebruik de volgende checklist om te controleren dat de stoominstallatie correct is uitgevoerd: – stoomverdeler stoomverdelers (stoom verdeelpijp of MultiPipe stoomverdeelsys- teem) correct geplaatst en bevestigd? staan de uittrede-openingen loodrecht op de luchtrichting? – stoomslang Maximum lengte van 4 m? Minimum buigradius van 300 mm (5 x inwendige diameter met vaste leiding)?
Waterinstallatie 5.5.1 Overzicht waterinstallatie G 3/4" ø 30 mm G 3/4" ø 30 mm G 3/4" ø14/7 mm ø14/7 mm G 1/2" ø 40/31 mm G 3/8" G 3/8" Z261 125...1250 µS/cm ≥ 40 mm 1...10 bar 1...40 °C...
– Opmerkingen over de waterkwaliteit: – gebruik voor de watertoevoer van de nordmann es4 alleen onbe- handeld drinkwater. – gebruik van additieven zoals corrosieremmers, ontsmettingsmid- delen, etc. is niet toegestaan, omdat deze gevaar kunnen ople- veren voor de gezondheid en de goede werking nadelig kunnen beïnvloeden.
5.5.3 Controle van de waterinstallatie controleer de volgende punten: – Watertoevoer Is de filterklep (accessoire “Z261”) of respectievelijk afsluitklep en een 5 µm waterfilter gemonteerd in de toevoerleiding? is er rekening gehouden met de toegestane waterdruk (1 – 10 bar) en temperatuur (1 –...
(zie typeplaatje) de nordmann es4 moet worden aangesloten op de elektrische voe- ding conform het elektrisch schema, via een service schakelaar “Q2”...
Pagina 50
Aansluiten voeding stuurstroom LET OP! – controleer, voordat de voeding op het net wordt aangesloten, of deze overeenkomt met de stuurstroomspanning van de unit (230 V/1~/50… 60Hz). – de bevochtiger mag alleen aangesloten worden op een stroomnet met aardleiding. de aansluiting voor de stuurspanning moet worden gemaakt zoals weerge- geven in het elektrisch schema, op klemmenstrook “X3”...
Pagina 51
Bedrijfs en foutmelding op afstand H1 (Optie “RFI”) De optionele storings- en bedrijfsmeldingsprint moet met behulp van de “flat ribbon cable” worden aangesloten op de overeenkomstige connector “J1” op de regelprint. deze optionele print bevat de potentiaalvrije relaiscontacten voor de aansluiting van de volgende bedrijfs- en storingsmeldingen: –...
5.6.3 Configuratie van de eenheid Alle instellingsonderdelen voor de configuratie van de eenheid bevinden zich op het bedieningspaneel: – draaischakelaar “cylinder”: cilindertype – Potentiometer “spuifactor”: spuifactor – Potentiometer “capaciteitsbegrenzing”: capaciteitsbegrenzing – diP-schakelaar “instellingen”: algemene instellingen Het type stoomcilinder instellen (“Cylinder”) gebruik de draaischakelaar “cilinder” om het gebruikte type stoomcilinder te selecteren: 200/1 200/3...
Komen de elektrische voedingen overeen met de spanning zoals aan- gegeven in het elektrisch schema (hoofd- en stuurspanning)? is de juiste es4 kaart geplaatst? Zijn de juiste zekeringen toegepast (hoofd- en stuurspanning)? Zijn de serviceschakelaars “Q..” in de voedingen aangebracht (hoofd- en...
Werking Functie van de display en bedrijfselementen Spui-/infotoets druk kort op de toets: de spuiklep wordt geopend en gesloten (hand- – matig spuien). opmerking: de spuiklep wordt na 10 minuten automatisch gesloten. houd de toets enige tijd ingedrukt (>3 sec.): de infomodus wordt –...
(5–10 minuten, afhankelijk van de geleid- baarheid van het water) wordt er stoom geproduceerd. opmerking: Wanneer de nordmann es4 werkt met water met een lage geleidbaarheid, dan kan het voorkomen dat de maximum stoomcapaciteit in de eerste paar uur niet wordt bereikt. dit is normaal. Zodra de geleidbaar- heid een goed niveau heeft bereikt (door het verdampingsproces) zal de bevochtiger de maximum stoomcapaciteit bereiken.
Opmerkingen over de werking 6.3.1 Functie van de LED’s in de infomodus de infomodus wordt geactiveerd door de spui-/infotoets enige tijd ingedrukt te houden (> 3 seconden). nadat de infomodus is geactiveerd: – gaat eerst de groene Led knipperen. Het aantal knipperingen geeft een indicatie van de huidige stoomafgifte in % van de maximale stoomca- paciteit.
De unit uit bedrijf nemen ga als volgt te werk om de nordmann es4 uit bedrijf te nemen: 1. als de unit moet worden afgeschakeld vanwege een storing, noteer dan de foutcode (aantal knipperingen van de rode en gele Led) voor de desbetreffende fout.
Onderhoud Belangrijke kanttekeningen bij het onderhoud Kwalificaties van het personeel alle onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door voldoende gekwalificeerd en goed opgeleid personeel dat is geautoriseerd door de eigenaar. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om te controleren of het personeel over de juiste kwalificaties beschikt. Algemeen de instructies en details voor onderhoudswerkzaamheden moeten strikt wordt opgevolgd.
Pagina 59
Onderhoudsschema Voor een blijvend veilige werking moet de nordmann es4 stoombevochtiger regelmatig worden onderhouden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen het eerste onderhoud na ongeveer 500 bedrijfsuren (I), het vervangen van de stoomcilinder nadat de gele LED gaat branden (II) en jaarlijks onderhoud (III).
Verwijderen en monteren van onderdelen voor onderhoud 7.3.1 Verwijderen en monteren van de stoomcilinder 1. draai de twee bevestigingsschroefen van het voorpaneel met een schroevendraaier los en verwijder het voorpaneel. 2. neem de slangklem op de stoomaansluiting van de stoomcilinder los, en haal daarna de stoomslang van de stoomaansluiting.
Pagina 61
5. Til de stoomcilinder voorzichtig uit de houder en trek hem er naar voren uit. LET OP! Zet de stoomcilinder voorzichtig neer om schade aan het onderste aansluitstuk te voorkomen! 6. Haal de filter voorzichtig uit de uittrede-opening van de stoomcilinder. Opmerking: deze handeling moet alleen worden uitgevoerd als het filter verstopt zit (zie hoofdstuk 8.2.2 “Unitfouten”) en de stoomcilinder nog wel kan worden gebruikt.
Pagina 62
Bij installatie van de stoomcilinder volgt u de procedure in omgekeerde volgorde. Houd rekening met het volgende: – Controleer, voordat u de stoomcilinder in de unit monteert, of de o-ring van de cilinder houder niet is beschadigd vervang deze zo nodig. –...
7.3.2 Verwijderen en installeren van de drain cup 1. draai de slangklem los en koppel de afvoerslang los van de aansluiting op de vulbeker. 2. gebruik een schroevendraaier om de drie schroeven waarmee de opvangbak aan de eenheid is bevestigd, los te draaien en verwijder de drain cup met een neerwaartse beweging.
7.3.3 Verwijderen en bevestigen van de vulbeker en de waterslangen Voordat de vulbeker en de waterslangen kunnen worden verwijderd moet eerst de stoomcilinder worden verwijderd (zie hoofdstuk 7.3.1) 1. Maak eerst de slangklemmen los en haal vervolgens de slangen los van hun aansluiting.
7.3.4 Verwijderen en installeren van de spuiklep om de spuiklep te verwijderen moet eerst de stoomcilinder worden verwij- derd (zie hoofdstuk 7.3.1). 1. Koppel de elektrische bedrading los (hierbij hoeft geen rekening te worden gehouden met de polariteit van de kabels). 2.
7.3.5 Verwijderen en installeren van de inlaatklep Voordat de inlaatklep kan worden verwijderd moet eerst de stoomcilinder worden verwijderd (zie hoofdstuk 7.3.1) 1. Maak de elektrische bedrading los (hierbij behoeft geen rekening te worden gehouden met de polariteit). 2. Maak de slangklem los een haal de slang van de aansluiting 3.
Opmerkingen bij het reinigen van de componenten Unit component Wat en hoe te reinigen Waterslangen • Verwijder eventuele kalkaanslag door met een rubber hamer zachtjes op de leidingen te tikken. spoel daarna de leidingen goed door met warm kraanwater. Toevoerklep •...
Unit component Wat en hoe te reinigen Drain cup • Verwijder met een borstel (géén staalborstel) eventu- ele kalkaanslag op de drain cup en de houder aan de onderzijde van de unit. in het geval van zware kalkaanslag, plaatst u de drain cup in een 8% mierenzuuroplossing totdat de kalkaan- slag loslaat (neem de veiligheidsmaatregelen in acht zoals omschreven in hoofdstuk 7.5).
Oplossen van storingen Belangrijk! de meeste bedrijfsstoringen worden niet veroorzaakt door defecte apparatuur, maar door onjuiste installatie of het negeren van de planning richtlijnen. daarom maakt een grondige inspectie van het gehele systeem altijd deel uit van een complete foutdiagnose. Vaak blijkt dat de stoomslang niet goed is aangesloten, of de fout ligt bij de luchtvochtigheidsregeling.
Geen ES4-Card geen es4 kaart geplaatst op de Plaats es4 kaart of start testbedrijf. regelprint. ––– ––– Lege ES4-Card er staan geen gegevens op de es4 Plaats nieuwe es4 kaart. kaart. ––– ––– Defecte ES4-Card ongeldige gegevens opslag op de Plaats nieuwe es4 kaart.
Pagina 71
Waarschuwing Fout Oorzaak Oplossing Code Storing Code Storing Langer dan 20 mi- Langer dan 4 uur Fase voedingsspanning ontbreekt. controleer serviceschakelaar in nuten geen elektro- geen elektrode- de elektrische voeding en schakel destroom stroom deze zo nodig aan. controleer hoofdzekering(en) en vervang zo nodig.
Opmerkingen bij het oplossen van storingen GEVAAR! Gevaar voor elektrische schokken! schakel, alvorens werkzaamheden aan de unit uit te voeren, de unit buiten bedrijf zoals beschreven in hoofdstuk 6.5, schakel de hoofdstroom af en beveilig de unit tegen ongewenste start. Het oplossen van storingen mag alleen worden uitgevoerd door gekwalifi- ceerd, goed opgeleid personeel.
Uit bedrijf nemen/Afvoeren Uit bedrijf nemen Wanneer de nordmann es4 moet worden vervangen of het bevochtigings- systeem niet meer nodig is, ga dan als volgt te werk: 1. stel de unit buiten bedrijf zoals beschreven in hoofdstuk 6.5. 2. Laat de unit (en indien van toepassing alle andere systeemcomponenten) demonteren door een gekwalificeerd servicetechnicus.
Pagina 80
Dampfluftbefeuchter E N G I N E E R I Reg.No. 40002-2 Manufacturer: Nordmann Engineering Ltd. NORDMANN Talstrasse 35-37, 8808 Pfäffikon, Switzerland Ph. +41 55 416 66 06, Fax +41 55 416 62 46 E N G I N E E R I N G...