Onderhoud – Bedrijfsstoffen
8.3 Bedrijfsstoffen
8.3.1 Motorolie
8.3.1.1
Oliekwaliteit
8.3.1.2
Olieviscositeit
Afb. 47
8.3.1.3
Olieverversingsintervallen
8.3.2 Brandstof
8.3.2.1
Brandstofkwaliteit
64
De volgende motoroliespecificaties zijn toegelaten:
n
Motorolies voor viertaktmotoren volgens API-classificatie SJ of
hoger
Mengingen van motorolies vermijden.
Omdat de viscositeit (taaivloeibaarheid) van motorolie met de tem-
peratuur verandert is voor de keuze van de viscositeitsklasse
(SAE-klasse) de omgevingstemperatuur op de plaats van gebruik
van de motor maatgevend.
De temperatuuropgaven van de SAE-klasse hebben altijd betrek-
king op verse olie. In het rijbedrijf veroudert motorolie door roet- en
brandstofresten. Daardoor verslechteren, met name bij lage buiten-
temperaturen, de eigenschappen van de motorolie duidelijk.
SAE 10W-30 wordt aanbevolen voor algemeen gebruik.
Alternatief kan 15W-40 worden ingezet (behalve bij lage tempera-
turen).
Olieverversingsinterval: halfjaarlijks of om de 100 bedrijfsuren.
Loodvrije benzine met een research-octaangetal van 91 of hoger
(resp. octaangetal van 86 of hoger) gebruiken.
Alleen loodvrije benzine met maximaal 10 volumeprocent ethanol
(E10) of maximaal 5 volumeprocent methanol gebruiken.
Methanol moet ook cosolventen en corrosiewerende stoffen
bevatten.
Geen brandstof met een hoger ethanol- of methanolgehalte
inzetten.
De inzet van brandstof met een hoger ethanol- of methanolgehalte
leidt tot start- en/of vermogensproblemen resp. tot beschadigingen
van het brandstofsysteem.
DR7X