ALGEMENE INFORMATIE
WAARSCHUWINGEN
Door langdurig stationair draaien met
hoge motortoerentallen kan tot zeer
hoge temperaturen in de motor en
het uitlaatsysteem leiden, waardoor het
risico op brand of andere schade ontstaat.
Laat de motor niet stationair draaien
en parkeer of rij de auto niet op droog
gras of ander droog materiaal. Het
emissiesysteem warmt de motorruimte en
het uitlaatsysteem op, waardoor het risico
op brand ontstaat.
Start de motor niet in een gesloten
garage of in andere gesloten ruimtes.
Uitlaatgassen kunnen gifitig zijn.
Open altijd de garage voordat u de motor
start.
Als u uitlaatgassen ruikt in de auto,
moet u de auto onmiddellijk laten
controleren door een dealer van Ford.
Rijd niet met uw voertuig indien u
uitlaatgassen ruikt.
Als u de accu loskoppelt, kan uw auto nog
ca. 8 kilometer ongebruikelijke
rijeigenschappen vertonen nadat u de accu
weer hebt aangesloten. Dit komt omdat
het motormanagementsysteem opnieuw
met de motor moet worden uitgelijnd. U
kunt eventuele ongebruikelijke
rijeigenschappen in deze periode negeren.
Voorkom dat het gaspedaal vóór en tijdens
het starten wordt ingedrukt. Gebruik het
gaspedaal alleen indien u moeilijkheden
heeft om de motor te starten.
Ranger (TKE) Vehicles Built From: 27-01-2014, Vehicles Built Up To: 31-12-2014, CG3575nlNLD nlNLD, Edition date: 12/2013, None
Motor starten en stoppen
CONTACTSLOT
0(uit) - Het contact is uitgeschakeld.
N.B.: Als u het contact uitschakelt en de
auto verlaat, laat dan de sleutel niet in het
contact steken. Hierdoor kan de
voertuigaccu leegraken.
I (accessoire) - Voor bedienen van de
elektrische accessoires zoals de radio
terwijl de motor niet draait.
N.B.: Laat, om te voorkomen dat de accu
leegraakt, de contactsleutel niet te lang in
deze stand staan.
II (aan) - Alle elektrishe circuits werken
volledig. Controlelampen en indicators
branden.
III (start) - Voor het starten van de motor.
Laat de sleutel weer los zodra de motor
start.
STUURWIELBLOKKERING
WAARSCHUWING
Controleer altijd voordat u probeert
uw auto in beweging te brengen of
het stuurslot is uitgeschakeld.
Uitvoeringen zonder keyless
startsysteem
Stuur vergrendelen:
1.
Neem de sleutel uit het contactslot.
89