Inhoudsopgave
Advertenties
Schakelen tussen 2H en 4H
N.B.: Schakelen naar 2H schakelt alle
functies voor stabiliteitsregeling (ESP) terug
in.
Schakelen tussen 2H en 4H is mogelijk
wanneer de auto tot 110 km/h rijdt, maar
alleen met het gaspedaal losgelaten.
Tijdens het schakelen knippert de
controlelamp.
Schakelen tussen 2H en 4L
N.B.: Bij schakelen naar 4L worden de
motoraandrijfregeling en de
aanhangerstabiliteitsregeling uitgeschakeld,
maar de afdaalregeling, hellingstart en
remaandrijfregeling blijven actief.
N.B.: Schakelen naar 2H schakelt alle
functies voor stabiliteitsregeling (ESP) terug
in.
1.
Breng de auto tot stilstand wanneer dit
veilig kan.
2. Trap het koppelingspedaal volledig in
(handgeschakelde versnellingsbak).
3. Zet de keuzehendel van de transmissie
in de stand N (automatische
transmissie).
4. Verplaats de keuzehendel vanuit 2H in
4L of van 4L in 2H.
Tijdens het schakelen knippert de
controlelamp. Als deze blijft knipperen,
controleert u of aan de bovenstaande
voorwaarden is voldaan.
Schakelen tussen 4H en 4L
N.B.: Bij schakelen naar 4L worden de
motoraandrijfregeling en de
aanhangerstabiliteitsregeling uitgeschakeld,
maar de afdaalregeling, hellingstart en
remaandrijfregeling blijven actief.
1.
Breng de auto tot stilstand wanneer dit
veilig kan.
Ranger (TKE) Vehicles Built From: 27-01-2014, Vehicles Built Up To: 31-12-2014, CG3575nlNLD nlNLD, Edition date: 12/2013, None
Vierwielaandrijving
2. Trap het koppelingspedaal volledig in
3. Zet de keuzehendel van de transmissie
4. Verplaats de keuzehendel vanuit 4H in
Tijdens het schakelen knippert de
controlelamp. Als deze blijft knipperen,
controleert u of aan de bovenstaande
voorwaarden is voldaan.
Rijden onder speciale
omstandigheden met
vierwielaandrijving
Auto's met vierwielaandrijving zijn geschikt
voor rijden op zand, sneeuw, modder en
ruwe wegdekken en beschikken over
eigenschappen die zowel op als buiten de
snelweg enigszins verschillen van die van
conventionele auto's.
Tijdens rijden bij lage snelheden off-road
onder hoge belastingen moet u indien
mogelijk een lage versnelling gebruiken.
Rijden in een lage versnelling
maximaliseert het koelvermogen van de
motor en de transmissie.
Basis werkingsprincipes
•
•
Indien uw auto de weg verlaat
Indien uw auto de weg verlaat, moet u de
voertuigsnelheid minderen en stevig
remmen vermijden. Als de voertuigsnelheid
is verlaagd, rijd dan voorzichtig weer de
weg op. Geef geen ruk aan het stuur
wanneer u weer op de weg terugkeert.
105
(handgeschakelde versnellingsbak).
in de stand N (automatische
transmissie).
4L of van 4L in 4H.
Rijd langzamer bij een sterke zijwind
(deze kan van invloed zijn op de
normale stuureigenschappen van de
auto).
Rijd voorzichtig op oppervlakken die
glad zijn geworden door los zand,
water, gravel, sneeuw of ijs.
Advertenties
Inhoudsopgave
