3.7 Bakstand-indikator
1
2
3
1
3
2
3.8 Mechanische parallelgeleiding (FZ, FZ+, FZ L)
De horizontale positie van de bak controleert u
middels de daarvoor bestemde indikator.
Zet het werktuig in horizontale positie. Draai schroef
(2) los. Verander de positie van buis (3) zo ver dat
deze net onder het uiteinde van stang (1) ligt. Draai
moer (2) weer vast.
De Fronlader FZ L heeft aan het eind van de
zichtindicator een sensor (3), om de horizonale stand
van het werktuig in te herkennen.
Zet het werktuig in horizontale positie. Draai schroef
(2) los. Verander de stand van de stang (1) zo dat
deze ongeveer 10 mm diep in de sensor ligt. Draai
moer (2) weer vast.
Controleer de instelling met de functie return to level
(hoofdstuk 3.4.5).
Pas indien nodig de positie van de sensor en stang
opnieuw aan.
Tijdens het heffen en zakken van de lader zorgt het
parallegeleidingssysteem ervoor dat het werktuig in
dezelfde horizontale stand blijft staan.
De mechanische parallelgeleiding is bij alle
frontladerwerkzaamheden een groot voordeel. In het
bijzonder bij het laden van pallets of bij het stapelen
van balen.
O p m e r k i n g
De parallelgeleiding funktioneert zeer goed bij
horizontaal gepositioneerde werktuigen of werktuigen
die helemaal aangekiept zijn. Het funktioneert niet bij
compleet afgekiepte werktuigen.
Controleer de horizontale positie van het werktuig
middels de daarvoor bestemde indikator (hoofdstuk
3.7).
29
Frontlader