Stand van het stuurwiel
instellen
Het stuurwiel kan in vier standen worden gekanteld. Zet
het stuurwiel in een stand waarin u de machine het best
kunt bedienen en comfortabel zit.
1. Trek de hendel om het stuur te kantelen omhoog om
de vergrendeling los te zetten (Fig. 23).
2. Zet het stuurwiel in een comfortabele stand; laat
daarna de hendel los om het stuurwiel vast te zetten.
1
Figuur 23
1. Hendel om het stuurwiel te
kantelen
Stuurwiel centreren (modellen
met stuurwielbekrachtiging)
De stuurbekrachtiging zorgt er niet altijd voor dat het
stuurwiel terugkeert in de centerpositie als u de wielen
recht naar voren draait. Als dit gebeurt, moet u het
stuurwiel centreren. Ga hierbij als volgt te werk:
1. Kijk in hoeverre het stuurwiel afwijkt van het
centerpositie.
2. Draai vervolgens het stuurwiel helemaal in de
tegenovergestelde richting totdat de voorwielen niet
verder kunnen draaien.
3. Draai verder aan het stuurwiel in zoverre het afwijkt
van het centerpunt.
4. Draai het stuurwiel in de andere richting totdat de
voorwielen recht naar voren staan.
Het stuurwiel moet nu in de centerpositie staan.
2
m–3259
2. Stuurwiel
22
Het Smart Turn
Stuursysteem
Het Smart Turn Stuursysteem vermindert automatisch de
snelheid van de tractor in een scherpe bocht. De
snelheidsvermindering is recht evenredig aan de scherpte
van de bocht, waarbij de maximumsnelheid met maar
liefst 40 percent kan worden verminderd. Hierdoor kunt u
bochten maken bij een hogere snelheid zonder dat u naar
een lagere rijsnelheid hoeft te schakelen. Na de bocht
krijgt de tractor automatisch weer de oorspronkelijke
snelheid.
Het Smart Turn
Stuursysteem heeft geen invloed op het
motortoerental.
Dit systeem is ingesteld in de fabriek en hoeft niet te
worden bijgesteld.
Gevaar
Rijd niet te snel als u een bocht maakt. Hierdoor
kan de tractor omslaan, waardoor u of
omstanders ernstig lichamelijk of dodelijk letsel
kunnen oplopen.
Vertrouw niet uitsluitend op het Smart Turn
Stuursysteem om omgelukken te voorkomen als
u een bocht maakt.
Voordat u de tractor start, moet u ervoor
zorgen dat u alle instructies in de Bedienings-
handleiding en op de machine hebt gelezen,
begrepen en uitgevoerd.
Machine handmatig duwen
Belangrijk
Machine niet slepen. Dit kan schade aan de
transmissie veroorzaken. U moet de machine altijd met de
hand duwen.
1. Schakel de aftakas uit en zet de motor af.
2. Zet de hendel voor Hoog-Laag in de neutraalstand (N).
Hierdoor kunnen de achterwielen vrij draaien.
3. Duw de machine naar de gewenste plaats.
4. Zet de hendel op hoog of laag nadat u de machine hebt
verplaatst, en stel de parkeerrem in werking.