Vooruit en achteruit rijden
1. De tractor stoppen.
Belangrijk
Niet schakelen als de tractor in beweging
is. Dit kan leiden tot inwendige schade aan de transmissie.
Belangrijk
Zet geen kracht op de schakelhendel. Als u
tijdens het schakelen het tractiepedaal licht intrapt, zult u
gemakkelijker kunnen schakelen.
2. Om vooruit te rijden in de hoge (H) of lage (L)
versnelling schakelt u met de hendel voor Hoog-Laag
(Fig. 11).
Opmerking: Schakel in laag voor de beste maai-
resultaten en de soepelste bediening met alle werktuigen.
Schakel in hoog bij transport of als de omstandigheden
een hogere snelheid toelaten.
Gevaar
Rijd niet te snel op hellingen. Hierdoor kan de
tractor omslaan en kunt u de macht over de
machine verliezen, waardoor u of omstanders
ernstig lichamelijk of dodelijk letsel kunnen
oplopen.
Schakel niet in de neutraalstand, als de tractor
beweegt.
Laat de tractor nooit in de neutraalstand van
een helling rollen.
Voordat u de tractor start, moet u ervoor
zorgen dat u alle instructies in de Bedienings-
handleiding en op de machine hebt gelezen,
begrepen en uitgevoerd.
3. Zet de gashendel op snel om de beste prestaties te
verkrijgen. (Met de gashendel regelt u het aantal
omwentelingen per minuut).
4. Zet uw voet op het tractiepedaal en trap de bovenkant
van het pedaal langzaam in om vooruit te rijden of trap
de onderkant van het pedaal in om achteruit te rijden
(Fig. 17).
Opmerking: Door het pedaal verder in te trappen (in
beide richtingen) laat u de machine sneller rijden in de
gewenste richting.
Figuur 17
1. Tractiepedaal
2. Rempedaal
5. Om langzamer te rijden, laat u het tractiepedaal
opkomen en trapt u het rempedaal in.
De machine stoppen
1. Laat de tractiepedaal opkomen.
2. Trap het rempedaal in.
3. Schakel de aftakas uit
4. Laat de werktuighefhendel neer.
5. Draai het contactsleuteltje op stop om de motor af te
zetten.
6. Stel de parkeerrem in werking voordat u afstapt van de
tractor; zie Parkeerrem in werking stellen, blz. 14.
7. Verwijder het contactsleuteltje en het KeyChoice-
sleuteltje uit de desbetreffende schakelaars.
Voorzichtig
Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als
zij de tractor verplaatsen of proberen te bedienen
terwijl deze onbeheerd staat.
Verwijder altijd het contactsleuteltje en het
KeyChoice-sleuteltje en stel de parkeerrem in
werking wanneer u de machine onbeheerd laat,
ook al is het slechts voor een paar minuten.
19
2
1
3
4
m–3258
3. Vooruit
4. Achteruit