Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meetprocedure Volgens Din 18560-4:2011; Vier Stalen Kogels - Radtke Messtechnik CCM Series Instructies

Inhoudsopgave

Advertenties

MEETPROCEDURE VOLGENS DIN 18560-4:2011-03

BEGIN CITAAT
Meting van het vochtgehalte
1. Algemeen
De meting voor de beoordeling van het restvochtgehalte op de bouwwerf gebeurt met de calcium-
carbidemethode.
OPMERKING
2. Meetapparatuur
2.1 CM-toestel, geijkte drukfles conform de richtlijn 97/23/EG (volume 650 ml), met een manome-
ter gemonteerd volgens EN 837-2 (max. absolute fout 25 mbar)

2.2 Vier stalen kogels

2.3 Calciumcarbide-ampul, met een vulgewicht van ong. 7 g (korrelgrootte 0,3 mm – 1,0 mm)
2.4 Weegschaal, foutmarge ± 0,1 g
2.5 Klok
2.6 Vijzelschaal uit metaal of iets dergelijks
2.7 Twee zakken uit polyethyleen (PE)
3. Uitvoering
a) Een doorsneemonster afnemen over de volledige doorsnede van de dekvloer en dit in een PE-zak
(2.7) vullen.
OPMERKING
b) Verklein het doorsneemonster in de PE-zak (2.7) in de schaal (2.6) zodanig dat een volledig
verkleinen ervan in het CM-toestel (2.1) mogelijk is met de stalen kogels (2.2).
c) Homogeniseer het monster door het monstermateriaal om te vullen in een andere PE-zak (2.7).
d) Weeg uit het voorbereide monstermateriaal een staal af:
-
Calciumsulfaat-dekvloer:
-
Magnesia-dekvloer:
-
Cementdekvloer:
34
Alternatieve meetmethodes (bv. diëlektrische methodes) dienen uitsluitend
voor voorafgaande onderzoeken en het afbakenen van vochtige vlakken.
Bij dekvloeren met een hogere vastheidsklasse of een grotere dikte is het
gebruik van een elektrische beitelhamer zinvol.
100 g
50 g
50 g

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave