Inhoudsopgave
Advertenties
In bedrijf stellen
6.2
Tractor/machine tegen onbedoeld starten en onbedoeld wegrollen
beveiligen
42
WAARSCHUWING
Gevaren door beknelling, afrukken, snijden, afsnijden, gegrepen
worden, opwikkelen, intrekking, blijven hangen en stoten bij
ingrepen in de machine door
•
onbedoeld zakken van de met de hefinrichting van de
tractor opgetilde, onbeveiligde machine.
•
onbedoeld zakken van opgetilde, onbeveiligde
machinedelen.
•
onbedoeld starten en onbedoeld wegrollen van de tractor-
machine-combinatie.
•
Beveilig tractor en machine tegen onbedoeld starten en
onbedoeld wegrollen, vóór alle ingrepen aan de machine.
•
Verboden zijn alle ingrepen aan de machine, zoals
werkzaamheden voor montage, instellen, verhelpen van
storingen, reiniging, onderhoud en service,
ο
bij een aangedreven machine
ο
zolang de motor van de tractor met aangekoppelde
koppelingsas/hydrauliekinstallatie draait.
ο
als de contactsleutel in de tractor steekt en de motor van
de tractor met aangekoppelde
koppelingsas/hydrauliekinstallatie onbedoeld kan worden
gestart
ο
als tractor en machine niet met hun eigen handrem en/of
wielblokken tegen onbedoeld wegrollen beveiligd zijn
ο
als bewegende delen niet tegen onbedoelde bewegingen
geblokkeerd zijn.
Met name bij deze werkzaamheden bestaat gevaar door contact
met onbeveiligde componenten.
1. Zet de tractor met de machine alleen op een stabiele, vlakke
ondergrond neer.
2. Laat de opgetilde, onbeveiligde machine/opgetilde, onbeveiligde
machinedelen zakken.
→ Zo voorkomt u onbedoeld zakken.
3. Zet de motor van de tractor af.
4. Trek de contactsleutel eruit.
5. Trek de handrem van de tractor aan.
TL 3000 BAH0035-0 10.09
Advertenties
Inhoudsopgave
