2
Bediening, basis
Dialoogvenster Systeem regelingen
Het dialoogvenster Systeem regelingen biedt snelle toegang tot
basisinstellingen van het systeem. U kunt het dialoogvenster
openen door kort op de toets Aan/uit te drukken of door omlaag te
vegen vanaf de bovenkant van het scherm.
De getoonde pictogrammen op het dialoogvenster kunnen
variëren. De optie Spitsing aanpassen is bijvoorbeeld alleen
beschikbaar als u een gesplitste pagina bekijkt wanneer u het
dialoogvenster Systeem regelingen opent.
Functies activeren
Selecteer het pictogram van de functie die u wilt instellen of die u
wilt in- of uitschakelen. Voor functies die in- en uitgeschakeld
kunnen worden, geeft een gemarkeerd pictogram aan dat de
functie is geactiveerd. Zie het bovenstaande voorbeeldpictogram
Instrumentenbalk.
De unit in- en uitschakelen
U kunt het systeem in- en uitschakelen door de knop Aan/uit
ingedrukt te houden.U kunt het systeem ook uitschakelen vanuit
het dialoogvenster Systeem regelingen.
Als de toets Aan/uit wordt losgelaten voordat de apparatuur is
uitgeschakeld, wordt de uitschakeling geannuleerd.
22
Bediening, basis
| Vulcan Series Gebruikershandleiding