EBL/VRM-markering
Met de elektronische peillijn (EBL) en de variabele
afstandsmarkering (VRM) kunnen snel afstandsmetingen en
peilingen worden gedaan naar vaartuigen en landmassa's binnen
radarbereik. Op het radarbeeld kunnen twee verschillende EBL/
VRM's geplaatst worden.
De EBL/VRM's worden standaard gepositioneerd vanuit het midden
van het vaartuig. Het is echter mogelijk het referentiepunt te
verschuiven naar een andere geselecteerde positie op het
radarbeeld.
Na plaatsing kunt u de EBL/VRM snel aan- of uitzetten door de
relevante markeringen op de databalk te selecteren, of de
markering te deselecteren in het menu.
Een EBL/VRM-markering definiëren
1.
Zorg dat de cursor niet actief is
2.
Activeer het menu, druk op EBL/VRM en vervolgens op
EBL/VRM 1 of EBL/VRM 2
- De EBL/VRM bevindt zich nu op het radarbeeld
3.
Selecteer de aanpassingsoptie in het menu als u de positie van
de markering wilt wijzigen en pas vervolgens de markering aan
door deze naar de gewenste positie op het radarbeeld te slepen
4.
Kies Opslaan om uw instellingen op te slaan
EBL/VRM markeringen plaatsen m.b.v. de cursor
1.
Plaats de cursor op het het radarbeeld.
2.
Activeer het menu.
3.
Selecteer een van de EBL/VRM markeringen.
- De EBL lijn en de VRM cirkel worden aan de hand van de
cursorpositie gepositioneerd.
EBL-/VRM-markering verplaatsen
1.
Zorg dat de cursor niet actief is
2.
Activeer het menu, druk op EBL/VRM en selecteer vervolgens
de markering die u wilt verplaatsen
3.
Druk op Offset instellen
4.
Plaats de cursor in het radarpaneel om de offsetpositie in te
stellen
5.
Kies Opslaan om uw instellingen op te slaan.
Radar
| Vulcan Series Gebruikershandleiding
135