DSP toevoegen
DSP is een afkorting van Digital Signal Processor. Het DSP-effect kan worden toegevoegd aan de mainvoice en de
dualvoice. Deze variëren van reverb-achtige effecten tot vervorming en andere dynamische verwerkingsfuncties
waarmee u het geluid kunt verbeteren of het helemaal kunt veranderen.
1
Druk op de knop [FUNCTION] om de
display FUNCTION te openen.
OPMERKING
• Als DSP is ingeschakeld, wordt automatisch het
optimale DSP-type voor de huidige voice geselecteerd.
• Het volume van de afgespeelde voice wordt gewijzigd
als DSP wordt in- of uitgeschakeld. Dit is geen fout.
Hoeveel het volume wijzigt, is afhankelijk van de
geselecteerde voice.
• Het DSP-type is een algemene instelling; er kan slechts
één type worden geselecteerd. Als u bijvoorbeeld een
net geladen song of stijl afspeelt, kan het daardoor
gebeuren dat de afgespeelde voices niet klinken zoals u
had verwacht. Dit is normaal, omdat de song of stijl een
eigen DSP-type heeft, dat het DSP-type vervangt dat u
voor het laden had geselecteerd. Iets gelijksoortigs doet
zich voor als u de knoppen [FF], [REW] of de functie A-
B Repeat gebruikt tijdens het afspelen van een song.
2
Selecteer het item DSP ON/OFF met de
CATEGORY-knoppen [r] en [f].
In de display wordt de huidige instelling
weergegeven.
Spelen met diverse effecten
3
Gebruik de draaiknop om DSP in of uit te
schakelen.
Druk op de knop [EXIT] om naar de MAIN-
display terug te gaan en de status van DSP on/off
te controleren.
Als DSP is ingeschakeld, wordt het DSP-
pictogram in de display weergegeven.
4
Selecteer het item DSP Type met de
CATEGORY-knoppen [r] en [f].
In de display wordt het geselecteerde DSP-type
weergegeven.
5
Selecteer een DSP-type met de
draaiknop.
Zie het DSP-typeoverzicht in de afzonderlijke
Data List voor informatie over de beschikbare
DSP-typen.
Het DSP-niveau aanpassen
U kunt de hoeveelheid DSP die op de
mainvoice en de dualvoice wordt toegepast,
afzonderlijk aanpassen.
(Zie pagina 87.)
67
Gebruikershandleiding