3.10.2 Kalibratiedop bevestigen
Bevestig de kalibratiedop op het toestel:
(1)
Steek het lipje op de kalibratiedop in de sleuf op
het toestel.
(2)
Druk op de aangegeven manier op de kalibra-
tiedop tot deze op het toestel vastzit.
(3)
Druk beide zijlipjes naar beneden op het toestel
tot deze vastklikken.
(4)
Controleer of de kalibratiedop correct vastzit.
(5)
Sluit één uiteinde van de slang aan op de kalibra-
tiedop.
(6)
Sluit het andere uiteinde van de slang aan op het
gasreduceerventiel (meegeleverd bij de kalibra-
tieset).
3.10.3 Meetbereikkalibratie
Druk op de knop om de Span-procedure over te slaan.
Indien er gedurende 30 seconden geen enkele knop wordt ingedrukt, keert het toestel
terug naar de normale bedrijfsmodus.
(1)
Nadat de nulpuntinstelling is uitgevoerd,
verschijnt het SPAN CAL? scherm.
(2)
Sluit het reduceerventiel aan op de kali-
bratiecontrolegascilinder.
(3)
Sluit het juiste kalibratiegas aan op het
toestel.
(4)
Bevestig de kalibratiedop (zie hoofdstuk
3.10 3.10.2 "Kalibratiedop bevestigen")
(5)
Open het reduceerventiel op de testgas-
cilinder.
(6)
Druk op de q knop om het toestel te kali-
breren (span).
De SPAN kalibratie start.
(7)
Sluit de klep na de SPAN kalibratie.
®
ALTAIR
4XR
Werking
NL
39