Inhoudsopgave
Advertenties
Overzichten
Toets achterruitwis-
2
ser
Toets werklamp
3
Toets Blue-Q-
4
modus
Toets rijverlichting
5
Toets rijprogram-
6
maselectie
Toets om de
weergave op het
7
display te wijzigen
Menu voor
8
ontwaseming achter
Toets zwaailamp
9
Toets elektrische
10
koppeling
11
Remlicht
Indicatielampje
12
vooruitrijden
Indicatielampje
13
achteruitrijden
Indicatielampje
14
richtingaanwijzer
rechts
Druk kort op de toets om de achterruitwisser in te schakelen
Druk nogmaals kort op de toets om de achterruitwisser uit te
schakelen
Houd de toets ingedrukt (langer dan 2 seconden) om de rui-
tensproeierinstallatie in te schakelen. Houd de toets ingedrukt.
Door de toets op deze manier te bedienen, worden de ruiten-
sproeierinstallaties voor de voorruitwisser en achterruitwisser
ingeschakeld.
Hiermee kunt u de werklampen inschakelen.
Voor inschakeling van de batterijspaarmodus. Verlaagt de snel-
heid van de trekker of de platformwagen. Blokkeert bepaalde
functies (bijv. verwarming).
Druk eenmaal om de zijlampen in te schakelen.
Druk tweemaal om de dimlichten in te schakelen.
Druk driemaal om de zijlampen in en de dimlichten uit te schake-
len.
Druk viermaal om de zijlampen en de dimlichten uit te schakelen.
Voor het verlagen of verhogen van de snelheid van de trekker.
Voor toegang tot extra opties.
Houd de toets ingedrukt om menu 2 weer te geven.
Voor het ontwasemen van de achterruit.
Voor inschakeling van de zwaailamp van de cabine.
Voor het openen van de elektrische koppeling.
Deze lamp geeft aan dat de parkeerrem is ingeschakeld. Hij
geeft tevens aan wanneer er storingen zijn.
Als dit indicatielampje brandt, rijdt de machine vooruit.
Als dit indicatielampje brandt, rijdt de machine achteruit.
Als dit indicatielampje brandt, wil de bestuurder van de machine
naar rechts rijden.
1191 801 15 59 [NL]
Bedienings- en weergave-elementen
3
27
Advertenties
Inhoudsopgave
