6
Open de gedownloade afbeeldingen met een toepassing zoals iPhoto of Voorvertoning.
7
Klik in het menu van de toepassing op Druk af.
Controleer hoe de geheugenkaart is geplaatst
Controleer of u de geheugenkaart in de juiste sleuf hebt geplaatst. Zie voor meer informatie het onderstaande
verwante onderwerp.
Type geheugenkaart controleren
Controleer of de geheugenkaart die u gebruikt, geschikt is voor de printer. Zie voor meer informatie het onderstaande
verwante onderwerp.
Geheugenkaart controleren op beschadigingen
Controleer of de kaart niet is beschadigd. Verwijder geheugenkaarten op de juiste wijze uit de printer om te
voorkomen dat gegevens beschadigd raken. Zie voor meer informatie het onderstaande verwante onderwerp.
Foutberichten
Uitlijningsfout.
Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Verwijder tape van de inktcartridges
1
Verwijder de inktcartridges uit de printer.
2
Controleer of sticker en tape zijn verwijderd van de cartridge.
3
Plaats de cartridges terug in de printer.
4
Druk op
om de inktcartridges uit te lijnen.
Zie voor meer informatie "Inktcartridges uitlijnen" op pagina 141.
Nieuw papier gebruiken
Plaats alleen normaal, ongemarkeerd papier in de printer als u de inktcartridges uitlijnt.
De uitlijningsfout kan optreden omdat eventuele markeringen op gebruikt papier mogelijk worden gelezen door de
printer.
Cartridgefout (1102, 1203, 1204 of 120F)
1
Verwijder de inktcartridges uit de inktcartridgehouders en sluit de deksels van de houders.
2
Sluit de scannereenheid.
3
Trek de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact.
4
Steek de stekker van het netsnoer weer in het stopcontact.
5
Druk op
als de knop
niet brandt.
Problemen oplossen
195
2