Inhoudsopgave Informatie over de printer.............15 Informatie over de printer..............................15 Kennisgeving over het besturingssysteem........19 Kennisgeving over het besturingssysteem........................19 Veiligheidsinformatie..............20 Printer instellen................21 Inhoud van de doos controleren...........................21 Onderdelen van de printer..............................22 Printer instellen op een Windows-besturingssysteem..................26 Optionele lade 2 installeren.............................27 Printer voorbereiden voor faxen............................29 Faxverbinding kiezen ..................................
Pagina 4
Configuraties voor een algemeen thuisnetwerk.....................53 Printer aansluiten op een netwerk..........................55 Printer instellen..................................56 Informatie over het menu Netwerkconfiguratie......................57 Algemene informatie over netwerken........................58 IP-adres toewijzen ..................................58 IP-adres configureren..................................58 IP-adressen zoeken ..................................59 MAC-adres zoeken ..................................59 Netwerkconfiguratiepagina afdrukken ..........................60 Printer installeren op extra netwerkcomputers........................
Pagina 5
Kaarten in lade 1 plaatsen ................................81 Transparanten in lade 1 plaatsen.............................. 81 Opstrijktransfers in lade 1 plaatsen............................82 Papier met aangepast formaat in lade 1 plaatsen ......................82 Bannerpapier in lade 1 plaatsen..............................82 Invoer voor klein materiaal gebruiken.........................83 Sensor voor papiersoort gebruiken..........................84 Optionele lade 2 plaatsen..............................84 Informatie over lade koppelen en de functie gebruiken..................87...
Pagina 6
Geselecteerde foto's overbrengen van een cd of flashstation met de computer..........123 Foto's op een geheugenkaart overbrengen naar een flashstation ................123 Voorkeuren voor de tijdelijke bestanden van Lexmark Productivity Studio wijzigen ........124 Voorkeuren voor de doorzochte mappen van Lexmark Productivity Studio wijzigen........124 Voorkeuren voor bibliotheek van Lexmark Productivity Studio wijzigen ...............124...
Pagina 7
Foto's afdrukken vanaf een digitale PictBridge-camera....................135 Foto's afdrukken vanaf een digitale camera met DPOF ....................136 Foto's afdrukken met de computer van een cd of verwisselbaar opslagapparaat..........137 Foto's weergeven/afdrukken vanuit Lexmark Productivity Studio................137 Fotopakketten afdrukken ................................138 Fotowenskaarten maken ................................138 Diavoorstelling maken..............................139 Diavoorstelling maken en weergeven ..........................139...
Pagina 8
Bestand toevoegen aan een e-mailbericht......................157 Nieuwe gescande afbeelding toevoegen aan een e-mailbericht..............157 Documenten of afbeeldingen scannen voor e-mailen..................158 Voorkeuren van het e-mailvenster in Lexmark Productivity Studio wijzigen..........158 Faxen met het bedieningspaneel..........159 Fax verzenden met het bedieningspaneel......................159 Fax verzenden met het bedieningspaneel..........................159 Faxnummer opgeven..................................159...
Pagina 9
Ongewenste faxen blokkeren ..............................186 Printer onderhouden..............187 Informatie over het menu Onderhoud........................187 Inktcartridges installeren...............................187 Gebruikte inktcartridge verwijderen.........................189 Inktcartridges opnieuw vullen.............................189 Inktcartridges van Lexmark gebruiken........................190 Afdrukkwaliteit verbeteren............................190 Inktcartridges uitlijnen..............................191 Spuitopeningen van de inktcartridges reinigen....................191 Spuitopeningen en contactpunten van de inktcartridge schoonvegen............191 Inktcartridges beschermen............................192 Printer verwijderen van de basiseenheid van lade 2...................193...
Pagina 10
Glasplaat reinigen................................194 Buitenkant van de printer reinigen..........................194 Supplies bestellen................................194 Cartridges bestellen..................................194 Papier en andere supplies bestellen............................195 Problemen oplossen..............196 Installatieproblemen oplossen............................196 Onjuiste taal wordt weergegeven op de display ......................196 De aan/uit-knop brandt niet..............................196 Software wordt niet geïnstalleerd............................197 Pagina wordt niet afgedrukt..............................198 Problemen met printercommunicatie oplossen.......................200 Informatie over waarschuwingsniveaus ..........................200 Software verwijderen en opnieuw installeren ........................200...
Pagina 11
Pagina wordt afgedrukt met andere lettertypen......................220 Afdruk is te donker of vlekkerig...............................221 Afgedrukte tekens hebben een verkeerde vorm of zijn niet correct uitgelijnd ............221 Afgedrukte pagina's vertonen afwisselend lichte en donkere banen...............222 Transparanten of foto's bevatten witte lijnen........................222 Verticale rechte lijnen zijn rafelig............................223 Afbeeldingen of effen zwarte vlakken vertonen witte lijnen ..................223 Printerstatus controleren................................224 Instellingen worden niet opgeslagen ...........................225...
Pagina 12
Geheugenkaart kan niet worden geplaatst ........................243 Er gebeurt niets als de geheugenkaart is geplaatst......................244 Kan geen documenten afdrukken vanaf een geheugenkaart of flashstation............245 Problemen met kopiëren oplossen..........................245 Kopieerapparaat reageert niet..............................245 Scannereenheid sluit niet ................................246 Slechte kopieerkwaliteit................................246 Kopie komt niet overeen met het origineel........................247 Documenten of foto's worden slechts gedeeltelijk gekopieerd .................247 Problemen met scannen oplossen..........................247 Scanner reageert niet..................................247...
Pagina 13
Kan geen controlevel vinden ..............................265 Geen controlevelgegevens ...............................265 Geen geldige foto's gevonden ..............................265 Fout met papierformaat/-soort ...............................265 Fout met papier- of fotoformaat.............................265 PictBridge-communicatiefout..............................265 Verwijder de camerakaart................................266 Sommige foto's zijn van de kaart verwijderd door de host...................266 Er is een probleem opgetreden tijdens het lezen van de geheugenkaart ..............266 Fout bij pap.
Locatie De handleiding Snelle installatie bevat aanwijzingen U vindt deze handleiding in de doos met de printer of op de voor het installeren van hardware en software. website van Lexmark op www.lexmark.com. Aan de slag Beschrijving Locatie De brochure Aan de slag bevat instructies voor het...
Lexmark Printeroplossingen Beschrijving Locatie Lexmark Printeroplossingen wordt op de cd geleverd. U opent als volgt Lexmark Printeroplossingen: Het programma wordt geïnstalleerd met de andere Voer een van de volgende handelingen uit: software als de printer is aangesloten op een computer.
Telefonische ondersteuning Bel Telefoonnummers en openingstijden verschillen per land of regio. • V.S.: 1-800-332-4120 Bezoek de website van Lexmark op Maandag - vrijdag (8:00 a.m. - www.lexmark.com. Selecteer een land 11:00 p.m. ET) of regio en klik op de koppeling voor zaterdag (twaalf uur 's middags - klantenondersteuning.
Raadpleeg de beperkte garantieverklaring De garantie-informatie verschilt bij dit apparaat voor informatie over de per land of regio. Raadpleeg de Lexmark International, Inc. garan- beperkingen en voorwaarden van deze gedrukte garantieverklaring die deert dat deze printer geen materi- beperkte garantie, of lees de verklaring op bij de printer is geleverd.
Kennisgeving over het besturingssysteem Kennisgeving over het besturingssysteem Alle functies zijn afhankelijk van het besturingssysteem. Voor volledige beschrijvingen: • Gebruikers van Windows: raadpleeg de Gebruikershandleiding. • Gebruikers van Macintosh: raadpleeg de Mac Help als de printer Macintosh-besturingssystemen ondersteunt. Kennisgeving over het besturingssysteem...
Dit product is ontworpen, getest en goedgekeurd volgens de strenge internationale veiligheidsvoorschriften die van toepassing zijn op het gebruik van specifieke Lexmark onderdelen. De veiligheidsvoorzieningen van bepaalde onderdelen zullen niet altijd duidelijk zichtbaar zijn. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het gebruik van vervangende onderdelen.
Printer instellen Inhoud van de doos controleren Naam Beschrijving Zwarte inktcartridge Cartridges die in de printer kunnen worden geplaatst. Opmerking: u kunt verschillende cartridgecombi- Kleureninktcartridge naties gebruiken, afhankelijk van het product. Telefoonsnoer Wordt gebruikt voor faxen. Zie voor meer informatie over het aansluiten van dit snoer “Faxverbinding kiezen”...
Naam Beschrijving Cd's met installatiesoftware voor Windows en • Installatiesoftware voor de printer Macintosh • Elektronische Gebruikershandleiding met Help- ondersteuning voor Windows en Macintosh Cd met Gebruikershandleiding Uitgebreide Gebruikershandleidingen voor gebruikers van Windows en Macintosh in afdrukbare vorm Onderdelen van de printer Onderdeel Functie Bovenklep...
Pagina 23
Onderdeel Functie Uitvoerlade van automatische documentinvoer Documenten opvangen wanneer deze uit de ADI (ADI) worden gevoerd. Geheugenkaartsleuven en PictBridge-poort Een geheugenkaart plaatsen en een digitale PictBridge-camera of flashstation aansluiten op de printer. Bedieningspaneel De printer bedienen. Zie voor meer informatie “Bedieningspaneel gebruiken”...
Pagina 24
S D /M C F /M P ic tB ri d g Sleuven • SDHC-kaart (met adapter) • Memory Stick • Memory Stick PRO • Memory Stick Duo (met adapter) • Memory Stick PRO Duo (met adapter) • Micro Secure Digital (met adapter) (Micro SD) •...
Pagina 25
Basiseenheid van lade 2 Optionele lade 2 Onderdeel Functie Scannereenheid Toegang krijgen tot de inktcartridges. Cartridgehouder Een inktcartridge installeren, vervangen of verwijderen. Printer instellen...
Onderdeel Functie Ethernet-poort De computer aansluiten op een andere computer, een lokaal netwerk of een externe DSL- of kabelmodem. LINE-poort De printer aansluiten op een werkende telefoonlijn om faxen te verzenden en ontvangen. De printer moet zijn aangesloten op een telefoonlijn om binnenkomende faxen te ontvangen.
D:\setup.exe, waarbij D de letter van het cd-rom-station is. Volg de aanwijzingen om de printer in te stellen. Uw beveiligingssisftware geeft wellicht aan dat Lexmark software probeert te communiceren met uw computersysteem. Deze programma's moeten altijd kunnen communiceren. Anders werkt de printer niet correct.
Pagina 28
Basiseenheid van lade 2 Lade 2 Opmerking: Bepaal de locatie voor de basiseenheid van lade 2. De printer wordt boven op de basiseenheid geplaatst, dus zorg voor voldoende ruimte. Controleer of de printer is uitgeschakeld en trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. Verwijder lade 2 uit de verpakking.
Zet de printer boven op de basiseenheid. Printer voorbereiden voor faxen LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Installeer dit product nooit tijdens onweer en sluit nooit kabels, zoals het netsnoer of de telefoonlijn, aan tijdens onweer. Faxverbinding kiezen U kunt de printer aansluiten op apparatuur zoals een telefoon, antwoordapparaat of computermodem.
Apparatuur Voordelen Meer informatie Zie voor meer informatie • • De printer De faxlijn gebruiken als een “Aansluiten op een antwoordap- normale telefoonlijn. • Een antwoordapparaat paraat” op pagina 34. • Faxen verzenden en ontvangen • Twee telefoonsnoeren zonder een computer te gebruiken. •...
Rechtstreeks aansluiten op een wandaansluiting voor telefoons in Duitsland Sluit de printer rechtstreeks aan op een wandaansluiting voor telefoons om faxen te verzenden of ontvangen zonder gebruik te maken van een computer. U hebt een telefoonsnoer (geleverd bij het product) en een wandaansluiting voor telefoons nodig. Sluit het ene uiteinde van het telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer.
Als u dezelfde lijn wilt gebruiken voor communicatie via fax en telefoon, sluit u een tweede telefoonsnoer (niet meegeleverd) aan op de telefoon en op de F-aansluiting van een werkende wandaansluiting voor telefoons. Als u dezelfde lijn wilt gebruiken voor het opnemen van berichten op uw antwoordapparaat, sluit u een tweede telefoonsnoer (niet meegeleverd) aan op het antwoordapparaat en op de andere N-aansluiting van de wandaansluiting voor telefoons.
Pagina 33
Sluit een telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer en op een werkende wandaansluiting voor telefoons. Verwijder de afdekplug uit de EXT-poort van de printer. Sluit het andere telefoonsnoer aan op een telefoon en op de EXT-poort van de printer. Printer instellen...
Aansluiten op een antwoordapparaat Sluit een antwoordapparaat aan op de printer als u gesproken berichten en faxen wilt ontvangen. Opmerking: De installatieprocedures kunnen per land of regio verschillen. Zie voor meer informatie over het aansluiten van de printer op telecommunicatieapparaten “RJ11-adapter gebruiken” op pagina 36. Controleer of u beschikt over het volgende: •...
Sluit een derde telefoonsnoer aan op het antwoordapparaat en op de EXT-poort van de printer. Aansluiten op een computer met een modem Sluit de printer aan op een computer met een modem om faxen te verzenden met de software. Opmerking: De installatieprocedures kunnen per land of regio verschillen. Zie voor meer informatie over het aansluiten van de printer op telecommunicatieapparaten “RJ11-adapter gebruiken”...
Verwijder de afdekplug uit de EXT-poort van de printer. Sluit het tweede telefoonsnoer aan op de computermodem en op de EXT-poort van de printer. RJ11-adapter gebruiken Land/regio • • Verenigd Koninkrijk Italië • • Ierland Zweden • • Finland Nederland •...
Pagina 37
Als u de printer op een antwoordapparaat of ander telecommunicatieapparaat wilt aansluiten, gebruikt u de adapter voor de telefoonlijn die in de doos bij de printer is geleverd. Sluit het ene uiteinde van het telefoonsnoer aan op de LINE-poort van de printer. Sluit de adapter aan op de telefoonlijn die bij de printer is geleverd.
Pagina 38
Sluit uw telecommunicatieapparaat rechtstreeks aan op de EXT-poort achter op de printer. Let op—Kans op beschadiging: raak de kabels of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan wanneer er een fax wordt verzonden of ontvangen. Land/regio • • Saoedi-Arabië Israël •...
Pagina 39
U sluit als volgt een antwoordapparaat of andere telecommunicatieapparaten op de printer aan: Verwijder de afdekplug uit de EXT-poort achter op de printer. Opmerking: wanneer u deze afdekplug eenmaal hebt verwijderd, functioneren land- of regiospecifieke apparaten die u op de aangegeven wijze via de adapter op de printer aansluit, niet correct. Sluit uw telecommunicatieapparaat rechtstreeks aan op de EXT-poort achter op de printer.
In de EXT-poort aan de achterzijde van de printer bevindt zich een afdekplug. Deze afdekplug is nodig voor het correct functioneren van de printer. Opmerking: Verwijder de afdekplug niet. Als u deze verwijdert, functioneren andere telecommunicatieapparaten in uw huis (zoals telefoons of antwoordapparaten) mogelijk niet. Instellingen aanpassen om een fax te verzenden achter een PBX Als de printer wordt gebruikt in een bedrijfs- of kantooromgeving, is het apparaat wellicht aangesloten op een PBX- telefoonsysteem (Private Branch Exchange).
Printer instellen om de faxfunctie te gebruiken zonder een computer Deze methode kunt u gebruiken om de printer in te stellen voor faxen wanneer de printer niet is aangesloten op een computer of een netwerk. Deze methode wordt gebruikt wanneer de printer wordt gebruikt als zelfstandige fax. Zet de printer aan.
Pagina 42
Onderdeel Beschrijving Draadloze status controleren: • Uit: dit geeft aan dat de printer niet is ingeschakeld, in de spaarstand staat, of dat er geen draadloze optie is geïnstalleerd. • Oranje: dit geeft aan dat de printer gereed is voor draadloze verbinding, maar niet is aangesloten. •...
Pagina 43
Knop Handeling • Naar boven gaan in een submenulijst. • Modus Foto: het aantal exemplaren verhogen dat u wilt afdrukken van een foto. • Modus Foto of Scannen: het bijsnijdvak naar boven verplaatsen. • Bladeren door menu's, submenu's of instellingen op de display. •...
Pagina 44
Knop Handeling • De menu's openen. • Het gemarkeerde submenu op het scherm openen. • Modus Foto: het menu met hulpmiddelen voor fotobewerking openen. Opmerking: in een submenu heeft deze knop geen functie. • Terugkeren naar het vorige niveau of venster in menu's en submenu's. •...
Pagina 45
Knop Handeling Een cijfer of symbool op het toetsenblok Modus Kopiëren of Fotokaart: het aantal gewenste exemplaren opgeven. In de modus Faxen: • Faxnummers opgeven. • Een geautomatiseerd antwoordsysteem doorlopen. • Letters selecteren bij het maken van een snelkeuzelijst. • Cijfers invoeren om de datum en tijd op de display in te stellen of te wijzigen.
Bedieningspaneel in een andere taal installeren Deze aanwijzingen zijn alleen van toepassing als er extra bedieningspanelen in andere talen zijn meegeleverd. Til het bedieningspaneel op en verwijder het (als er een bedieningspaneel is geïnstalleerd). Kies het juiste bedieningspaneel voor uw taal. Lijn de klemmetjes op het bedieningspaneel uit met de gaten op de printer en druk het bedieningspaneel naar beneden.
Display aanpassen voor betere weergave U kunt de display van het bedieningspaneel kantelen zodat u de informatie op de display beter kunt lezen. Plaats uw vinger in de uitsparing om de display van onder af vast te pakken. Draai de display naar voren in de gewenste positie. Bladeren door de menu's van het bedieningspaneel De knoppen op het bedieningspaneel kunt u gebruiken om menu's te openen en af te sluiten, functies uit te voeren of standaardinstellingen op te geven en aan te passen.
Informatie over standaardinstellingen en gebruik van deze instellingen Opgeslagen instellingen zijn standaardinstellingen van de gebruiker omdat u, de gebruiker, deze waarden hebt geselecteerd en opgeslagen. Op het bedieningspaneel wordt naar deze instellingen verwezen als standaardinstellingen. Opmerkingen: • Er wordt een sterretje (*) weergegeven naast een standaardinstelling. Dit valt u wellicht op wanneer u door de waarden in de menu's bladert.
Dubbelklik op het pictogram Installeer. Volg de aanwijzingen op het scherm. Vanaf internet Ga naar de Lexmark website op www.lexmark.com. Blader op de startpagina door de menu's en klik op Drivers & Downloads. Selecteer de printer en het printerstuurprogramma voor uw besturingssysteem.
Optioneel XPS-stuurprogramma installeren (alleen voor Windows Vista) Het XPS-stuurprogramma (XML Paper Specification; XML-papierspecificatie) is een optioneel printerstuurprogramma dat is ontworpen voor de geavanceerde XPS-functies voor kleuren en afbeeldingen. Dit stuurprogramma is alleen beschikbaar voor gebruikers van Windows Vista. Als u de XPS-functies wilt gebruiken, moet u het XPS-stuurprogramma installeren als extra stuurprogramma nadat u de standaardprintersoftware hebt geïnstalleerd.
Voer een van de volgende handelingen uit: • Windows Vista: klik op • In Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Selecteer Productivity Studio. Printeroplossingen biedt manieren om foto's af te • Inktvoorraden controleren, inktcartridges bestellen drukken, afdrukproblemen op te lossen, inktcartridges te en informatie over onderhoudstaken zoeken.
Windows Vista: klik op • Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Klik op Geavanceerd. Klik op Afdrukstatus. Schakel het selectievakje Gesproken bericht afspelen voor afdruktaken in of uit.
Een netwerk kan op verschillende manieren worden ingesteld. Hieronder worden vijf algemene voorbeelden gegeven. Opmerking: De printers in de volgende diagrammen stellen Lexmark printers voor die zijn uitgerust met interne afdrukservers van Lexmark zodat ze kunnen communiceren via een netwerk. Lexmark interne afdrukservers zijn apparaten van Lexmark waarmee Lexmark printers kunnen worden verbonden met bedrade of draadloze netwerken.
Voorbeelden van een draadloos netwerk Hieronder worden vier algemene draadloze netwerken weergegeven: • Scenario 1: Laptop en printer draadloos aangesloten op internet • Scenario 2: Computer, laptop en printer draadloos aangesloten op internet • Scenario 3: Computer, laptop en printer draadloos aangesloten zonder internet •...
Scenario 3: Computer, laptop en printer draadloos aangesloten zonder internet • Een computer, laptop en een printer worden draadloos aangesloten op een draadloos toegangspunt. • Het netwerk heeft geen verbinding met internet. Scenario 4: Laptop draadloos aangesloten op de printer zonder internet •...
Printer instellen De volgende aanwijzingen zijn bedoeld voor als u de printer de eerste keer instelt. Nadat u deze stappen hebt uitgevoerd hoeft u de printer niet nogmaals in te stellen als u deze op een andere computer wilt gebruiken. Opmerking: u moet deze stappen uitvoeren voordat u de printer installeert op een netwerk.
Verwijder de tape van de zwarte inktcartridge en plaats de cartridge in de linkerhouder. Sluit het deksel van de houder met de zwarte inktcartridge. Verwijder de tape van de kleureninktcartridge en plaats de cartridge in de rechterhouder. Sluit het deksel van de houder met de kleureninktcartridge. Sluit de printer.
Menu TCP/IP Internet Protocol (IP) geeft de indeling van pakketten, ook wel datagrammen genoemd, aan en het adresseringsschema. De meeste netwerken combineren IP met een protocol van een hoger niveau dat Transmission Control Protocol (TCP) wordt genoemd. Met TCP kunnen twee hosts een verbinding tot stand brengen en gegevensstromen uitwisselen.
Neem contact op met de systeembeheerder voor meer informatie. IP-adressen zoeken Een IP-adres is een uniek nummer dat wordt gebruikt door apparaten op een IP-netwerk om elkaar te vinden en met elkaar te communiceren. Apparaten op een IP-netwerk kunnen alleen met elkaar communiceren als ze een uniek en geldig IP-adres hebben.
Als u de afdrukserver apart hebt aangeschaft, bevindt het MAC-adres zich op een etiket dat bij de afdrukserver is geleverd. Plak het etiket op de printer zodat u het MAC-adres bij de hand hebt wanneer u dit nodig hebt. Opmerking: Een lijst met MAC-adressen kan worden ingesteld op een toegangspunt (router) zodat alleen apparaten met de juiste MAC-adressen het netwerk kunnen gebruiken.
In de ad-hocmodus communiceert een computer met een draadloze netwerkadapter rechtstreeks met een printer met een draadloze afdrukserver. De computer moet een geldig IP-adres hebben en moet zijn ingesteld op ad- hocmodus. De draadloze afdrukserver van de printer moet zijn geconfigureerd om dezelfde SSID en hetzelfde kanaal te gebruiken als de computer.
Als uw draadloze toegangspunt (draadloze router) WEP-beveiliging (Wired Equivalent Privacy) gebruikt, moet de WEP-sleutel de volgende kenmerken hebben: – Exact 10 of 26 hexadecimale tekens. Hexadecimale tekens zijn A-F, a-f en 0-9. – Exact 5 of 13 ASCII-tekens. ASCII-tekens zijn letters, cijfers, interpunctietekens en symbolen die op het toetsenbord worden weergegeven.
Ga als volgt te werk om het wachtwoord, de netwerknaam of een andere draadloze instelling te wijzigen: Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Hulpprogramma voor draadloze configuratie. Opmerking: als onderdeel van de configuratieprocedure wordt u mogelijk gevraagd om de printer opnieuw aan te sluiten op de computer met de installatiekabel.
Signaalsterkte bepalen Draadloze apparaten hebben ingebouwde antenne die radiosignalen verzendt en ontvangt. De signaalsterkte die wordt weergegeven op de netwerkconfiguratiepagina van de printer geeft aan hoe sterk een verzonden signaal wordt ontvangen. Veel factoren hebben invloed op de signaalsterkte. Eén factor is de storing die wordt veroorzaakt door andere draadloze apparaten of andere apparatuur, zoals magnetrons.
Geavanceerde draadloze installatie Draadloos ad-hocnetwerk instellen met Windows U kunt het beste uw draadloze netwerk instellen met een draadloos toegangspunt (draadloze router). Een netwerk dat op deze manier is ingesteld is een infrastructuurnetwerk. Als u een infrastructuurnetwerk hebt geïnstalleerd in uw huis, moet u de printer configureren voor gebruik op dat netwerk.
Pagina 66
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de draadloze netwerkverbinding. Klik op Inschakelen als deze optie wordt weergegeven in de keuzelijst. Opmerking: als Inschakelen niet wordt weergegeven, is de draadloze verbinding al ingeschakeld. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Draadloze netwerkverbinding . Klik op Eigenschappen.
Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Hulpprogramma voor draadloze configuratie. Opmerking: als onderdeel van de configuratieprocedure wordt u mogelijk gevraagd om de printer opnieuw aan te sluiten op de computer met de installatiekabel. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Opmerking: Controleer of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd op de computer die u gebruikt. Zie “Printer installeren op extra netwerkcomputers” op pagina 60 voor meer informatie. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Eigenschappen. Selecteer de USB-poort voor uw printer op het tabblad Poorten.
• Klik op Start Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Eigenschappen. Klik op Poort toevoegen op het tabblad Poorten. Opmerking: als u al een TCP/IP-poort hebt gemaakt voor de printer, hoeft u geen nieuwe poort te maken. U kunt doorgaan met stap 16 op pagina 69.
Klik op Printer bij Hardware en geluid. Windows XP: • Klik op Start Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Eigenschappen. Selecteer de USB-poort voor uw printer op het tabblad Poorten. Klik op Toepassen. Klik op OK.
Klik op Printer bij Hardware en geluid. Windows XP: • Klik op Start Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Delen. Selecteer Deze printer delen en wijs een passende naam toe. Klik op OK. Zoek de printer vanaf de computer op afstand.
Netwerkprinter handmatig configureren Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Instellen is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Netwerk instellen is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot TCP/IP is gemarkeerd. Druk op . Het menu TCP/IP verschijnt. Ga naar DHCP inschakelen en druk vervolgens op om Ja of Nee te selecteren.
Papier en originele documenten in de printer plaatsen Verschillende papiersoorten in lade 1 plaatsen Papier in lade 1 plaatsen Aandachtspunten: • U gebruikt papier dat geschikt is voor inkjetprinters. • Het papier is niet reeds gebruikt of beschadigd. • U hebt voor speciaal papier de bijbehorende instructies doorgenomen. Opmerking: zorg dat het papier niet omkrult als u de papiergeleiders verschuift om papierstoringen te voorkomen.
Pagina 74
Schuif de papiergeleiders tegen de zijkanten van lade 1. Opmerking: Als u A4- of Legal-papier in de printer plaatst, drukt u de hendel in en schuift u de lade uit. U hoeft de papierlade niet te verlengen voor papierformaten die korter zijn dan A4 of Legal, zoals Letter. Als u de uitbreiding uitschuift, is de eerste stop geschikt voor A4-papier.
Pagina 75
Schuif de papiergeleiders voorzichtig tegen de linker-, rechter- en onderzijde van het papier. Plaats lade 1 in de printer. Opmerking: De lade kan niet volledig worden ingeschoven zodat deze gelijk is aan de voorkant van de printer wanneer u de lade aanpast voor A4- of Legal-papier. Duw de lade niet met geweld in de printer. Zet de stopper van de papieruitvoerlade omhoog zodat het uitgevoerde papier wordt opgevangen.
Papiercapaciteit voor lade 1 Maximumaantal Aandachtspunten 150 vellen normaal papier • Het papier dat u gebruikt, is geschikt voor inkjetprinters. • De papiergeleiders zijn tegen de linker-, rechter- en onderzijde van het papier geschoven. 25 vellen extra zwaar, mat papier •...
Pagina 77
Maximumaantal Aandachtspunten 10 enveloppen • De enveloppen die u gebruikt, zijn geschikt voor inkjetprinters. • De afdrukzijde van de enveloppen is naar beneden en met de flap naar links gericht, zoals wordt weergegeven. • U plaatst de enveloppen in het midden van de lade, zoals wordt aangegeven met het pictogram.
Enveloppen of fotopapier van het formaat 10 x 15 cm (4 x 6 inch) in lade 1 plaatsen Trek lade 1 volledig uit de printer. Schuif de papiergeleiders tegen de zijkanten van lade 1. Papier en originele documenten in de printer plaatsen...
Pagina 79
Gebruik het enveloppictogram en de kaartomtrek voor 10 x 15-fotokaarten op de bodem van lade 1 om de enveloppen of fotokaarten juist in de lade te plaatsen. Opmerking: Plaats geen verschillende papiersoorten in de lade. U kunt enveloppen of fotokaarten plaatsen, maar niet beide.
Plaats lade 1 in de printer. Zet de papieruitvoerlade omhoog om de uitgevoerde enveloppen of fotokaarten op te vangen. Opmerking: Enveloppen en foto's moeten langer drogen. Verwijder afzonderlijke enveloppen of foto's zodra ze uit de printer komen en laat ze drogen. Hiermee voorkomt u dat de inkt gaat vlekken. Etiketten in lade 1 plaatsen U kunt maximaal 25 etiketvellen per keer in de printer plaatsen.
Kaarten in lade 1 plaatsen U kunt maximaal 25 kaarten in de lade plaatsen. Controleer het volgende: • De kaarten die u gebruikt, zijn geschikt voor inkjetprinters. • De afzonderlijke kaarten zijn niet dikker dan 0,6 mm (0,025 inch). • De kaarten zijn niet reeds gebruikt of beschadigd.
Opmerkingen: • U kunt het beste geen transparanten met achtervellen van papier gebruiken. • Transparanten moeten langer drogen. Verwijder afzonderlijke transparanten zodra ze uit de printer komen en laat ze drogen. Hiermee voorkomt u dat de inkt gaat vlekken. Opstrijktransfers in lade 1 plaatsen U kunt maximaal 10 opstrijktransfers per keer in de papierlade plaatsen, maar voor optimale resultaten kunt u het beste één opstrijktransfer per keer plaatsen.
Schuif het eerste vel van de banner over de handgreep, tot achter in de papierlade. Invoer voor klein materiaal gebruiken De invoer voor klein materiaal bevindt zich boven op de papieruitvoerlade, in de richting van de achterzijde. Deze invoer kunt u gebruiken om enveloppen, 4 x 6-fotopapier en andere kleine papierformaten buiten lade 1 om in te voeren in de printer.
Zorg dat de afdrukzijde van het item naar beneden is gericht. Zorg dat enveloppen met de plakrand naar boven en aan de linkerkant zijn geplaatst: Sensor voor papiersoort gebruiken De printer is uitgerust met een sensor die automatisch de papiersoort vaststelt. De sensor voor papiersoort stelt automatisch vast welke papiersoort in de All-In-One is geplaatst en past de instellingen dan voor u aan.
Pagina 85
Schuif de papiergeleiders tegen de zijkanten van lade 2. Opmerking: als u A4- of Legal-papier in de lade plaatst, drukt u de hendel in en trekt u de lade uit tot deze lang genoeg is. Plaats het papier in de printer. Papier en originele documenten in de printer plaatsen...
Pagina 86
Schuif de papiergeleiders voorzichtig tegen de linker-, rechter- en onderzijde van het papier. Plaats lade 2 in de printer. Zet de stopper van de papieruitvoerlade omhoog zodat het uitgevoerde papier wordt opgevangen. Opmerking: als u A4- of Legal-papier gebruikt, trekt u de stopper van de papieruitvoerlade volledig uit. Papier en originele documenten in de printer plaatsen...
Informatie over lade koppelen en de functie gebruiken Als de optionele lade 2 is geïnstalleerd op uw printer, kunt u met de functie lade koppelen papier selecteren uit een lade tot deze leeg is en vervolgens automatisch papier invoeren vanuit de andere lade. U moet materiaal van hetzelfde formaat en dezelfde soort plaatsen in beide laden.
Druk op tot u de papiersoort bereikt die in lade 2 is geplaatst. De soort moet gelijk zijn aan de soort papier die in lade 1 is geplaatst. U kunt ook Automatisch selecteren. Druk herhaaldelijk op tot Lade koppelen is gemarkeerd. Druk op tot Auto wordt weergegeven.
Maximumaantal Aandachtspunten 50 transparanten van het formaat A4 of Letter • U gebruikt transparanten van het formaat A4 of Letter. • U hebt de achtervellen van de transparanten verwijderd voordat u deze in de printer plaatst. • De papiergeleiders zijn tegen de linker-, rechter- en onderzijde van de transparanten geschoven.
Locatie Handelingen Soort - Lade2 De soort van het papier in lade 1 opgeven. Wordt weergegeven wanneer lade 2 is geïnstalleerd. Formaat - Lade 2 Het formaat van het papier in lade 2 opgeven. Wordt weergegeven wanneer lade 2 is geïnstalleerd. Soort - Lade2 De soort van het papier in lade 2 opgeven.
Pagina 91
Plaats het originele document met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. De pijlen in deze hoek geven aan hoe u het document moet plaatsen. Opmerking: foto's moeten worden geplaatst zoals wordt weergegeven. Sluit de bovenklep om te voorkomen dat er zwarte randen worden weergegeven op de gescande afbeelding. Papier en originele documenten in de printer plaatsen...
Originele documenten in de automatische documentinvoer plaatsen U kunt maximaal 50 vellen van een origineel document in de automatische documentinvoer plaatsen om ze te scannen, te kopiëren of te faxen. U kunt papier van het formaat A4, Letter of Legal in de automatische documentinvoer plaatsen.
Pagina 93
Maximumaantal Aandachtspunten 50 vellen: • Het document is met de bedrukte zijde naar boven geplaatst. • Aangepast papier • De papiergeleider bevindt zich tegen de rand van het papier. • Voorgeperforeerd papier • Het papierformaat valt binnen de volgende afmetingen: •...
Afdrukken Standaarddocumenten afdrukken Documenten afdrukken Plaats papier in de printer. Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken. Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. Pas de instellingen aan. Klik op OK. Klik op OK of Afdrukken. Tabbladen van Voorkeursinstellingen voor afdrukken gebruiken Met Voorkeursinstellingen voor afdrukken beheert u de afdrukfunctie wanneer de printer is aangesloten op een computer.
Het aantal foto's dat kan worden afgedrukt, wordt op de werkbalk weergegeven naast Foto's. Als er geen cijfer wordt weergegeven naast Foto's: Selecteer in de keuzelijst met het Lexmark logo de optie Opties. Selecteer het tabblad Geavanceerd . Selecteer een kleiner minimumfotoformaat.
Klik op Foto's. Het venster Fast Pics wordt weergegeven. Als u alle foto's of afbeeldingen wilt afdrukken met dezelfde instellingen, selecteert u het gewenste formaat, het formaat van het papier in de printer en het aantal gewenste exemplaren. Ga als volgt te werk als u één foto of afbeelding tegelijk wilt afdrukken: Klik op de foto's of afbeeldingen die u niet wilt afdrukken om de selectie ongedaan te maken.
U drukt als volgt meerdere exemplaren van een elektronisch document af: Plaats papier in de printer. Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken. Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. Selecteer op het tabblad Printerinstelling het aantal exemplaren dat u wilt afdrukken. Als uw document meerdere pagina's bevat, schakelt u het selectievakje Sorteren in.
Klik op OK. Klik op OK of Afdrukken. Laatste pagina eerst afdrukken (omgekeerde paginavolgorde) Plaats papier in de printer. Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken. Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. Selecteer Laatste pagina eerst afdrukken op het tabblad Printerinstellingen. Klik op OK.
Afdrukken met watermerken U kunt een document afdrukken met een geselecteerd watermerk in grijstinten. U kunt bijvoorbeeld het woord 'concept' diagonaal afdrukken over elke pagina achter de tekst. Ga als volgt te werk om watermerken in te stellen, op te geven en te gebruiken: Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken.
Configuratiescherm Printer (onder Hardware en geluiden). • Windows XP en eerder: klik op Start Instellingen Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Kies Onderbreken. Afdruktaken annuleren Voer een van de volgende handelingen uit: • Windows Vista: klik op Configuratiescherm Printer (onder Hardware en geluiden).
• Lexmark fotopapier: uitmuntend extra zwaar inkjetfotopapier voor alledaags gebruik dat speciaal is ontworpen voor Lexmark inkjetprinters, maar dat geschikt is voor alle inkjetprinters. Het papier is niet duur en levert fantastische resultaten. •...
Selecteer in de lijst Papierformaat het formaat van de kaarten die in de printer zijn geplaatst. Staande of liggende afdrukstand selecteren. Klik op OK. Klik op OK of Afdrukken. Opmerking: Verwijder de afzonderlijke kaarten zodra ze uit de printer komen en laat de kaarten drogen voordat u ze op elkaar legt.
Klik op 90 graden draaien als u de poster wilt draaien zodat deze beter op de afgedrukte pagina's past. Klik op Nu afdrukken. Brochure afdrukken Voordat u instellingen van Voorkeursinstellingen voor afdrukken wijzigt, moet u het juiste papierformaat selecteren in het programma. U kunt brochures afdrukken met de volgende papierformaten: •...
Bind de bundels in om de brochure te voltooien. Afdrukken op papier met een aangepast formaat Plaats maximaal 25 vellen papier met een aangepast formaat in de printer. Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken. Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. Het tabblad Printerinstelling wordt automatisch weergegeven.
Selecteer in de lijst Papierformaat het formaat van de transparanten die in de printer zijn geplaatst (A4 of Letter). Klik op OK. Klik op OK of Afdrukken. Opmerking: Verwijder de afzonderlijke transparanten zodra ze uit de printer komen en laat de transparanten drogen voordat u ze op elkaar legt.
Schuif het eerste vel over de handgreep van lade 1 tot het vel zich achterin lade 1 bevindt. Schuif het vel tegen de achterzijde van lade 1. Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken. Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. Klik op de tab Geavanceerd.
Pagina 107
De vervolgkeuzelijst bevat opties voor automatisch en handmatig dubbelzijdig afdrukken. Selecteer Automatisch als u afdrukt op normaal papier van A4- of Letter-formaat. Als u een aangepaste papiersoort of aangepast papierformaat gebruikt, selecteert u Handmatig. Selecteer Omslaan naar zijkant of Omslaan naar bovenkant. Doorgaans wordt de instelling Omslaan naar zijkant gebruikt.
Automatisch op beide zijden van het papier afdrukken (dubbelzijdig afdrukken) De printer beschikt over een ingebouwde duplexeenheid waarmee u automatisch op beide zijden van het papier kunt afdrukken. Opmerking: Automatisch dubbelzijdig afdrukken werkt alleen met normaal papier van A4- of Letter-formaat. Als u dubbelzijdige documenten wilt afdrukken op andere typen of formaten papier, gebruikt u de handmatige methode voor dubbelzijdig afdrukken.
Selecteer in het gedeelte Dubbelzijdig afdrukken de optie Dubbelzijdig afdrukken. Selecteer in de keuzelijst de optie Handmatig. Instructies afdrukken voor het opnieuw plaatsen van papier wordt automatisch geselecteerd. Klik op OK. De oneven pagina's en het instructievel worden afgedrukt. Op het instructievel wordt beschreven hoe u het papier moet omdraaien en opnieuw in de printer plaatsen.
Breng de gewenste wijzigingen aan in de gedeelten papieropties, afdrukstand en exemplaren onder het tabblad Printerinstelling. Klik bij Voorkeursinstellingen voor afdrukken op Profielen Huidige instellingen opslaan. Klik op het keuzerondje naast het cijfer van de locatie waar u de instellingen wilt opslaan en typ een naam voor de instellingen in het geselecteerde vak.
Fabrieksinstellingen van de printersoftware herstellen Gebruikers van Windows Vista Klik op Configuratiescherm Printers (onder Hardware en geluid). Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Het tabblad Printerinstelling wordt weergegeven. Klik bij Voorkeursinstellingen voor afdrukken op Profielen Profiel terugzetten Fabrieksinstellingen.
Druk op om Ja of Nee te selecteren. Druk op . Opmerking: Als u alle netwerkinstellingen hersteldt, moet u het installatieproces opnieuw uitvoeren om weer verbinding te maken met het netwerk. Instellingen opslaan De standaardinstelling in een menu wordt aangegeven met een sterretje (*). U wijzigt als volgt de instelling: Druk op het bedieningspaneel herhaaldelijk op om Kopiëren, Foto, Bestanden afdrukken, Faxen, Scannen, Instellen of Onderhoud te selecteren.
Als de printer de Bluetooth-adapter niet leest, verwijdert u de adapter en plaatst u deze opnieuw in de printer. Let op—Kans op beschadiging: Raak de kabels, Bluetooth-adapter of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan terwijl er wordt afgedrukt vanaf het Bluetooth-apparaat. Er kunnen gegevens verloren gaan. Verwijder de Bluetooth-adapter ook niet terwijl u afdrukt vanaf het Bluetooth-apparaat.
Afdrukken met Bluetooth U kunt met een Bluetooth-adapter foto's afdrukken vanaf een Bluetooth-apparaat, zoals een telefoon met een camera. Plaats fotopapier in de printer met de glanzende zijde of afdrukzijde naar beneden. (Raadpleeg de instructies die bij het papier zijn geleverd als u niet zeker weet welke zijde de afdrukzijde is.) Controleer of Bluetooth ingeschakeld en Modus Zoeken zijn ingesteld op Aan op het bedieningspaneel van de printer.
Informatie over het menu Standaardinstellingen Bluetooth Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Instellen is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Standaardinst. voor Bluetooth wijzigen is gemarkeerd. Druk op . Nadat u de selecties hebt gemaakt, drukt u op om uw selecties op te slaan als standaardinstellingen.
Werken met foto's Foto's ophalen en beheren Geheugenkaart in de printer plaatsen Plaats een geheugenkaart in de printer. • Plaats de kaart met het naamlabel naar boven. • Als de kaart gemarkeerd is met een pijl, zorgt u dat de pijl naar de printer is gericht. •...
Wacht tot het lampje bij de bovenste geheugenkaartsleuf op de printer gaat branden. Het lampje knippert om aan te geven dat de geheugenkaart wordt gelezen of dat gegevens worden verzonden of ontvangen. Let op—Kans op beschadiging: Raak de kabels, netwerkadapter, geheugenkaart of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan terwijl er wordt afgedrukt vanaf, gelezen van of geschreven naar een geheugenkaart.
Als de printer het flashstation niet leest, verwijdert u het en plaats u het opnieuw. Let op—Kans op beschadiging: Raak de kabels, netwerkadapter, flashstation of het aangegeven gedeelte van de printer niet aan terwijl er wordt afgedrukt vanaf, gelezen van of geschreven naar een flashstation. Er kunnen gegevens verloren gaan.
Locatie Handelingen Alle foto's afdrukken Alle foto's afdrukken met een van de volgende indelingen: • 1 per pagina • 2 per pagina • 3 per pagina • 4 per pagina • Index afdrukken Diavoorstelling weergeven • Een diavoorstelling van uw foto's weergeven. •...
Locatie Handelingen Fotoformaat Het fotoformaat instellen. Indeling Geef een lay-out op met een van de opties automatisch, zonder rand, één foto gecentreerd, of één, twee, drie, vier, zes, acht of 16 foto's per pagina. Kwaliteit Geef een afdrukkwaliteit op: automatisch, normaal, concept of foto. Papierafhandeling Instellingen voor het papier dat in de papierlade of -laden is geplaatst wijzigen.
Opmerking: voor een netwerkverbinding moet u eerst handmatig de toepassing openen en vervolgens de printer selecteren die u wilt gebruiken. De Lexmark Productivity Studio-software wordt automatisch geopend op de computer. Klik op Alle foto's automatisch opslaan in Mijn afbeeldingen. Als u de foto's wilt verwijderen van de geheugenkaart, klikt u op Ja.
Geselecteerde foto's overbrengen van een cd of flashstation met de computer Plaats een cd of flashstation in de computer. Als u Windows Vista gebruikt, wordt het venster Automatisch afspelen weergegeven. Klik op Foto's overbrengen naar de computer met Productivity Studio. Als u Windows XP gebruikt, wordt het venster 'Wat wilt u dat Windows doet?' weergegeven.
• Verwijder het flashstation niet totdat een bericht op de display verschijnt waarin wordt aangegeven dat het kopiëren is voltooid. Voorkeuren voor de tijdelijke bestanden van Lexmark Productivity Studio wijzigen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het menu Hulpmiddelen op Voorkeuren.
Overdrachtsinstellingen van Lexmark Productivity Studio wijzigen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het menu Hulpmiddelen op Voorkeuren. Klik op Overdrachtsinstellingen. Selecteer Optie voor opslaan overslaan en automatisch doorgaan naar en selecteer de optie Automatisch opslaan, Handmatig opslaan of Afdrukken voor uw foto's op het foto-opslagapparaat dat is aangesloten op de computer.
Selecteer de opties met de knoppen op het bedieningspaneel. Druk op om de wijzigingen op te slaan. Druk op om terug te gaan naar de foto. Druk op om het aantal exemplaren te selecteren dat u wilt afdrukken. Opmerking: het aantal exemplaren is automatisch ingesteld op 1. Als u meer foto's wilt selecteren om af te drukken en te bewerken, herhaalt u stap 5 tot en met stap 12.
Kaders Een kader voor de foto selecteren. Foto's bijsnijden Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken. Open de gewenste afbeeldingen en klik op Foto bijsnijden op het tabblad Snelle oplossingen.
Een foto vervagen/verscherpen De afbeelding wordt zachter als u de foto meer vervaagd. Als u de scherpte verhoogt, lijkt de afbeelding scherper. Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand . Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken.
Een foto verbeteren Met de functie Verbeteren kunt u kleine wijzigingen aanbrengen in de helderheid, contrast en scherpte van een afbeelding. Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand . Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken.
Door de tint aan te passen, kunt u de kleur van een afbeelding bepalen. Door de verzadiging aan te passen kunt u de intensiteit van de kleur bepalen. Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand . Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken.
Voor en Na boven aan het venster te vergelijken. Klik op OK. De miniatuur wordt bijgewerkt. Instelling Helderheid/contrast aanpassen voor een foto Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken.
Golvende patronen verwijderen uit gescande foto's, tijdschriften of kranten Met de functie voor effenen kunt u golvende patronen (moiré) in afbeeldingen uit tijdschriften of kranten verwijderen. Klik in het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Bestand Openen om de afbeelding te selecteren die u wilt bewerken.
Als u meer foto's wilt selecteren om af te drukken en te bewerken, herhaalt u stap 5 tot en met stap 8. Druk op om naar het scherm Afdrukvoorbeeld te gaan. Als u de afdrukinstellingen wilt aanpassen nadat u het voorbeeld hebt weergegeven: Druk op Selecteer de gewenste opties.
Pagina 134
Druk op om op te geven welke categorie met foto's u wilt afdrukken. U kunt voor de volgende groepen foto's een controlevel afdrukken: • Voor alle foto's op de geheugenkaart • Voor de 20 recentste foto's, als er meer dan 20 foto's op de kaart staan •...
Foto's afdrukken vanaf een digitale PictBridge-camera PictBridge is een technologie die wordt gebruikt in de meeste digitale camera's. Hiermee kunt u rechtstreeks vanaf de digitale camera afdrukken zonder dat u een computer nodig hebt. U kunt een digitale PictBridge-camera aansluiten op de printer en de knoppen op de camera gebruiken om het afdrukken van de foto's te regelen. Sluit één uiteinde van de USB-kabel aan op de camera.
Als de PictBridge-verbinding tot stand wordt gebracht, wordt het volgende bericht op de display weergegeven: Camera is aangesloten. Zie de display van de camera of de gebruikershandleiding bij de camera voor meer informatie. Na een aantal seconden wordt het volgende bericht weergegeven: Gebruik camera om foto's te selecteren en af te drukken.
Klik op Werken met documenten en foto's. Klik op de foto's die u wilt afdrukken. Klik op Fotoafdrukken in de taakbalk van Lexmark Productivity Studio onder aan het venster. Selecteer een kopieerkwaliteit in de keuzelijst Kwaliteit. Selecteer in de keuzelijst Formaat van papier in de printer het papierformaat.
Selecteer de papiersoort in de keuzelijst Soort papier in printer. Selecteer de gewenste opties in de tabel als u meerdere afdrukken van een foto wilt maken of andere fotoformaten dan x 15 cm (4 x 6 inch) wilt gebruiken. Gebruik de keuzelijst in de laatste kolom om andere formaten weer te geven en te selecteren.
Diavoorstelling maken Diavoorstelling maken en weergeven Klik vanuit het welkomstvenster van Lexmark Productivity Studio op Werken met documenten en foto's. Selecteer de map met de foto's die u wilt opnemen in de diavoorstelling. Miniaturen van de foto's in de map worden weergegeven in een voorbeeldvenster.
Kopiëren Kopieën maken U kunt een kopie maken met de automatische documentinvoer of met de glasplaat. Gebruik de glasplaat voor kopieën die van optimale kwaliteit moeten zijn. Plaats papier in de printer. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.
Locatie Handelingen 2-zijdige exemplaren Uitvoeren: • Enkelzijdige kopie van een enkelzijdig origineel • Dubbelzijdige kopie van enkelzijdige originelen • Enkelzijdige kopie van een dubbelzijdig origineel • Dubbelzijdige kopie van dubbelzijdige originelen N per vel Opgeven hoeveel pagina's u op een vel papier wilt afdrukken. U kunt één, twee of vier pagina's per vel selecteren.
Kleuren- of zwart-witkopie maken Plaats papier in de printer. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI.
Druk op Volg de aanwijzingen op het bedieningspaneel van de printer. Let op—Kans op beschadiging: raak het papier niet aan terwijl de printer bezig is met afdrukken. Foto's kopiëren Plaats fotopapier in de printer met de glanzende zijde of afdrukzijde naar beneden. (Raadpleeg de instructies die bij het papier zijn geleverd als u niet zeker weet welke zijde de afdrukzijde is.) Plaats een foto met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.
Klik in het welkomstvenster op Kopiëren. Selecteer Foto. Klik op Start. De foto wordt weergegeven in het rechterdeelvenster. Selecteer een kopieerkwaliteit in de keuzelijst Kwaliteit. Selecteer in de keuzelijst Formaat van papier in de printer het papierformaat. Selecteer de papiersoort in de keuzelijst Soort papier in printer. Selecteer de gewenste opties in de tabel als u meerdere afdrukken van een foto wilt maken of andere fotoformaten dan 4 x 6 inch (10 x 15 cm) wilt gebruiken.
Kopieën lichter of donkerder maken Plaats papier in de printer. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI.
Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Sorteren is gemarkeerd. Druk op om Aan te selecteren. Druk op Als u het originele document in de automatische documentinvoer hebt geplaatst, drukt de printer de kopieën Als u het originele document op de glasplaat hebt geplaatst: De printer slaat de afbeelding van de pagina op in het printergeheugen en vraagt of u nog een pagina wilt scannen.
Meerdere pagina's op één vel kopiëren (N per vel) U kunt meerdere pagina's met losse afbeeldingen of pagina's op één vel papier passen. De gescande afbeeldingen worden gedraaid en het formaat wordt aangepast aan de pagina. Plaats papier in de printer. Plaats een origineel document met meerdere pagina's met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer met de eerste pagina bovenop.
Druk op om een van de volgende opties te selecteren: 50 procent, 100 procent, 200 procent, Aangepast, Passend op pag, 2x2 poster, 3x3 poster, 4x4 poster of Zonder rand. Druk op om een voorbeeld van de uitvoer weer te geven. Druk op om de instellingen aan te passen.
Scannen Documenten scannen Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI.
Locatie Handelingen Scannen naar De computer selecteren waarop u de scan wilt ontvangen als er meerdere computers op de printer zijn aangesloten. Kleur Selecteren of u het document in zwart-wit of kleur wilt scannen. Kwaliteit Een scankwaliteit selecteren: 150 dots per inch (dpi), 300 dpi of 600 dpi. Origineel Het formaat van het originele document instellen.
Documenten scannen met de computer Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik op Scannen. Selecteer de optie Document . Klik op Start. Het gescande document is geopend in uw standaardtekstverwerkingstoepassing. U kunt het bestand nu bewerken.
Klik op Scannen. Selecteer de optie Foto of Meerdere foto's. Klik op Starten. U kunt de gescande afbeelding bewerken. Foto scannen voor het werken met documenten en foto's Plaats een foto met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon.
Scannen in kleur of zwart-wit Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items, transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI.
Scantaken annuleren Als u een taak wilt annuleren die wordt gescand op de glasplaat, drukt u op het bedieningspaneel op Als u een scantaak wilt annuleren die is gestart in Lexmark Productivity Studio, klikt u op Scannen en vervolgens op Stoppen.
Scannen naar een computer via een netwerk met het bedieningspaneel Controleer het volgende: • De printer is aangesloten op een netwerk via een afdrukserver of een draadloze netwerkverbinding. • De printer, afdrukserver (indien gebruikt) en de computer waarop de scan wordt ontvangen, zijn ingeschakeld. •...
Selecteer in het gedeelte Welke patronen moeten worden verwijderd de optie Tijdschrift of Krant. Klik op OK om de wijzigingen te accepteren of klik op Annuleren om deze te verwijderen. Scaninstellingen van Lexmark Productivity Studio wijzigen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon.
Klik op Scaninstellingen. • Selecteer Altijd eenvoudige scaninstellingen gebruiken om standaardscaninstellingen te gebruiken. • Selecteer Altijd scannen met de onderstaande instellingen om de resterende scan instellingen aan te passen. • Selecteer de kleurdiepte in de keuzelijst in het gedeelte Kleurdiepte. •...
Als u een foto scant, selecteert u het fotoformaat in het gedeelte Verzendkwaliteit en -snelheid. Klik op E-mail maken om de afbeeldingen toe te voegen aan een e-mailbericht. Voorkeuren van het e-mailvenster in Lexmark Productivity Studio wijzigen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon.
Faxen met het bedieningspaneel Fax verzenden met het bedieningspaneel Fax verzenden met het bedieningspaneel Dit is de beste manier om documenten te faxen die al zijn afgedrukt. Controleer of de printer is ingeschakeld en aangesloten op een werkende telefoonlijn. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Pagina 160
Geef een faxnummer op met: Methode Procedure Het tekstvak Geef een faxnummer op met het toetsenblok. Opmerkingen: • U kunt een telefoonkaartnummer opnemen als onderdeel van het faxnummer. • Een faxnummer kan uit maximaal 64 cijfers, komma's, punten en/of de symbolen * of # bestaan.
Methode Procedure Kiezen hoorn op haak Dit is een functie voor handmatig kiezen die u kunt gebruiken om een telefoon- nummer te kiezen terwijl u naar een gesprek luistert via een luidspreker op de printer. Deze functie is handig als u een geautomatiseerd antwoordsysteem moet doorlopen of een telefoonkaartnummer moet opgeven voor u een fax kunt verzenden.
Groepsfax verzenden op een opgegeven tijdstip U kunt een fax naar dertig personen of groepen tegelijkertijd verzenden. Controleer of de printer is aangesloten op een werkende telefoonlijn. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de automatische documentinvoer (ADI) of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Fax ontvangen met het bedieningspaneel Handmatig een fax ontvangen Controleer of de printer is ingeschakeld en is aangesloten op een werkende telefoonlijn. Controleer of de functie voor automatisch beantwoorden is uitgeschakeld. Opmerking: een telefoonhoorn met het woord FAX eronder wordt in de linkerbovenhoek van de display weergegeven wanneer Automatisch beantwoorden is ingesteld.
Nummerweergave gebruiken vanaf het bedieningspaneel Nummerweergave is een dienst die door bepaalde telefoonbedrijven wordt geleverd, waarmee het telefoonnummer (en mogelijk de naam) van de beller wordt herkend. Als u op de dienst bent geabonneerd, kunt u deze gebruiken met de printer. Wanneer u een fax ontvangt, verschijnt op de display het telefoonnummer van de persoon die u de fax heeft gestuurd.
Faxen doorsturen De functie voor het doorsturen van faxen kunt u gebruiken om faxen te ontvangen wanneer u zich niet in de buurt van de printer bevindt. Er zijn drie waarden of instellingen beschikbaar voor het doorsturen van faxen: • Uit: (standaardinstelling).
Kiesinstellingen aanpassen met het bedieningspaneel Informatie over het menu Modus Faxen Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Faxen is gemarkeerd. Druk op . Nadat u de selecties hebt gemaakt, drukt u op om uw selecties op te slaan als standaardinstellingen. Locatie Handelingen Geef een faxnummer of een groep met faxnummers op om een fax te verzenden.
Locatie Handelingen Telefbk. snelkeuze Het menu Telefoonboek weergeven. Zie voor meer informatie “Informatie over het menu Telefoonboek” op pagina 167. Geschiedenis en rapporten Het menu Geschiedenis en rapporten weergeven. Zie voor meer informatie “Infor- matie over het menu Geschiedenis en rapporten weergeven” op pagina 167. Bellen en antwoorden Het menu Bellen en antwoorden openen.
Locatie Handelingen Gesch. faxactiviteit. afdr. Een rapport afdrukken met de laatste 40 faxen die zijn verzonden en ontvangen. Bevestiging Opgeven of een rapport moet worden afgedrukt van een faxverzending. U kunt in de volgende gevallen een rapport afdrukken: • Elke keer dat een fax wordt verzonden, ongeacht of de fax correct wordt verzonden •...
Locatie Handelingen Papierverwerking Instellingen wijzigen voor het papier dat in de papierlade of -laden is geplaatst. Zie voor meer informatie “Informatie over het menu Papierverwerking” op pagina 89. Informatie over het menu Bellen en verzenden Optie Handeling Uw faxnummer Het faxnummer opgeven met het toetsenblok. Dit nummer wordt weergegeven op het voorblad van uitgaande faxen.
Locatie Handelingen Item toev. geblok. fax Items toevoegen aan de blokkeringslijst met het bedieningspaneel en het toets- enblok. Lijst geblok. fax afdr. De inhoud van de blokkeringslijst afdrukken. Telefoonboek van het bedieningspaneel gebruiken Het telefoonboek is een lijst met snelkeuze-items (1-89) en groepskeuze-items (90-99). U opent als volgt het menu Telefoonboek: Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Faxen is gemarkeerd.
Kiesvoorvoegsel instellen U kunt een kiesvoorvoegsel van maximaal acht tekens toevoegen aan het begin van elk nummer dat u kiest. U kunt cijfers, komma's en/of de symbolen * of # gebruiken. Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Faxen is gemarkeerd. Druk op .
Instellingen aanpassen om een fax te verzenden achter een PBX Als de printer wordt gebruikt in een bedrijfs- of kantooromgeving, is het apparaat wellicht aangesloten op een PBX- telefoonsysteem (Private Branch Exchange). Bij het kiezen van faxnummers wacht de printer doorgaans tot de kiestoon is herkend voordat het faxnummer wordt gekozen.
Faxen beheren met het bedieningspaneel Voettekst voor faxen instellen Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Faxen is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Faxinstelling is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Faxen afdrukken is gemarkeerd. Druk op .
Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Geschiedenis en rapporten is gemarkeerd. Druk op . Druk op tot Rapport wordt weergegeven. Druk herhaaldelijk op tot het gewenste rapporttype wordt weergegeven. Druk op om het rapport af te drukken en af te sluiten. Lijst Faxinstellingen afdrukken Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Instellen is gemarkeerd.
Pagina 175
Druk herhaaldelijk op tot Blokkeringslijst wordt weergegeven. Druk herhaaldelijk op tot Aan wordt weergegeven. Druk op om de instelling op te slaan en het menu te sluiten. Faxnummers die u wilt blokkeren, toevoegen: Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Faxen is gemarkeerd. Druk op .
Pagina 176
Druk herhaaldelijk op tot Lijst geblok. fax afdr. wordt weergegeven. Druk op om de lijst af te drukken. Opmerking: deze functie is alleen beschikbaar wanneer er geblokkeerde faxen zijn. Faxen met het bedieningspaneel...
Faxen met de computer Fax verzenden met de computer Fax verzenden met de software Dit is de beste manier om een fax te verzenden als u een kopie van de fax op uw computer wilt bewaren. Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon.
Pagina 178
Windows Vista: klik op • In Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Faxoplossingen. Als Faxoplossingen verschijnt zoals weergegeven, kunt u de volgende handelingen uitvoeren in het menu Taken: •...
Zie voor meer informatie over het wijzigen van de faxinstellingen “Instellingen aanpassen met het Faxconfiguratieprogramma” op pagina 183. Kl nadat u de instellingen hebt gewijzigd op OK. Sluit Faxoplossingen. Faxen ontvangen met de computer Faxen automatisch ontvangen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het gedeelte Instellingen in het linkerdeelvenster van het welkomstvenster op Instellen en faxen beheren.
Opmerkingen: • Nummerweergave is alleen in bepaalde landen en regio's beschikbaar. • Het aantal patronen wordt bepaald door de land- of regio-instellingen en alleen het aantal patronen dat is opgegeven voor het geselecteerde land of de regio wordt weergegeven. De printer ondersteunt twee soorten nummerweergave: Patroon 1 (FSK) en Patroon 2 (DTMF). Afhankelijk van het land of de regio waar u woont en de telecomaanbieder die u gebruikt, moet u mogelijk overschakelen naar een ander patroon om nummerweergave te activeren.
Kiesinstellingen aanpassen met de computer Telefoonboek op de computer gebruiken Adresboeken in uw besturingssysteem worden weergegeven als telefoonboeken. U opent als volgt een item in een telefoonboek: From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het welkomstvenster op Faxgeschiedenis en -instellingen. Klik in het menu Taken op Telefoonboek weergeven.
Speciaal belsignaal instellen Speciaal belsignaal is een dienst die door bepaalde telefoonbedrijven wordt geleverd waarmee meerdere telefoonnummers kunnen worden toegewezen aan één telefoonlijn. Als u geabonneerd bent op deze dienst, kunt u de printer programmeren met een telefoonnummer en speciaal belsignaal voor binnenkomende faxen. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon.
U kunt de faxinstellingen aanpassen in het Faxconfiguratieprogramma. Deze instellingen zijn van toepassing op alle faxen die u verzendt of ontvangt. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik op Faxgeschiedenis en -instellingen. Het venster Lexmark Fax Solutions Software wordt geopend. Klik op Snelkeuzelijst en andere faxinstellingen aanpassen. Faxen met de computer...
Pagina 184
Het volgende venster wordt geopend. Faxen met de computer...
Pagina 185
Klik op elke tab en wijzig zo nodig de instellingen. Tabblad Opties Kiezen en verzenden • De kiesmethode voor uw telefoonlijn selecteren. • Een voorvoegsel invoeren. • Een belvolume selecteren. • Uw naam en faxnummer opgeven. Opmerkingen: – U kunt een telefoonkaartnummer opnemen als onderdeel van het faxnummer.
Gebruikersgegevens op het voorblad van een fax wijzigen From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het gedeelte Instellingen van het welkomstvenster op Faxgeschiedenis en -instellingen. Klik in het menu Taken op Voorbladen weergeven. Klik op Persoonlijke gegevens wijzigen die op deze pagina worden weergegeven.. Voer de juiste persoonlijke gegevens in.
Printer onderhouden Informatie over het menu Onderhoud Het menu Onderhoud kunt u gebruiken om de inktvoorraden te controleren en andere taken voor inktcartridges uit te voeren. Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Onderhoud is gemarkeerd. Druk op . Locatie Handelingen Inktvoorraden weergeven De huidige inktniveaus voor beide inktcartridges controleren.
Pagina 188
Sluit het deksel van de houder met de zwarte inktcartridge. Verwijder de tape van de achter- en onderkant van de kleureninktcartridge en plaats de cartridge in de rechterhouder. Let op—Kans op beschadiging: raak het goudkleurige contactgedeelte aan de achterkant van de cartridge of de metalen spuitopeningen aan de onderkant van de cartridge niet aan.
De garantievoorwaarden zijn niet van toepassing op reparaties als gevolg van storingen en schade veroorzaakt door opnieuw gevulde cartridges. Lexmark raadt het gebruik van opnieuw gevulde cartridges af. Dergelijke cartridges verminderen de afdrukkwaliteit en kunnen schade aan de printer toebrengen. Gebruik voor de beste resultaten alleen Lexmark supplies.
• Als u de printer gebruikt zonder een computer, klikt u op Annuleer. De garantievoorwaarden van Lexmark zijn niet van toepassing op schade die is veroorzaakt door het gebruik van andere inktcartridges of inkt dan Lexmark inktcartridges of inkt. Afdrukkwaliteit verbeteren Als u niet tevreden bent met de afdrukkwaliteit van een document, controleert u het volgende: •...
Inktcartridges uitlijnen Plaats normaal papier in de printer. Druk herhaaldelijk op tot Onderhoud is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Cartridges uitlijnen is gemarkeerd. Druk op . Er wordt een uitlijningspagina afgedrukt. Als u de cartridges hebt uitgelijnd om de afdrukkwaliteit te verbeteren, drukt u het document nogmaals af. Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd, reinigt u de spuitopeningen van de inktcartridges.
Houd een ander schoon gedeelte van de doek ongeveer drie seconden tegen de contactpunten en veeg de contactpunten voorzichtig schoon in de aangegeven richting. Met een schoon gedeelte van de doek herhaalt u stap 3 en stap 4. Laat de spuitopeningen en de contactpunten volledig opdrogen. Plaats de inktcartridges terug in de printer.
• Bewaar de foto-inktcartridge in de bijbehorende opslageenheid als de cartridge niet wordt gebruikt. De foto- inktcartridge moet rechtop worden bewaard, zoals hieronder wordt weergegeven. Printer verwijderen van de basiseenheid van lade 2 Als u de printer wilt verplaatsen naar een andere locatie, moet u de printer eerst verwijderen van de basiseenheid van lade 2.
Let op—Kans op beschadiging: als u een vochtige doek gebruikt om de binnenkant van de printer te reinigen, kan de printer beschadigd raken. Controleer of de papierlade en papieruitvoerlade droog zijn voordat u een nieuwe afdruktaak start. Supplies bestellen Cartridges bestellen Lexmark 9500 Series models Item Artikelnummer Gemiddeld cartridgerendement voor normale pagina's is maximaal Zwarte inktcartridge...
4 x 6 inch • 10 x 15 cm • Opmerking: de beschikbaarheid verschilt per land of regio. Voor informatie over het aanschaffen van Lexmark fotopapier of Lexmark PerfectFinish in uw land of regio gaat u naar www.lexmark.com. Printer onderhouden...
Problemen oplossen Als u de printer installeert op een draadloos netwerk moet u het volgende controleren: • Het draadloze netwerk werkt correct. • De computer en printer zijn beide met hetzelfde draadloze netwerk verbonden. • De printer bevindt zich binnen het bereik van het draadloze netwerk. Het effectieve bereik voor optimale prestaties is meestal 100 - 150 meter.
AAK HET NETSNOER LOS EN SLUIT HET SNOER OPNIEUW AAN Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak het netsnoer los van de printer. Sluit het netsnoer stevig aan op de netvoedingsaansluiting op de printer. Sluit de printer aan op een goed geaard stopcontact dat eerder voor andere elektrische apparaten is gebruikt. Druk op als het lampje niet brandt.
Plaats de cd in de computer en volg de aanwijzingen op het scherm om de software opnieuw te installeren. LUIT DE NETVOEDING OPNIEUW AAN Druk op om de printer uit te zetten. Trek de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact. Maak de netvoeding voorzichtig los van de printer.
Pagina 199
ONTROLEER DE INKT Controleer de inktvoorraden en installeer zo nodig nieuwe inktcartridges. ONTROLEER DE CARTRIDGES Verwijder de inktcartridges uit de printer. Controleer of sticker en tape zijn verwijderd van de cartridge. Plaats de cartridges terug in de printer. ONTROLEER DE STANDAARDINSTELLINGEN VAN DE PRINTER EN DE INSTELLINGEN VOOR ONDERBREKEN Voer een van de volgende handelingen uit: •...
Uitvoeren en typt u D:\setup, waarbij D de letter van het cd- of dvd-station aangeeft. Als de software nog steeds niet correct kan worden geïnstalleerd, bezoekt u onze website op www.lexmark.com om te controleren of er nieuwe versies van de software beschikbaar zijn.
USB-poort activeren U controleert als volgt of de USB-poort is geactiveerd op de computer: Open Apparaatbeheer. Windows Vista: Klik op Configuratiescherm Klik op Systeem en onderhoud Systeem. Klik op Apparaatbeheer. Windows XP: Klik op Starten. Klik op Configuratiescherm Prestaties en onderhoud Systeem.
Netwerkproblemen oplossen Problemen met draadloze netwerken oplossen Controleer de beveiligingssleutels Een beveiligingssleutel is gelijk aan een wachtwoord. Alle apparaten op hetzelfde netwerk moeten dezelfde beveiligingssleutel gebruiken. Opmerking: noteer de beveiligingssleutel nauwkeurig, inclusief eventuele hoofdletter en bewaar deze op een veilige plaats, zodat u deze in de toekomst weer kunt gebruiken.
Pagina 203
Druk op . De naam van het netwerk (SSID) waarmee de printer is verbonden, wordt weergegeven. Controleer of de naam van het netwerk waarmee de printer is verbonden, overeenkomt met de naam van het netwerk waarmee uw computer is verbonden. Als de printer en computer zijn verbonden met verschillende netwerken, moet u het hulpprogramma voor draadloze configuratie opnieuw uitvoeren om de draadloze instellingen van de printer aan te passen.
ONTROLEER DE GEAVANCEERDE BEVEILIGINGSINSTELLINGEN • Als u een filter voor MAC-adressen gebruikt om toegang tot uw draadloze netwerk te beperken, moet u het MAC-adres van de printer toevoegen aan de lijst van adressen die zijn toegestaan voor verbinding met uw draadloze toegangspunt (draadloze router).
MAC- ONTROLEER HET ADRES Als op het netwerk een filter voor MAC-adressen wordt gebruikt, moet u het MAC-adres van de printer opnemen in de filterlijst voor MAC-adressen. U kunt de printer dan gebruiken op het netwerk. Zie “MAC-adres zoeken” op pagina 59 voor meer informatie.
Windows Vista: klik op • Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Hulpprogramma voor draadloze configuratie. Volg de aanwijzingen op het scherm om de software opnieuw te installeren. Algemenen netwerkproblemen oplossen...
Pagina 207
• De printer heeft een geldig IP-adres. Als u een draadloze verbinding gebruikt, controleert u het volgende: • De printer bevindt zich binnen het bereik van het draadloze netwerk. Plaats de printer zo nodig dichter bij de draadloze router (draadloos toegangspunt). Hoewel de mogelijke afstand tussen apparaten in 802.11b- of 802.11g-netwerken 90 meter is, is het effectieve bereik voor optimale prestaties meestal 30 - 46 meter.
Pagina 208
Controleren of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Voer een van de volgende handelingen uit: Windows Vista: Klik op Configuratiescherm. Klik op Printer bij Hardware en geluid. Windows XP: • Klik op Start Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op Eigenschappen. Problemen oplossen...
• Klik op Start Printers en faxapparaten. Klik met de rechtermuisknop op Lexmark XXXX waarbij XXXX het serienummer van de printer is. Klik op Eigenschappen Poorten. Controleer of XXXX_Series_nnnnnn_P1 is geselecteerd, waarbij XXXX het serienummer van de printer is en nnnnnn de laatste zes cijfers van het MAC-adres van de printer zijn.
Windows Vista: klik op – Windows XP: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Hulpprogramma voor draadloze configuratie. Volg de aanwijzingen op het scherm en geef de nieuwe netwerknaam op als dit wordt gevraagd. Het toegangspunt pingen...
Als het draadloze toegangspunt (draadloze router) niet reageert, wordt er na een aantal seconden 'Time-out bij opdracht' weergegeven. Voer een van de volgende handelingen uit: • Windows Vista: klik op Configuratiescherm Netwerk en internet Netwerkcentrum. • Windows XP: klik op Start Instellingen of Configuratiescherm Netwerkverbinding.
• Windows XP: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Hulpprogramma voor draadloze configuratie. Opmerking: als onderdeel van de configuratieprocedure wordt u mogelijk gevraagd om de printer opnieuw aan te sluiten op de computer met de installatiekabel.
ONTROLEER HET PAPIER • Zorg dat u het juiste papier voor het document gebruikt. Als u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt, moet u Lexmark fotopapier of Lexmark Perfectfinish fotopapier gebruiken voor de beste resultaten. • Gebruik zwaarder of helderwit papier.
EBRUIK EEN ANDER MERK PAPIER Bij elk merk papier wordt inkt anders opgenomen en worden kleuren verschillend afgedrukt. Als u foto's of andere afbeeldingen van hoge kwaliteit afdrukt, moet u Lexmark Perfectfinish fotopapier of Lexmark fotopapier gebruiken voor de beste resultaten.
Pagina 215
Selecteer Zonder rand in de keuzelijst van het gedeelte Indeling. Selecteer het papierformaat voor afdrukken zonder rand. Opmerking: zorg dat u op het tabblad Printerinstelling (gedeelte Opties voor papier) en het tabblad Geavanceerd (gedeelte Indeling) hetzelfde papierformaat instelt. ELECTEER DE FUNCTIE VOOR HET AANPASSEN VAN HET FORMAAT ZONDER RAND BIJ HET KOPIËREN Druk herhaaldelijk op...
Lage afdruksnelheid Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: ERHOOG DE VERWERKINGSSNELHEID VAN DE COMPUTER • Sluit alle toepassingen die u niet gebruikt. • Gebruik minder afbeeldingen of kleinere afbeeldingen in het document. • Verwijder zo veel mogelijk ongebruikte lettertypen van het systeem. OEG GEHEUGEN TOE Ga na of u het RAM-geheugen van de computer moet uitbreiden.
EBRUIK DE AANBEVOLEN INKTSOORT VOOR DE PRINTER Lexmark printers en inktcartridges zijn ontworpen om gezamenlijk uitmuntende afdrukkwaliteit te leveren. Zorg daarom dat u alleen officiële Lexmark inktcartridges gebruikt. Documenten of foto's worden slechts gedeeltelijk afgedrukt Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:...
Inktvoorraden lijken incorrect Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: RUKT U AFBEELDINGEN OF FOTO S AF Als u documenten afdrukt met veel afbeeldingen, of wanneer u afdrukt met de instelling Best op het tabblad Printerinstelling, gebruikt de printer meer inkt.
Mogelijk moet u de instellingen voor kleuren en de afdruksnelheid aanpassen. IJN ER CARTRIDGES DIE WEINIG INKT BEVATTEN Voer een van de volgende handelingen uit: • Windows Vista: klik op Configuratiescherm. • Windows XP of 2000: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Problemen oplossen...
Klik op Printeroplossingen. Als een uitroepteken (!) wordt weergegeven bij een van de inktcartridges, is de inkt bijna op. Installeer een nieuwe cartridge. Vellen glossy fotopapier of transparanten kleven aan elkaar vast IJN DE FOTO S OF TRANSPARANTEN OPGEDROOGD EN AAN ELKAAR VASTGEKLEEFD OP DE PAPIERUITVOERLADE Verwijder de foto's of transparanten uit de papieruitvoerlade op het moment dat deze uit de printer komen.
Windows Vista: klik op Configuratiescherm. • Windows XP of 2000: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Klik op de tab Onderhoud. Klik op Uitlijnen om vage randen te voorkomen. IJN DE INKTCARTRIDGES SCHOON Mogelijk moet u de spuitopeningen van de inktcartridge reinigen.
Configuratiescherm. • Windows XP of 2000: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. De status van de printer is: • Communicatie is niet mogelijk: er is mogelijk een probleem met de hardware- of software-instellingen van de printer.
Configuratiescherm. • Windows XP of 2000: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Klik op de tab Onderhoud. Klik op Uitlijnen om vage randen te voorkomen. Afbeeldingen of effen zwarte vlakken vertonen witte lijnen Dit zijn mogelijke oplossingen.
Als dit niet het geval is, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram en kiest u Als standaardprinter instellen. Alleen gebruikers van Windows 2000 Klik op Start Instellingen Printers. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Controleer het volgende: • Als standaardprinter instellen is geselecteerd. • Afdrukken onderbreken is niet geselecteerd.
Windows Vista: klik op • Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Als een uitroepteken (!) wordt weergegeven bij een van de inktcartridges, is de inkt bijna op. Installeer een nieuwe cartridge.
Problemen met lettertypen oplossen EBT U DE LETTERTYPEN OP DE JUISTE WIJZE TOEGEPAST IN DE TOEPASSING In de meeste toepassingen kan een lettertype dat is uitgerekt of vergroot of verkleind, niet worden afgedrukt. S HET LETTERTYPE EEN LETTERTYPE S HET BESCHIKBAAR OP DE COMPUTER Mogelijk is het lettertype dat u wilt afdrukken, niet beschikbaar in het selectievak voor lettertypen in de toepassing.
• Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Klik op Testpagina afdrukken op het tabblad Onderhoud. Vergelijk de afgedrukte pagina met de afbeelding die wordt weergegeven op het scherm. Als de afgedrukte afbeelding overeenkomt met die op het scherm, bent u klaar.
Windows Vista: klik op Configuratiescherm. • Windows XP of 2000: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen. Klik op het tabblad Onderhoud. Klik op Testpagina afdrukken. Externe afdrukserver werkt niet Als er een extern apparaat is aangesloten tussen de computer en de printer, controleert u of het apparaat bidirectionele communicatie ondersteunt.
Printers (onder Hardware en geluid). • Windows XP: klik op Start Instellingen Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Kies in het snelmenu Eigenschappen. Klik op de tab Poorten . Controleer het volgende: • De poort is ingesteld op een USB-poort.
Printer kan niet communiceren met computers via een peer-to- peer-netwerk Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: ONTROLEER DE STATUS VAN DE HOSTCOMPUTER EN DE PRINTER Controleer het volgende: • De hostcomputer is ingeschakeld en rechtstreeks aangesloten op de printer. •...
Geef een lagere scanresolutie op Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram Lexmark Productivity Studio. Klik in het linkerdeelvenster van het welkomstvenster op Scannen. Klik op Aangepaste instellingen.
Selecteer een lagere scanresolutie. Klik op Start. Is het originele document juist op de glasplaat geplaatst? • Controleer of het originele document in de linkerbovenhoek van de glasplaat is geplaatst. • Plaats het item dat u wilt kopiëren met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. •...
ONTROLEER OF DE EXTERNE AFDRUKSERVER CORRECT WERKT Als de printer is aangesloten op een exteren afdrukserver, is er wellicht een probleem met deze afdrukserver. Controleer of het apparaat correct werkt en dat de printer is aangesloten op het netwerk. Slechte kwaliteit of verkeerde uitvoer Klik op het onderwerp waarmee het probleem het beste wordt beschreven •...
Kan niet afdrukken vanaf een Bluetooth-apparaat Probeer een of meer van de volgende oplossingen als u problemen ondervindt bij het afdrukken vanaf een Bluetooth-apparaat. ONTROLEER OF DE MODUS LUETOOTH EN DE MODUS OEKEN VOOR LUETOOTH ZIJN INGESCHAKELD OP DE PRINTER Druk herhaaldelijk op op het bedieningspaneel tot Instellen is gemarkeerd.
Problemen met vastgelopen en verkeerd ingevoerd papier oplossen Vastgelopen papier verwijderen en voorkomen U maakt als volgt de papierbaan vrij: Trek stevig aan het papier om het te verwijderen. Als u het papier niet kunt bereiken omdat het zich te diep in de printer bevindt, tilt u de scannereenheid op om de printer te openen.
Druk op om Soort te selecteren. Druk op om de juiste papiersoort te selecteren. U kunt de printer ook instellen op Automatisch, zodat de printer de papiersoort kan vaststellen. Druk op . Opmerking: Gebruik alleen normaal papier van het formaat Letter of A4 voor dubbelzijdig afdrukken. De printer kan niet dubbelzijdig afdrukken op enveloppen, wenskaarten of fotopapier.
Voer een van de volgende handelingen uit: • Windows Vista: klik op Configuratiescherm Printer (onder Hardware en geluid). • Windows XP: klik op Start Instellingen Printers of Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op de werkbalk op Afdruktaken weergeven. Problemen oplossen...
Klik op Printer om de keuzelijst weer te geven. • Controleer of de optie Afdrukken onderbreken is uitgeschakeld. • Als er geen vinkje wordt weergegeven naast Als standaardprinter instellen, moet u de juiste printer selecteren voor elk bestand dat u wilt afdrukken. Bannerpapier is vastgelopen Dit zijn mogelijke oplossingen.
Papier vastgelopen in de automatische documentinvoer (ADI) Pak de klep aan de linkerkant van de ADI vast en til de klep op. Pak het papier stevig vast en trek het voorzichtig uit de printer. Problemen oplossen...
Sluit de ADI. Druk op . Papier is vastgelopen in de duplexeenheid Druk de hendel van de duplexeenheid naar beneden terwijl u de duplexeenheid vastpakt. Trek de duplexeenheid naar buiten. Problemen oplossen...
Pak het papier stevig vast en trek het voorzichtig uit de printer. Druk de hendel van de duplexeenheid naar beneden terwijl u de duplexeenheid terug plaatst. Druk op . Verwijder of stop de afdruktaak op de computer en probeer de afdruktaak opnieuw te verzenden. Papier vastgelopen in lade 1 of optionele lade 2 Trek lade 1 volledig uit de printer of trek de optionele lade 2 volledig uit de basiseenheid.
Voor lade 2: Plaats de lade terug in de printer. Papier vastgelopen in de invoer voor klein materiaal Als u het vastgelopen papier kunt zien aan de voorkant en u een gedeelte van de envelop of fotokaart kunt vastpakken, verwijdert u het vastgelopen papier als volgt: Trek lade 1 ongeveer 5 cm (2 inch) uit de printer.
Trek de klep van de duplexeenheid naar buiten. Druk de knop op de achterste toegangsklep in. Laat de klep een beetje zakken. Pak de envelop of fotokaart goed vast en trek deze voorzichtig uit de lade. Sluit de achterste toegangsklep. Lijn de klep van de duplexeenheid uit en plaats deze terug.
ONTROLEREN HOE DE GEHEUGENKAART IS GEPLAATST Controleer of u de geheugenkaart in de juiste sleuf hebt geplaatst. Er gebeurt niets als de geheugenkaart is geplaatst Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: EHEUGENKAART VERWIJDEREN EN TERUGPLAATSEN IN DE PRINTER De geheugenkaart is mogelijk te langzaam geplaatst.
Kan geen documenten afdrukken vanaf een geheugenkaart of flashstation ONTROLEER HET TYPE BESTANDEN OP DE GEHEUGENKAART OF HET FLASHSTATION De printer herkent de volgende bestandstypen: • Bestanden met de volgende extensies: – .doc (Microsoft Word) – .xls (Microsoft Excel) – .ppt (Microsoft PowerPoint) –...
Scannereenheid sluit niet Til de scannereenheid op. Verwijder eventuele obstakels die de scannereenheid blokkeren. Laat de scannereenheid zakken. Slechte kopieerkwaliteit • • Lege pagina's Scheve lijnen • • Dambordpatroon Vlekken • • Vervormde afbeeldingen Strepen • • Ontbrekende tekens Onverwachte tekens •...
ONTROLEER DE KWALITEIT VAN HET ORIGINELE DOCUMENT Als u niet tevreden bent met de kwaliteit van het origineel, moet u een betere versie van het document of de afbeelding gebruiken. CANT U EEN ITEM OP GLOSSY OF FOTOPAPIER OF UIT EEN KRANT OF TIJDSCHRIFT Zie “Heldere afbeeldingen in tijdschriften of kranten scannen”...
• Windows XP: klik op Start Instellingen Printers of Printers en faxapparaten. Right-click the Lexmark 9500 Series icon. Klik op de werkbalk op Afdruktaken weergeven. Klik op Printer om de keuzelijst weer te geven. • Controleer of de optie Afdrukken onderbreken is uitgeschakeld.
EEF EEN LAGERE SCANRESOLUTIE OP Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. From the desktop, double-click the Productivity Studio icon. Klik in het welkomstvenster op Scannen. Klik op Aangepaste instellingen. Selecteer een lagere resolutie in de keuzelijst Scanresolutie. Klik op Start.
ONTROLEER HOE HET DOCUMENT IS GEPLAATST Zorg dat het document of de foto met de bedrukte zijde naar beneden in de rechterbenedenhoek van de glasplaat is geplaatst. Documenten of foto's worden slechts gedeeltelijk gescand Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: ONTROLEER HOE HET DOCUMENT IS GEPLAATST Zorg dat het document of de foto met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat of met de bedrukte zijde omhoog in de ADI is geplaatst.
Pagina 251
ONTROLEER DE WANDAANSLUITING VOOR TELEFOONS Sluit een telefoon aan op de wandaansluiting. Luister of u een kiestoon hoort. Als u geen kiestoon hoort, sluit u een andere telefoon aan op de wandaansluiting. Als u nog steeds geen kiestoon hoort, sluit u de telefoon aan op een andere wandaansluiting. Als u een kiestoon hoort, sluit u de printer aan op die wandaansluiting.
EBT U EEN VOICEMAILDIENST De voicemailfunctie die mogelijk wordt aangeboden via uw plaatselijke telefoonbedrijf, kan het verzenden en ontvangen van faxen verstoren. U kunt als volgt de voicemailfunctie en de printer gebruiken om gesprekken te beantwoorden: • Zie “Speciaal belsignaal instellen” op pagina 182. U kunt kiezen uit een aantal instellingen, waaronder Eén keer, Twee keer, Drie keer en Altijd.
Druk op tot Automatisch beantwoorden wordt weergegeven. Controleer of Aan is geselecteerd. Is dit niet het geval, dan drukt u op tot Aan wordt weergegeven. Druk op om de instelling op te slaan. ONTROLEER DE INKT Controleer de inktvoorraden en installeer zo nodig een nieuwe inktcartridge. ONTROLEER OF AX DOORSTUREN NIET IS GESELECTEERD Druk herhaaldelijk op...
Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Bellen en verzenden is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Voorv. kzn wordt weergegeven. Druk herhaaldelijk op tot Maken wordt weergegeven als u de instelling wilt wijzigen. Druk op . Geef het kiesvoorvoegsel op dat voorafgaand aan elk telefoonnummer moet worden gekozen. Druk op om de instelling op te slaan.
ONTROLEER DE CARTRIDGES Verwijder de inktcartridges uit de printer. Controleer of sticker en tape zijn verwijderd van de cartridge. Plaats de inktcartridges terug in de printer. Ontvangen fax heeft een slechte afdrukkwaliteit Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: EEM DE CONTROLELIJST VOOR DE VERZENDER DOOR •...
Opmerkingen: • Hoe lager de verzendsnelheid, des te langer het duurt om de fax te verzenden. • Met deze oplossing worden alle faxen met een lagere snelheid verzonden tot u de verzendsnelheid aanpast. Gegevens van nummerweergave worden niet weergegeven ATROON NUMMERWEERGAVE IS WELLICHT NIET CORRECT INGESTELD De printer ondersteunt twee soorten nummerweergave: Patroon 1 (FSK) en Patroon 2 (DTMF).
Opmerkingen: • 2400 bps is de laagste verzendsnelheid • Hoe lager de verzendsnelheid, des te langer het duurt om de fax af te drukken. • Met deze oplossing worden alle faxen met een lagere snelheid verzonden tot u de verzendsnelheid aanpast. Telefoonlijn bezet Dit zijn mogelijke oplossingen.
Fout met telefoonlijn Dit zijn mogelijke oorzaken en oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: ONTROLEER DE CONTROLELIJST VOOR DIGITALE TELEFOONDIENSTEN De faxmodem is een analoog apparaat. Bepaalde apparaten kunnen op de printer worden aangesloten zodat u digitale telefoondiensten kunt gebruiken. •...
Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Faxinstelling is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Bellen en verzenden is gemarkeerd. Druk op . Druk herhaaldelijk op tot Kiesmethode is gemarkeerd. Selecteer de kiesmethode. Druk op Papierfrmt niet onderst. Het faxapparaat van de ontvanger ondersteunt het formaat van het document dat u wilt faxen, niet.
Geen antwoord Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: EBRUIK DE CONTROLELIJST VOOR DE TELEFOONLIJN • Verzend de fax opnieuw. Mogelijk is de kwaliteit van de telefoonverbinding niet optimaal. • Bel het nummer waarnaar u de fax wilt verzenden om te controleren of het nummer werkt. ONTROLEER OF DE PRINTER DE KIESTOON HERKENT •...
Conversie mislukt ET TOEGEVOEGDE BESTAND KAN NIET WORDEN GELEZEN OF IS GEEN GELDIG BESTAND Controleer of het bestand: • zich in een toegankelijke map bevindt; • de juiste beveiligingsmachtigingen heeft en niet alleen-lezen is; • een geldig bestand is van het type dat wordt aangegeven door de bestandsextensie. ROGRAMMA S WORDEN NIET GEOPEND DOOR AXOPLOSSINGEN...
IEUW PAPIER GEBRUIKEN Plaats alleen normaal, ongemarkeerd papier in de printer als u de inktcartridge uitlijnt. De uitlijningsfout kan optreden omdat eventuele markeringen op gebruikt papier mogelijk worden gelezen door de printer. Cartridgefout (1102, 1203, 1204 of 120F) Verwijder de inktcartridges uit de inktcartridgehouders en sluit de deksels van de houders. Sluit de scannereenheid.
Verhelp houderstoring ERWIJDER EVENTUELE OBSTAKELS Til de scannereenheid op. Verwijder eventuele voorwerpen die de baan van de inktcartridgehouder blokkeren. Controleer of de deksels van de cartridgehouders zijn gesloten. Sluit de scannereenheid. Druk op . Klep geopend Controleer of de scannereenheid is gesloten. Fout 1104 Verwijder de inktcartridges uit de printer.
Als de fout: • niet opnieuw optreedt, is het probleem verholpen; • opnieuw optreedt, vervangt u de inktcartridge door een nieuwe cartridge en sluit u vervolgens het deksel van de cartridgehouder en de scannereenheid. Linkerinktcartridge is onjuist/Rechterinktcartridge is onjuist Verwijder de aangegeven inktcartridge uit de inktcartridgehouder en sluit het deksel van de houder. Sluit de scannereenheid.
Klik op Snelkeuzelijst en andere faxinstellingen aanpassen. Klik op de tab Bellen en verzenden. Selecteer Na bellen in het gedeelte Wanneer moet een document worden gescand van het gedeelte Verzendopties. Klik op OK. Verzend de fax opnieuw. Kan geen controlevel vinden Het document op de glasplaat is geen geldig controlevel.
Verwijder de camerakaart. De printer kan een digitale PictBridge-camera of een geheugenkaart lezen, maar niet beide tegelijkertijd. Verwijder zowel de digitale PictBridge-camera als de geheugenkaart. Sluit slechts één van deze twee weer aan. Sommige foto's zijn van de kaart verwijderd door de host Een aantal foto's op het fotocontrolevel is met de computer van de geheugenkaart verwijderd.
• Het controlevel is met de afdrukzijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat geplaatst. • Het papier ligt niet scheef. R ZIJN GEEN AFBEELDINGEN GESELECTEERD VOOR AFDRUKKEN Controleer of u afbeeldingen hebt geselecteerd voor afdrukken. R IS GEEN FOTO OF PAPIERFORMAAT GESELECTEERD Controleer of u een papierformaat of fotoformaat hebt geselecteerd.
Linker-/rechtercartridge ontbreekt Dit bericht geeft aan dat een van de benodigde cartridges ontbreekt. Installeer een inktcartridge. Communicatie is niet beschikbaar De printer en de computer lijken geen gegevens te kunnen uitwisselen. RIJGT DE PRINTER STROOM niet brandt, krijgt de printer misschien geen stroom. •...
• Windows XP en eerder: klik op Start. Click Programs or All Programs Lexmark 9500 Series. Klik op Printeroplossingen en vervolgens op de tab Contactgegevens. Niet-ondersteunde bestandstypen gevonden op de geheugenkaart De geheugenkaart die in de printer is geplaatst, bevat niet-ondersteunde bestandstypen. Plaats een geheugenkaart met ondersteunde bestandstypen.
Meerdere All-In-One-apparaten gevonden Er is vastgesteld dat er meerdere Lexmark printers rechtstreeks of via een netwerk zijn aangesloten op de computer. U kunt kiezen welke printer u wilt gebruiken: Selecteer de printer in de lijst. Klik op OK. Fout bij bestand afdrukken Als u de functie Bestanden afdrukken wilt gebruiken, moet de printer rechtstreeks met een USB-kabel zijn aangesloten op een computer en moeten de printer en de computer zijn ingeschakeld.
Geen TWAIN gevonden Een TWAIN-stuurprogramma wordt gebruikt voor de communicatie tussen apparaten voor beeldbewerking (bijvoorbeeld een scanner) en beeldbewerkingssoftware, zoals Faxoplossingen. Er is geen TWAIN-stuurprogramma gevonden op de computer. Verwijder de printersoftware en installeer deze opnieuw. TWAIN-stuurprogramma selecteren Er kunnen meerdere TWAIN-stuurprogramma's voor scannen zijn geïnstalleerd op de computer. Selecteer het TWAIN- stuurprogramma dat u wilt gebruiken in de lijst.
Voor technische ondersteuning van Lexmark gaat u naar support.lexmark.com. Voor informatie over supplies en downloads gaat u naar www.lexmark.com. Als u geen toegang hebt tot internet, kunt u ook per post contact opnemen met Lexmark: Lexmark International, Inc. Bldg 004-2/CSC...
Handelsmerken Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn gedeponeerde handelsmerken van Lexmark International, Inc. in de Verenigde Staten en/of andere landen. evercolor en PerfectFinish zijn handelsmerken van Lexmark International, Inc. TrueType is een handelsmerk van Apple Inc. Andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
Pagina 274
Alulírott, Lexmark International, Inc. nyilatkozom, hogy a termék megfelel a vonatkozó alapvetõ követelményeknek és az 1999/5/EC irányelv egyéb elõírásainak. Íslenska Hér með lýsir Lexmark International, Inc. yfir því að þessi vara er í samræmi við grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar eru í tilskipun 1999/5/EC. Italiano Con la presente Lexmark International, Inc.
Pagina 275
Bil-preżenti, Lexmark International, Inc., jiddikjara li dan il-prodott huwa konformi mal-ħtiġijiet essenzjali u ma dispożizzjonijiet oħrajn relevanti li jinsabu fid-Direttiva 1999/5/KE. Nederlands Hierbij verklaart Lexmark International, Inc. dat het toestel dit product in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Het product is aangesloten op een stopcontact, maar het apparaat is uitge- schakeld. De stroomverbruikniveaus in de vorige tabel zijn metingen op basis van tijdgemiddelden. Stroompieken kunnen aanzienlijk hoger zijn dan het gemiddelde. Waarden kunnen gewijzigd worden. Zie www.lexmark.com voor de huidige waarden. Kennisgevingen...
Pagina 277
—Is manufactured from new parts, or new and serviceable used parts, which perform like new parts —Is, during normal use, free from defects in material and workmanship If this product does not function as warranted during the warranty period, contact a Remarketer or Lexmark for repair or replacement (at Lexmark's option).
Pagina 278
To obtain warranty service you may be required to present proof of original purchase. You may be required to deliver your product to the Remarketer or Lexmark, or ship it prepaid and suitably packaged to a Lexmark designated location. You are responsible for loss of, or damage to, a product in transit to the Remarketer or the designated location.
LIABLE FOR ANY LOST PROFITS, LOST SAVINGS, INCIDENTAL DAMAGE, OR OTHER ECONOMIC OR CONSEQUENTIAL DAMAGES. This is true even if you advise Lexmark or a Remarketer of the possibility of such damages. Lexmark is not liable for any claim by you based on a third party claim.
Pagina 280
Als dergelijke bepalingen van toepassing zijn, beperkt Lexmark, voor zover Lexmark hiertoe in staat is, hierbij zijn aansprakelijkheid voor het schenden van deze bepalingen tot een van de volgende acties: vervanging van het Softwareprogramma of teruggave van het bedrag dat is betaald voor het Softwareprogramma.
Pagina 281
Voorbehoud van rechten. Het Softwareprogramma, inclusief alle lettertypen, is auteursrechtelijk beschermd en eigendom van Lexmark International, Inc. en/of zijn leveranciers. Alle rechten die niet expliciet worden verleend aan u in deze Licentieovereenkomst, zijn voorbehouden aan Lexmark. Freeware. Niettegenstaande de voorwaarden en bepalingen van deze Licentieovereenkomst, worden alle...
Pagina 282
BEPERKING VAN AANSPRAKELIJKHEID. Voor zover maximaal toegestaan onder de toepasselijke wetgeving, geldt voor elke claim die voortkomt uit de beperkte garantie van Lexmark, of voor enige andere claim met betrekking tot het onderwerp van deze Overeenkomst, dat de aansprakelijkheid van Lexmark en zijn leveranciers...
Pagina 283
'Ja' op deze pagina klikt of dit product gebruikt, u aangeeft in te stemmen met de voorwaarden en bepalingen van deze Licentieovereenkomst en dat u dat doet met de intentie een contract met Lexmark te 'ondertekenen'. VERMOGEN EN RECHT OM HET CONTRACT AAN TE GAAN. U verklaart dat u meerderjarig bent in het land of regio waar u deze Licentieovereenkomst aangaat en, indien van toepassing, dat u bent gemachtigd door uw werkgever of opdrachtgever om dit contract aan te gaan.
Verklarende woordenlijst voor netwerken ad-hocmodus Een instelling voor een draadloos apparaat waarmee het rechtstreeks kan communiceren met andere draadloze apparaten zonder een toegangspunt of router. ad-hocnetwerk Een draadloos netwerk dat geen toegangspunt gebruikt. AutoIP-adres Een IP-adres dat automatisch wordt toegewezen door een netwerkapparaat. Als het apparaat is ingesteld op DHCP, maar er geen DHCP-server beschikbaar is, kan er een AutoIP-adres worden toegewezen door het apparaat.
Pagina 285
Een apparaat waarmee computers of printers met elkaar kunnen communi- netwerkadapter/-kaart ceren via een netwerk. Een apparaat waarmee meerdere apparaten met elkaar verbonden kunnen netwerkhub worden op een bedraad netwerk. netwerknaam Zie “SSID (Service Set Identifier)” op pagina 285 persoonlijke naam van een printer De naam die u hebt toegewezen aan de printer zodat u en anderen deze kunnen herkennen op het netwerk.
Index enveloppen 101 documenten of foto's worden foto of geselecteerde foto's 132 slechts gedeeltelijk aan/uit-knop brandt niet 196 foto's afdrukken vanaf een afgedrukt 217 aangepast papierformaat, verwisselbaar opslagapparaat duplexeenheid werkt niet afdrukken 104 met de computer 137 goed 235 aangepast papierformaat, foto's met het controlevel 133 foto bevat krassen 217 plaatsen 82...
Pagina 287
191 fax ontvangen met 164 supplies 195 uitlijnen 191 Automatisch beantwoorden 163 beveiligingsgegevens 52 van Lexmark gebruiken 190 Automatisch oplossen met één klik beveiligingsmodus, zoeken 202 verwijderen 189 voor foto's 128 beveiligingssleutel, zoeken 202 Automatische documentinvoer...
Pagina 288
afdrukken van een geheugenkaart tijdens de installatie emissiekennisgevingen 273, 274, of flashstation 99 (Windows) 206 als bijlage toevoegen aan e- hulpprogramma voor draadloze enveloppen mail 158 configuratie uitvoeren 212 afdrukken 101 faxen met de software 177 netwerknaam controleren capaciteit voor lade 1 76 faxen met het (Windows) 210 plaatsen 76, 78...
Pagina 289
faxgroepen toevoegen aan printerstuurprogramma niet bewerken met het snelkeuze 182 geïnstalleerd 271 bedieningspaneel 125 faxnummer opgeven 159 FCC-kennisgevingen 273 bijsnijden 125 Faxoplossingen gebruiken 177 flashstation diavoorstelling weergeven op faxverbinding kiezen 29 aansluiten 118 display van groepsfax direct verzenden 159 bestanden afdrukken van 99 bedieningspaneel 139 groepsfax verzenden op een foto's afdrukken met de...
Pagina 290
fout 1205 263 niet-ondersteunde geen geldige fotobestanden fout 1206 263 bestandstypen gevonden op de gevonden 265 fout bij bestand afdrukken 270 geheugenkaart 269 geen TWAIN gevonden 271 fout bij pap. plaatsen 266 Ongeldig apparaat 270 gegevens vereist voor het fout linkercartridge 263 onvoldoende geheugen 269 installeren van de printer op een fout met controlevel 266...
Pagina 291
247 schoonvegen 191 standaardfabrieksinstellingen kopieerapparaat reageert niet 245 uitlijnen 191 herstellen 72 kopieerkwaliteit, aanpassen 144 van Lexmark gebruiken 190 invoer voor klein materiaal 22 kopieertaak verwijderen 189 gebruiken 83 annuleren 148 inktvoorraden lijken incorrect 218 ondersteunde papiersoorten 83 kopiëren 140...
Pagina 292
144 Lexmark Productivity Studio schakelen van USB-verbinding meerdere pagina's op één diavoorstelling maken en naar draadloze verbinding vel 147 weergeven 139 (Windows) 68 N per vel 147 LINE-poort 22 netwerk, problemen oplossen op beide zijden van het papier...
Pagina 293
papieruitvoerlade 22 Papier is op (foutbericht) 270 opstrijktransfers 82 PictBridge-poort 22 papier loopt nog steeds vast 238 papier in lade 1 73 scannereenheid 22 papier of speciaal papier wordt papier in lade 2 84 USB-poort 22 verkeerd ingevoerd 236 transparanten 81 Onderhoud (menu) 187 papier vastgelopen in de wenskaarten 81...
Pagina 294
printersoftware niet-ondersteunde problemen oplossen, afdrukken bijwerken 232 bestandstypen gevonden op de afbeeldingen of effen zwarte installeren 49 geheugenkaart 269 vlakken vertonen witte opnieuw installeren 200 onvoldoende geheugen lijnen 223 verwijderen 200 (foutbericht) 269 afdruk is te donker of printerstatus, controleren 224 oplossen, problemen met vlekkerig 221 probleem bij lzn geh.krt...
Pagina 295
faxen kunnen worden ontvangen, papierformaat/-soort niet kopieerapparaat reageert maar kunnen niet worden ondersteund (duplexfout) 235 niet 245 verzonden 253 papierlade verwijderd 266 scannereenheid sluit niet 246 faxen kunnen worden verzonden, PictBridge- slechte kopieerkwaliteit 246 maar kunnen niet worden communicatiefout 265 problemen oplossen, netwerk ontvangen 252 Printerstuurprogramma voor...
Pagina 296
rechterinktcartridge is onjuist 264 kwaliteit van gescande afbeelding Standaardafdrukinst. reinigen is slecht 249 (PictBridge),menu 120 buitenkant van de printer 194 scan is mislukt 248 standaardfabrieksinstellingen reinigen, spuitopeningen van scannen duurt te lang of de interne afdrukserver opnieuw inktcartridge 191 computer loopt vast tijdens het instellen 72 RJ11-adapter gebruiken 36 scannen 248...
Pagina 297
gebruiken met papier vastgelopen in lade 1 of voorblad Faxconfiguratieprogramma 183 lade 2 241 gebruikersgegevens gebruiken met functie Kiezen met printer voert geen papier, wijzigen 186 hoorn op haak 161 enveloppen of speciaal papier voorblad voor fax gebruiken tijdens het in 237 gegevens wijzigen 186 telefoneren 161...
Pagina 298
uitleg van kleuren 63 Wi--Fi-aanduiding brandt nog steeds oranje 204 Wi--Fi-aanduiding knippert oranje (Windows) 205 wijzigen tijdelijke bestanden, voorkeuren 124 wijzigen, gammawaarde van een foto of afbeelding 130 wijzigen, overdrachtsinstellingen 125 wijzigen, scaninstellingen 156 wijzigen, voorkeuren van het e- mailvenster 158 wijzigen, voorkeuren voor bibliotheek 124 wijzigen, voorkeuren voor...