4
Lijn de randen van de interne, draadloze afdrukserver uit met de gleuven aan de linker- en rechterkant. Schuif
de draadloze afdrukserver vervolgens in de printer tot deze vastklikt.
5
Richt de antenne naar boven.
6
Plak het etiket met het MAC-adres op de achterzijde van de printer. U hebt dit adres later nodig wanneer u de
printer aansluit op het netwerk.
U kunt nu de interne, draadloze afdrukserver configureren voor gebruik op uw draadloze netwerk.
Printer op het netwerk aansluiten
17