Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verplaats De Computer En/Of Printer Dichter Naar Het Draadloze Toegangspunt - Lexmark 6500 All-In-One Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 6500 All-In-One Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

3
Klik op de werkbalk op AirPort.
De SSID van het netwerk waarmee de computer is verbonden, wordt weergegeven in het voorgrondmenu
Netwerk.
4
Noteer de SSID.
Als er andere computers of bronnen zijn verbonden met het draadloze netwerk, controleert u of u toegang hebt
vanaf uw computer.

Verplaats de computer en/of printer dichter naar het draadloze toegangspunt

Hoewel de mogelijke afstand tussen apparaten in 802.11b- of 802.11g-netwerken 90 meter is, is het effectieve bereik
voor optimale prestaties meestal 30 - 46 meter.
Probeer de printer opnieuw in te stellen door de assistent voor draadloze configuratie opnieuw uit te voeren.
Controleer of de printer zich in hetzelfde draadloze netwerk bevindt als de computer
De SSID van de printer moet overeenkomen met de SSID van het draadloze netwerk.
Als u de SSID van het netwerk niet weet, voert u de volgende procedure uit om deze te verkrijgen voordat u de
assistent voor draadloze configuratie weer uitvoert om de printer opnieuw te installeren.
1
Geef het IP-adres van uw draadloze toegangspunt (draadloze router) op in de adresbalk van uw browser.
Als u het IP-adres van het draadloze toegangspunt (draadloze router) niet weet:
a
Klik op Apple-menu
b
Klik op Netwerk.
c
Selecteer AirPort in het voorgrondmenu Toon.
d
Klik op TCP/IP.
Het item Router geeft gewoonlijk het draadloze toegangspunt (draadloze router) aan.
2
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op als dit wordt gevraagd.
3
Klik op OK.
4
Klik op de hoofdpagina op Draadloos of een andere optie waar de instellingen worden opgeslagen. De SSID
wordt weergegeven.
5
Noteer de SSID, het beveiligingstype en de beveiligingssleutels, als deze worden weergegeven.
Opmerkingen:
Noteer de gegevens nauwkeurig, inclusief eventuele hoofdletters.
Bewaar de SSID en de beveiligingssleutels op een veilige plaats, zodat u deze in de toekomst weer kunt
gebruiken.
Controleer de beveiligingssleutels
Een beveiligingssleutel is gelijk aan een wachtwoord. Alle apparaten op hetzelfde netwerk beschikken over dezelfde
beveiligingssleutel.
Als u WPA-beveiliging gebruikt, moet u de juiste code invoeren. Beveiligingssleutels zijn hoofdlettergevoelig.
Als u WEP-beveiliging gebruikt, moet u de sleutel invoeren als een serie tekens (0-9) en letters (A-F).
Opmerking: raadpleeg de documentatie van het draadloze netwerk of neem contact op met de persoon die het
draadloze netwerk heeft opgezet als u niet beschikt over deze gegevens.
Systeemvoorkeuren.
Problemen oplossen
163

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave