Een schuine beeldopname maken voor de volwassene en
pediatrische patiënt
Voordat u een opname maakt, dient u te controleren of u:
•
het patiëntendossier heeft geselecteerd;
•
de CS Imaging Software heeft openstaan.
•
de Interface voor cefalometrische beeldvorming heeft openstaan.
Het apparaat voorbereiden en de opnameparameters instellen
Doe het volgende om de opnameparameters vooraf in te stellen:
Plaats de hoofdklemmen handmatig voor het schuine onderzoek.
1
De optie voor het schuine onderzoek wordt actief.
Belangrijk: U moet de hoofdklemmen handmatig plaatsen, omdat ze
niet automatisch kunnen worden geplaatst vanuit de onderzoeksopties
in het Programmavenster. Wanneer u de hoofdklemmen handmatig
plaatst, wordt het pictogram van het betreffende onderzoek actief.
Selecteer in de cefalometrische verwervingsinterface de juiste optie voor FoV (beeldweergave).
2
Klik op de Patiënt-knop voor toegang tot het Patiënt-venster.
3
Selecteer het type patiënt:
•
Kind
•
Volwassene: klein, normaal, groot
38
Hoofdstuk 6 Beeldopnames maken met de cefalometrische modaliteit