Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als het apparaat achter een meubeldeur is ingebouwd, mag de deur
niet worden gesloten als u het apparaat gebruikt. Laat de deur open als
het apparaat in gebruik is. Achter een gesloten deur worden warmte en
vocht opgehoopt. Hierdoor kunnen het apparaat en de kast beschadigd
raken. Sluit de deur pas als het apparaat volledig is afgekoeld.
Dit apparaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een
boot) worden gebruikt.
Veilig gebruik
Zorg dat voedsel altijd voldoende wordt verhit.
De tijd die daarvoor nodig is, hangt af van verschillende factoren, zo-
als de temperatuur van het gerecht op het moment dat het in de
magnetron wordt gezet, de hoeveelheid, het soort voedsel, de kwali-
teit ervan en mogelijke wijzigingen in het recept.
Eventuele bacteriën in het eten worden alleen gedood als de tempe-
ratuur hoog genoeg is (> 70 °C) en lang genoeg wordt aangehouden
(> 10 min.). Als u twijfelt of het gerecht voldoende is verwarmd, ver-
leng de bereidingstijd dan nog iets.
Het is belangrijk dat de temperatuur in het gerecht gelijkmatig
wordt verdeeld en hoog genoeg is.
Roer het gerecht daarom regelmatig door of keer het. Let bij ont-
dooien, verwarmen en koken op de aangegeven doorwarmtijden. De
doorwarmtijd is de tijd waarin de warmte zich gelijkmatig verdeelt.
Houd bij ontdooien, verwarmen of koken met de magnetron reke-
ning met het feit dat de bereidingstijden vaak veel korter zijn dan op
een kookplaat of in een gewone oven.
Als gerechten te lang in de magnetron staan, drogen ze uit en kun-
nen ze zelfs in brand vliegen. Brandgevaar! Gevaar voor brand be-
staat ook als u bijvoorbeeld brood, bloemen, kruiden en dergelijke in
de magnetron droogt. Droog dergelijke producten daarom niet in de
magnetron!
8