Het hoofdstuk verstrekt aanwijzingen over de goede en correcte totstandkoming van het rookkanaal maar dient in geen geval als
vervanging van de van kracht zijnde normen te gelden, die in het bezit van de gekwalificeerde fabrikant moeten zijn. Controleer
bij de plaatselijke overheid of er beperkende normen zijn die betrekking hebben op de inlaat van de verbrandingslucht, de roo-
kafvoerinstallatie, het rookkanaal of de schoorsteenpot.
De firma stelt zich op generlei wijze aansprakelijk voor de slechte werking van de kachel als die te wijten is aan het gebruik van
een rookkanaal met verkeerde afmetingen dat niet aan de van kracht zijnde normen voldoet.
3.6
ROOKKANAAL
Het rookkanaal of de schoorsteen is bijzonder belangrijk voor de correcte werking van een verwarmingsapparaat met vaste bran-
dstof en gedwongen trek, gezien de moderne verwarmingstoestellen een hoog rendement hebben met koudere rook en bijgevolg
minder trek. Het is dus van essentieel belang dat de het rookkanaal gebouwd is volgens de regels van de kunst en altijd perfect
efficiënt is. Een rookkanaal van een apparaat op pellets/hout moet minstens van de categorie T400 (of hoger zijn als het apparaat
dit vereist) zijn en bestand zijn tegen vuur en roet. De rookafvoer moet plaatsvinden via een enkel rookkanaal met buizen in geïso-
leerd staal (A) of een bestaand rookkanaal en conform het voorzien gebruik (B).
Een eenvoudige tussenruimte in cement moet correct van een buis voorzien worden. Beide oplossingen voorzien in een inspectie-
dop (AT) en/of inspectiedeurtje (AP) - FIG.1.
Het is verboden om meer pellet-/houtkachels of ongeacht welk ander type apparaat (afzuigkappen) op hetzelfde rookkanaal aan
te sluiten.
(*) tenzij er nationale voorschriften in afwijking hierop bestaan (vb. in Duitsland), die in bepaalde condities toelaten meer dan één
apparaat aan te sluiten op dezelfde schoorsteen; in elk geval moeten de voorschriften van het product/de installatie bepaald door de
relatieve normen/wetgevingen van kracht in dat land strikt nageleefd worden
3.7
TECHNISCHE KENMERKEN
Laat de efficiëntie van het rookkanaal nakijken door een gekwalificeerd technicus.
Het rookkanaal moet rookdicht zijn. Het moet een verticaal verloop hebben, zonder knikken, en moet van materialen gemaakt
zijn die ondoordringbaar zijn voor rook en condens, die thermisch geïsoleerd zijn en geschikt zijn om door de tijd heen bestand te
zijn tegen normale mechanische belastingen (men raadt aan schoorstenen in A/316 of vuurvast met dubbele geïsoleerde kamer
met ronde doorsnede). Het rookkanaal moet extern geïsoleerd zijn ter vermijding van condensvorming en moet het effect van
koeling van de rookgassen verlagen. Het moet zich door middel van een luchtbuffer of isolatiemateriaal op afstand van brandbare
of gemakkelijk ontvlambare materialen bevinden: controleer de afstand aangegeven door de producent van de schoorsteen vol-
gens EN1443. De opening van de schoorsteen moet zich in dezelfde ruimte bevinden waarin het apparaat geïnstalleerd is, of op
zijn minst in de aangrenzende ruimte. Onder de opening moet een opvangruimte voor roet en condens aanwezig zijn, die via het
metalen, hermetisch gesloten deurtje toegankelijk is.
IDRO PRINCE
12-16-23-23 H
O - IDRO PRINCE 30-30 H
3
2
AT
(A)
Fig. 3 - Rookkanaal
O - AQUOS
16-23-23 H
O - IDRON 16-22 AIRTIGHT - MIRA 16-22 - TESIS 16-23 AIRTIGHT - HIDROFIRE 22.8
2
3
2
AP
(B)
11