5.2.5.3
Vlambooglengte
Zo nodig kan de vlambooglengte (lasspanning) voor de individuele lasopdracht van -5 V tot +5 V worden
gecorrigeerd.
De basisinstellingen zijn hiermee afgerond. Overige lasparameters zijn af fabriek optimaal ingesteld,
kunnen echter aan de individuele vereisten worden aangepast.
5.2.6
Overige lasparameters
•
Voorinstelling: Een MIG/MAG-JOB selecteren > zie hoofdstuk 5.2.4.
Display
099-005546-EW505
2.11.2022
2s
Instelling / selecteren
Gasvoorstroomtijd
Draadterugbrandcorrectie
Afbeelding 5-17
Afbeelding 5-18
Opbouw en functie
MIG/MAG-lassen
2s
35