4.
Selecteer een van de snelkoppelingen. Klik op
de knop OK om het dialoogvenster
Documenteigenschappen te sluiten.
OPMERKING:
snelkoppeling selecteert, worden de
bijbehorende instellingen op de overige
tabbladen in de printerdriver gewijzigd.
5.
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de
knop OK om de taak af te drukken.
Een afdruksnelkoppeling maken (Windows)
1.
Selecteer de afdrukoptie vanuit het
programma.
2.
Selecteer het apparaat en klik vervolgens op
de knop Eigenschappen of Voorkeuren.
NLWW
Wanneer u een
Afdruktaken (Windows)
75