Overhandse steken
Te gebruiken voor het begin en eind van zomen van rokken of broeken en het begin en eind van alle
geknipte stukken. Afhankelijk van de overhandse steek die u selecteert, gebruikt u persvoet "G", persvoet
"J" of de zijsnijder.
■ Overhandse steken met persvoet "G"
Steek
Steeknaam
Overhandse steek
Overhandse steek
Overhandse steek
a
Kies een steek en bevestig persvoet "G".
b
Zet de persvoet zo omlaag dat de persvoet-
geleider precies tegen de rand van de stof
komt.
Persvoet
Toepassingen
Versteviging van lichte en mid-
delzware stof
Versteviging van zware stof
Verstevigd naaien van middel-
zware en zware stof en stof die
snel rafelt of decoratief naai-
werk.
Steekbreedte
[mm (inch)]
Autom. Handmatig Autom. Handmatig
3,5
2,5 - 5,0
(1/8)
(3/32 - 3/16)
5,0
2,5 - 5,0
(3/16)
(3/32 - 3/16)
5,0
3,5 - 5,0
(3/16)
(1/8 - 3/16)
c
Naai langs de persvoetgeleider.
a Geleider
VOORZICHTIG
• Na het instellen van de steekbreedte draait u
het handwiel handmatig naar u toe om te
controleren of de naald de persvoet niet raakt.
Als de naald de persvoet raakt, kan de naald
breken en letsel veroorzaken.
a
a De naald mag de persvoet niet raken.
• Als de persvoet in de hoogste stand staat, raakt
de naald de persvoet mogelijk.
NAAISTEKEN NAAIEN
Steeklengte
Tweeling-
[mm (inch)]
naald
2,0
1,0 - 4,0
NEE
(1/16)
(1/16 - 3/16)
2,5
1,0 - 4,0
NEE
(3/32)
(1/16 - 3/16)
2,5
1,0 - 4,0
NEE
(3/32)
(1/16 - 3/16)
a
G
3
63