Pagina 2
SiteLink, Edge, SonoCalc, SonoHD2, SonoMB, Steep Needle Profiling, SonoSite en het SonoSite-logo zijn gedeponeerde en niet-gedeponeerde handelsmerken van FUJIFILM SonoSite, Inc. in verschillende jurisdicties. DICOM is een gedeponeerd handelsmerk van de National Electrical Manufacturers Association.
Inhoud Hoofdstuk 1: Introductie Informatie over de gebruikershandleiding van de SonoSite Edge II ..1 Conventies in het document ................1 Help ........................... 2 Hoofdstuk 2: Aan de slag Informatie over het systeem ..................3 Beoogd gebruik ......................3 Hardwarefuncties ......................6 Systeem voorbereiden ....................
Pagina 4
Instellingen voor presets ..................37 Instellingen voor systeeminformatie ..............38 Instellingen voor USB-apparaten ................38 Beperkingen van JPEG-indeling ..............39 Beeldviewer eFilm Lite ..................40 Hoofdstuk 4: Beeldvorming Beeldvormingsmodi ....................41 2Dbeeldvorming ....................41 M Modebeeldvorming ..................43 CPD- en kleur-Doppler-beeldvorming ............44 PW en CW Doppler-beeldvorming ..............46 Diepte en versterking aanpassen ................49 Stilzetten, frames bekijken en inzoomen ............50 Naald visualiseren ......................51 Informatie over Steep Needle Profiling-technologie ......51...
Pagina 5
Berekeningen voor kleine lichaamsdelen en spieren en botten ......................110 Berekeningen in transcraniale Doppler en orbitale berekeningen ....................112 Vasculaire berekeningen ................115 Patiëntrapport ......................117 Vasculaire en cardiale patiëntrapporten ..........118 TCD-patiëntrapport ..................118 Verloskundig patiëntrapport ............... 119 EMED- en MSK-werkbladen ................. 120 Hoofdstuk 6: Achtergrondinformatie metingen Meetnauwkeurigheid ....................
Andere accessoires en apparatuur van andere fabrikanten hebben hun eigen instructies en beperkingen. De SonoSite Edge II Gebruikershandleiding ultrasoon systeem is bedoeld voor een gebruiker die bekend is met ultrageluid. Deze biedt geen training in sonografie, ultrageluid of klinische praktijken. Voordat u het systeem gaat gebruiken, moet u een dergelijke training voltooien.
Hoofdstuk 2: Aan de slag Gebruik deze sectie om uzelf vertrouwd te maken met het SonoSite Edge II ultrasone systeem en het gebruik hiervan. Informatie over het systeem De SonoSite Edge II is een draagbaar, door software bestuurd apparaat dat gebruikmaakt van een volledig digitale architectuur.
U kunt het elektrocardiogram (ECG) van de patiënt verkrijgen. De ECG wordt gebruikt voor de timing van cardiale gebeurtenissen. WAARSCHUWING De ECG wordt niet gebruikt om cardiale aritmieën te diagnosticeren en is niet ontworpen voor bewaking van hartritmes op de lange termijn. Beeldvormingstoepassingen voor gynaecologie en onvruchtbaarheid U kunt de baarmoeder, eierstokken, adnexa en omliggende anatomische structuren transabdominaal of transvaginaal controleren op de aanwezigheid of afwezigheid van pathologieën.
Opmerking Raadpleeg “Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer” op pagina 56 voor de beoogde transducer en beeldvormingsmodi voor elk onderzoekstype. Contra-indicaties Voor het SonoSite Edge II ultrasone systeem zijn geen contra-indicaties bekend. Beoogd gebruik...
Hardwarefuncties De voorzijde van het systeem wordt weergegeven in Afbeelding 2-1 Afbeelding 2-1 Voorzijde van het SonoSite Edge II ultrasone systeem Bedieningspaneel USB-poorten Wisselstroomindicator Handgreep Display De achterzijde van het systeem wordt weergegeven in Afbeelding 2-2 Afbeelding 2-2 Achterzijde van het SonoSite Edge II ultrasone systeem...
Basisstappen voor gebruik 1 Sluit een transducer aan. 2 Schakel het systeem in. Raadpleeg “Bedieningselementen van het systeem” op pagina 13 voor de locatie van de aan/uit-knop. 3 Druk op de knop PATIENT (Patiënt) en vul het patiëntinformatieformulier in. 4 Druk op een beeldvormingsmodustoets: ...
Pagina 14
3 Plaats de accu onder een lichte hoek in het accucompartiment. 4 Schuif de accu naar voren totdat deze op zijn plaats klikt. 5 Schuif de twee vergrendelingshendels naar buiten om de accu vast te zetten. De accu verwijderen 1 Koppel de voedingsbron los van het ultrasone systeem. 2 Verwijder het systeem van de minidock (indien aanwezig) en zet het systeem ondersteboven.
Wisselstroom gebruiken en de accu opladen Als u wisselstroom gebruikt, dient u het systeem zodanig te plaatsen dat het eenvoudig kan worden losgekoppeld. Let op Als u wisselstroom gebruikt, dient u het systeem zodanig te plaatsen dat het eenvoudig kan worden losgekoppeld. De accu wordt opgeladen als het systeem op wisselstroom is aangesloten.
Let op Gebruik het systeem niet als er een foutmelding op het display verschijnt. Noteer de foutcode en schakel het systeem uit. Neem contact op met FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger. Het systeem in- of uitschakelen Druk op de aan/uit-knop. Raadpleeg “Bedieningselementen van het systeem”...
Pagina 17
2 Trek de transducervergrendeling omhoog en draai deze rechtsom. Lijn de transducerconnector uit met de connector op de onderzijde van het systeem. 3 Plaats de transducerconnector in de systeemconnector. 4 Draai de vergrendeling linksom. 5 Duw de vergrendeling omlaag en zet de transducerconnector vast in het systeem. Een transducer verwijderen 1 Trek de transducervergrendeling omhoog.
USB-opslagapparaten plaatsen en verwijderen U kunt een USB-opslagapparaat gebruiken om verschillende logbestanden en configuraties van instellingen te importeren en exporteren en om beelden en clips te archiveren. Opmerking USB-opslagapparaten moeten een FAT-32-indeling hebben. Beelden en clips worden in de interne opslag opgeslagen en zijn geordend in een sorteerbare patiëntlijst. U kunt beelden en clips vanaf het ultrasone systeem op een pc archiveren met behulp van een USB-opslagapparaat of een Ethernet-verbinding.
Bedieningselementen van het systeem NEAR SELECT SAVE CALC UPDATE PROGRAM ZOOM CALIPER CLIP DOPPLER COLOR GAIN MODE CALC SAVE FREEZE DEPTH AUTO Tabel 2-1: Overzicht toetsenbord Bedieningstoetsen Hiermee kunt u bedieningselementen op het scherm aanpassen. Alfanumerieke Hiermee kunt u tekst en cijfers invoeren. toetsen Toetsen voor Raadpleeg...
Pagina 20
Tabel 2-1: Overzicht toetsenbord (vervolg) AUTO (Auto) Hiermee wordt de versterking automatisch aangepast. Hiermee wordt het beeld 100% vergroot. ZOOM (Inzoomen) DEPTH (Diepte) Hiermee wordt de beeldvormingsdiepte verkleind of vergroot. OMHOOG, DEPTH (Diepte) OMLAAG SET (Instellen) Hiermee kan een tracemeting worden ingesteld. CALIPER (Passer) Hiermee worden passers voor het meten op het scherm weergegeven.
Tabel 2-1: Overzicht toetsenbord (vervolg) Formulieren PATIENT (Patiënt) Hiermee wordt de patiëntinformatie geopend. EXAM (Onderzoek) Hiermee wordt het onderzoeksmenu geopend. REVIEW (Bekijken) Hiermee worden de patiëntlijst, opgeslagen beelden en archiveringsfuncties geopend. REPORT (Rapport) Hiermee worden het patiëntrapport en de EMED-werkbladen geopend. Aan/uit-knop Hiermee wordt het systeem in- of uitgeschakeld.
Tabel 2-2: Overzicht scherm (vervolg) Pictograaf Pictograaf die de positie van anatomie en de transducer aangeeft. U kunt de locatie voor anatomie en het scherm selecteren. Berekeningsmenu Bevat alle metingen. Beeld Ultrasoon beeld. Gedeelte voor Huidige gegevens over metingen en berekeningen. metings- en bereke- ningsgegevens Bedieningselementen...
Bedieningselementen op het scherm Met de bedieningselementen op het scherm kunt u aanpassingen maken en instellingen selecteren. De beschikbare bedieningselementen zijn afhankelijk van de context. Elk bedieningselement kan worden ingesteld met het paar toetsen eronder. De toetsen werken op een van de volgende vier manieren, afhankelijk van het bedieningselement: Bladeren Hiermee wordt er continu door een lijst instellingen gebladerd.
Aantekeningen en tekst Alfanumeriek toetsenbord Tabel 2-3: Overzicht alfanumeriek toetsenbord Hiermee wordt de cursor tussen velden in de formulieren verplaatst en kunt u tussen tekstposities wisselen in de dubbele schermen. CAPS lock Hiermee kunt u de hoofdletters van het toetsenbord activeren. SHIFT Hiermee kunnen hoofdletters en internationale tekens worden ingevoerd.
Symbolen U kunt symbolen en speciale tekens in bepaalde velden en formulieren invoeren. De beschikbare symbolen en speciale tekens zijn afhankelijk van de context. Patiëntinformatieformulier: Last (Achternaam), First (Voornaam), Middle (Tweede naam) Patient ID (Patiënt-ID) Accession (Volgnummer) Indications (Indicaties) Procedure ID (Procedure-ID) User (Gebruiker) Reading Dr.
Let ops schade aan de transducer te voorkomen. Als u andere gels gebruikt dan de gels die zijn aanbevolen door FUJIFILM SonoSite, kan dit de transducer beschadigen en de garantie teniet doen. Neem contact op met FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger als u vragen hebt over de compatibiliteit van gels.
Pagina 27
Breng voor invasief gebruik een transducerhuls aan. FUJIFILM SonoSite raadt u aan voor verkoop vrijgegeven transducerhulzen voor intracavitaire toepassingen te gebruiken. Breng de huls alleen aan wanneer u gereed bent om de procedure uit te voeren om het risico op besmetting te verminderen.
Hoofdstuk 3: Systeem instellen Met de pagina's voor systeeminstellingen kunt u het systeem aanpassen en voorkeuren instellen. Instellingenpagina's weergeven Een instellingenpagina weergeven 1 Druk op de toets SETTINGS (Instellingen). 2 Selecteer de instellingenpagina onder Setup Pages (Instellingenpagina's). Selecteer Done (Gereed) op het scherm om terug te keren naar beeldvorming vanuit een instellingenpagina. Standaardinstellingen herstellen Standaardinstellingen van een instellingenpagina herstellen ...
1 Voer op de instellingenpagina Administration (Beheer) Administrator (Beheerder) in het vak Name (Naam) in. 2 Voer het beheerderswachtwoord in het vak Password (Wachtwoord) in. a Als u geen beheerderswachtwoord hebt, neemt u contact op met FUJIFILM SonoSite. Raadpleeg “Help”...
Pagina 31
Afmelden als beheerder Schakel het systeem uit of start het systeem opnieuw op. Aanmelden gebruikers verplicht stellen U kunt het systeem zo instellen dat bij het opstarten het scherm Aanmelden gebruiker wordt weergegeven. 1 Meld u aan als Administrator (Beheerder). 2 Selecteer On (Aan) in de lijst User Login (Aanmelden gebruiker).
Instellingen voor gebruikers Een nieuwe gebruiker toevoegen 1 Meld u aan als Administrator (Beheerder). 2 Selecteer New (Nieuw). 3 Onder User Information (Gebruikersinformatie) vult u de vakken Name (Naam), Password (Wachtwoord) en Confirm (Bevestigen) in. Raadpleeg “Een veilig wachtwoord kiezen” op pagina 29.
Gebruikersaccounts exporteren of importeren Met de opdrachten exporteren en importeren kunt u meerdere systemen configureren en een back-up maken van gebruikersaccountinformatie. Gebruikersaccounts exporteren 1 Plaats een USB-opslagapparaat. 2 Meld u aan als Administrator (Beheerder). 3 Selecteer Export (Exporteren) op het scherm. Er wordt een lijst met beschikbare USB-apparaten weergegeven.
Gebeurtenislogbestand exporteren Het gebeurtenislogbestand en het logbestand van het DICOM-netwerk hebben dezelfde bestandsnaam (log.txt). Als u een van deze bestanden naar een USB-opslagapparaat exporteert, wordt een bestaand log.text-bestand overschreven. 1 Plaats een USB-opslagapparaat. 2 Selecteer Log (Logbestand) en vervolgens Export (Exporteren) op het scherm. Er wordt een lijst met USB-apparaten weergegeven.
Uw wachtwoord wijzigen 1 Schakel het systeem in. 2 Selecteer Password (Wachtwoord) in het scherm User Login (Aanmelden gebruiker). 3 Voer uw oude en nieuwe wachtwoord in, bevestig het nieuwe wachtwoord en selecteer vervolgens OK. Een veilig wachtwoord kiezen Om veiligheidsredenen dient u een wachtwoord te kiezen met hoofdletters (A-Z), kleine letters (a-z) en getallen (0-9).
Bewaren van tekst bij opnieuw activeren opgeven U kunt opgeven welke tekst u wilt bewaren wanneer u een beeld opnieuw activeert of de beeldvormingsindeling wijzigt. Selecteer in de lijst Unfreeze (Opnieuw activeren) op de instellingenpagina Annotations (Aantekeningen) Keep All Text (Alle tekst bewaren), Keep Home Text (Begintekst bewaren) of Clear All Text (Alle tekst wissen).
Instellingen voor cardiale berekeningen Op de instellingenpagina Cardiac Calculations (Cardiale berekeningen) kunt u de namen opgeven voor metingen die worden weergegeven in het berekeningsmenu voor Tissue Doppler Imaging (TDI) en op de rapportpagina. Raadpleeg “Cardiale berekeningen” op pagina 89. Namen voor cardiale metingen opgeven ...
Instellingen voor datum en tijd Op de instellingenpagina Date and Time (Datum en tijd) kunt u de datum en tijd instellen en synchronisatie met een klok op een server inschakelen (tijdserver). Datum en tijd instellen WAARSCHUWING Een juiste datum en tijd zijn cruciaal voor het verkrijgen van juiste verloskundige berekeningen.
Instellingen voor netwerkstatus Op de instellingenpagina Network Status (Netwerkstatus) wordt informatie weergegeven over: System IP address (het IP-adres van het systeem) Location (de locatie) Ethernet MAC address (het Ethernet MAC-adres) The wireless connection (de draadloze verbinding) (indien aanwezig) Instellingen voor verloskundige berekeningen Op de instellingenpagina OB Calculations (Verloskundige berekeningen) kunt u auteurs voor de verloskundige berekeningstabellen selecteren.
Verloskundige berekeningstabellen importeren Tabellen die u importeert, worden aan de bestaande tabellen op het systeem toegevoegd. 1 Plaats het USB-opslagapparaat dat de tabellen bevat. 2 Selecteer Import (Importeren) op de instellingenpagina OB Calculations (Verloskundige berekeningen) op het scherm. 3 Selecteer het USB-opslagapparaat en selecteer vervolgens Import (Importeren). 4 Selecteer OK in het dialoogvenster dat wordt weergegeven.
Instellingen voor aangepaste verloskundige tabellen Op de instellingenpagina's OB Custom Tables (Aangepaste verloskundige tabellen) kunt u groeitabellen aanpassen die in het berekeningsmenu en het patiëntrapport worden weergegeven. Metingen tabel zwangerschapsleeftijd Het systeem biedt zwangerschapsleeftijdsmetingen van bepaalde auteurs voor: GS CRL BPD OFD HC...
Pagina 42
Nieuwe aangepaste verloskundige tabel maken U kunt twee aangepaste tabellen maken voor elke verloskundige meting. 1 Selecteer Tables (Tabellen) op het scherm op de instellingenpagina OB Calculations (Verloskundige berekeningen) of OB Custom Measurements (Aangepaste verloskundige metingen). 2 Selecteer de gewenste tabel (Gestational Age [Zwangerschapsleeftijd] of Growth Analysis [Groeianalyse]).
Instellingen voor presets De instellingenpagina Presets bevat instellingen voor algemene voorkeuren. Selecteer een optie uit de volgende lijsten: Doppler Scale (Doppler-schaal). Selecteer cm/s of kHz. Duplex. De indeling voor het weergeven van de M Modetrace en spectrale Doppler-trace: 1/3 2D, 2/3 Trace (1/3 2D, 2/3 trace) 1/2 2D, 1/2 Trace (1/2 2D, 1/2 trace) Full 2D, Full Trace (Volledige 2D, volledige trace) Live Trace (Livetrace).
2 Selecteer een exporttype onder USB Export: Met SiteLink worden bestanden in een SiteLink-mappenstructuur georganiseerd. Clips worden als H. 264-video geëxporteerd en als MP4-bestanden opgeslagen. FUJIFILM SonoSite raadt aan QuickTime 7.0 of later te gebruiken om de clips te bekijken.
1 Selecteer Export (Exporteren) op de instellingenpagina USB Devices (USB-apparaten). 2 Onder USB Export (USB-export) selecteert u het vakje AutoExport (Automatisch exporteren). Privétags opnemen Als u het DICOM-exporttype en een softwareproduct van FUJIFILM SonoSite gebruikt, kunt u privétags aan beelden toevoegen. ...
Beeldviewer eFilm Lite U kunt een exemplaar van de beeldviewer eFilm Lite opnemen bij onderzoeken die u exporteert naar een USB-stick in DICOM-indeling. Met eFilm Lite kunt u DICOM-geformatteerde beelden bekijken op een Windows-computer. Opmerking eFilm Lite is een gelicentieerde functie. Beeldviewer eFilm Lite starten na het exporteren van onderzoeken 1 Sluit de USB-stick op uw computer aan.
Hoofdstuk 4: Beeldvorming Beeldvormingsmodi Het systeem heeft een scherm voor hoge prestaties en geavanceerde technologie voor beeldoptimalisatie waardoor de gebruikersbedieningselementen worden vereenvoudigd. De beschikbare beeldvormingsmodi zijn afhankelijk van de transducer en het onderzoekstype. Raadpleeg “Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer” op pagina 56.
Pagina 48
Tabel 4-1: 2D-bedieningselementen op het scherm (vervolg) Dubbele Geeft 2D-beelden naast elkaar weer. weergave Selecteer Dual (Dubbele weergave) en druk vervolgens op de toets update (bijwerken) om het tweede scherm weer te geven en om te wisselen tussen de schermen. Druk op de toets update (bijwerken) om te wisselen tussen de beelden wanneer beide beelden zijn stilgezet.
51. SNP is afhankelijk van de transducer en het onderzoekstype. Hiermee wordt de ECG-trace weergegeven. Raadpleeg “ECG-bewaking” op pagina 73. Deze functie is optioneel en vereist een FUJIFILM SonoSite ECG-kabel. Clips Hiermee worden de bedieningselementen voor clips weergegeven. Raadpleeg “Clip vastleggen en opslaan”...
4 Voer indien nodig een van de volgende opties uit: Selecteer de doorloopsnelheid (Slow [Langzaam], Med [Gemiddeld] of Fast [Snel]). Druk op de toets UPDATE (Bijwerken) om te wisselen tussen de M-lijn en de M Modetrace. Als u een duplexindeling gebruikt, drukt u op de toets M om te wisselen tussen de M-lijn in volledig scherm en de duplexindeling.
Pagina 51
Bedieningselementen voor CPD en kleur U kunt bij CPD- en kleurenbeeldvorming de volgende bedieningselementen op het scherm selecteren. Tabel 4-2: Bedieningselementen voor CPD en kleur op scherm Kleur, CPD Hiermee kunt u wisselen tussen CPD en Kleur. De huidige selectie wordt links boven in het scherm weergegeven. Kleur Hiermee wordt kleurinformatie weergegeven of verborgen.
Tabel 4-2: Bedieningselementen voor CPD en kleur op scherm (vervolg) Inverteren Hiermee kunt u de weergegeven richting van de flow omkeren. Beschikbaar in kleurenbeeldvorming. Sector (Cardiaal onderzoek) Hiermee kan de breedte van de sector worden opgegeven. Pagina x/x Geeft aan welke pagina met bedieningselementen wordt weergegeven. Selecteer dit om de volgende pagina weer te geven.
PW Doppler Voer een van de volgende opties uit om de hoek handmatig te corrigeren: Druk op de toets SELECT (Selecteren) en gebruik vervolgens de touchpad. Met de toets SELECT (Selecteren) kunt u wisselen tussen de D-lijn en hoekcorrectie. Zet het beeld stil en gebruik vervolgens de versterkingsknop FAR (Veraf ) om de hoek in stappen van 2°...
Tabel 4-3: PW Doppler-bedieningselementen op het scherm TDI aan, Selecteer TDI On (TDI aan) om Tissue Doppler Imaging in te schakelen TDI wordt links TDI uit boven in het scherm weergegeven wanneer TDI is ingeschakeld De standaardinstelling is TDI off (TDI uit). Alleen beschikbaar in cardiale onderzoeken.
Tabel 4-4: Bedieningselementen spectrale trace op scherm (vervolg) Wandfilter Instellingen omvatten Low (Laag), Med (Gemiddeld), High (Hoog). Doorloop- Instellingen omvatten Slow (Langzaam), Med (Gemiddeld), Fast (Snel). snelheid Livetrace Hiermee geeft u een livetrace van de piek of het gemiddelde weer. Raadpleeg “Instellingen voor presets”...
Versterking handmatig aanpassen Draai de versterkingsknoppen naar links om de versterking te verkleinen. Draai de knoppen naar rechts om de versterking te vergroten: Met NEAR (Dichtbij) wordt de versterking die is toegepast op het nabije veld van het 2D-beeld aangepast.
4 (Optioneel) Als het beeld is stilgezet, gebruikt u de touchpad of de pijltoetsen om omhoog, omlaag, naar links en naar rechts door het beeld te schuiven. (U kunt niet schuiven in de dubbele weergave.) 5 Druk nogmaals op de toets ZOOM (Inzoomen) om inzoomen af te sluiten. Naald visualiseren WAARSCHUWING Om een onjuiste plaatsing van de naald te voorkomen wanneer SNPe is...
Pagina 58
SNP is alleen beschikbaar in 2D-beeldvorming in volledig scherm en bij de volgende onderzoekstypen: Tabel 4-5: Transducers en onderzoekstypen beschikbaar met SNP Spieren en Kleine Transducer Arterieel Borst Zenuw Veneus botten lichaamsdelen rC60xi standaard/versterkt HFL38xi HFL50x HSL25x L25x L38xi standaard/versterkt Afbeelding 4-1 Beeld met SNP ingeschakeld (lineaire transducer) Naald...
Afbeelding 4-2 Met een boogarray-transducer kan het zijn dat slechts delen van de naaldschacht getoond worden Bovenste deel naaldschacht Punt van de naald Niet-zichtbaar gedeelte van de naaldschacht (afhankelijk van het specifieke beeld) Naaldgrootte en -hoek Gebruik een naald van 17 tot 25 gauge (aanbevolen). Verbeteringsresultaten kunnen afhankelijk zijn van het type en merk naald dat wordt gebruikt.
0 - 50° Afbeelding 4-3 Kantel de naald tot maximaal 50° ten opzichte van het oppervlak van de transducer voor de beste resultaten: Naald Transducer Extra bedieningselementen voor SNP Wanneer Steep Needle Profiling-technologie is ingeschakeld, zijn er extra bedieningselementen beschikbaar. L/R Flip (L/R kantelen) kantelt het betreffende gebied (het vlak) horizontaal op het beeld.
Aanvullende aanbevelingen Voorkom dat u de versterking te hoog instelt wanneer u Steep Needle Profiling-technologie gebruikt, omdat een onnodig hoge versterking artefacten in het beeld kan veroorzaken. Ademhalings- en hartbewegingen in het beeld kunnen ook heldere pulserende artefacten veroorzaken. Als u Steep Needle Profiling-technologie vaak gebruikt, kunt u overwegen een sneltoets te gebruiken om het SNP-bedieningselement in te schakelen.
Kleine kantelingen of rotaties van de transducer kunnen van invloed zijn op het verband tussen de externe referentiepunten en de anatomie die op het ultrasone beeld wordt weergegeven. Afbeelding 4-5 Verband tussen het ultrasone beeld en de transducerhoek of -kanteling. Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer Zorg ervoor dat u de mogelijkheden van uw systeem begrijpt vóór...
Onderzoekstype wijzigen Voer een van de volgende opties uit: Druk op de toets Exam (Onderzoek) en selecteer een optie in het menu. Selecteer op het patiëntinformatieformulier de lijst Type onder Exam (Onderzoek). Raadpleeg “Patiëntinformatieformulier” op pagina 64. Tabel 4-6: Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer Beeldvormingsmodus Onder- Transducer...
Pagina 64
Tabel 4-6: Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer (vervolg) Beeldvormingsmodus Onder- Transducer Kleur zoekstype M Mode Doppler Doppler HFL38xi Borst Long Zenuw HFL50x Borst Zenuw Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer...
Pagina 65
Tabel 4-6: Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer (vervolg) Beeldvormingsmodus Onder- Transducer Kleur zoekstype M Mode Doppler Doppler HSL25x Long Zenuw ICTx Verl Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer...
Pagina 66
Tabel 4-6: Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer (vervolg) Beeldvormingsmodus Onder- Transducer Kleur zoekstype M Mode Doppler Doppler L25x Long Zenuw L38xi standaard/ versterkt Long Zenuw P10x Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer...
Pagina 67
Tabel 4-6: Beeldvormingsmodi en onderzoeken beschikbaar per transducer (vervolg) Beeldvormingsmodus Onder- Transducer Kleur zoekstype M Mode Doppler Doppler P11x rP19x standaard/ versterkt Long Verl TEExi a. Hieronder volgen de afkortingen van de onderzoekstypen: Abd = abdomen, Art = arterieel, Borst = borst, Card = cardiaal, Gyn = gynaecologie, Spi = spieren en botten, Neo = neonataal, Zenuw = zenuw, Verl = verloskunde, Oph = oftalmologisch, Orb = orbitaal, KlL = kleine lichaamsdelen, Opv = oppervlakkig, TCD = transcraniale Doppler, Ven = veneus.
Aantekeningen bij beelden maken U kunt zowel livebeelden als stilgezette beelden van aantekeningen voorzien. (U kunt geen aantekeningen maken bij een opgeslagen beeld.) U kunt tekst (met inbegrip van vooraf gedefinieerde labels), een pijl of een pictograaf plaatsen. Raadpleeg “Instellingen voor aantekeningen” op pagina 29 voor het instellen van voorkeuren voor aantekeningen.
Pagina 69
Pijl op een beeld plaatsen U kunt een pijl toevoegen om een specifiek deel van het beeld aan te wijzen. 1 Druk op de pijl toets 2 Druk op de toets SELECT (Selecteren) en gebruik vervolgens de touchpad om de richting van de pijl aan te passen.
Patiëntinformatieformulier Op het patiëntinformatieformulier kunt u patiëntidentificatiegegevens, onderzoeksgegevens en klinische informatie voor het patiëntonderzoek invoeren. Deze informatie wordt automatisch in het patiëntrapport weergegeven. Wanneer u een nieuw patiëntinformatieformulier maakt, worden alle beelden, clips en overige gegevens die u tijdens het onderzoek opslaat aan die patiënt gekoppeld. Raadpleeg “Patiëntrapport”...
Onderzoek beëindigen 1 Zorg ervoor dat u beelden en andere gegevens die u wilt behouden, hebt opgeslagen. Raadpleeg “Beelden en clips opslaan” op pagina 66. 2 Druk op de toets PATIENT (Patiënt). 3 Selecteer New/End (Nieuw/beëindigen). Er verschijnt een nieuw patiëntinformatieformulier. Velden op het patiëntinformatieformulier De beschikbare velden op het patiëntinformatieformulier zijn afhankelijk van het onderzoekstype.
Previous Exams (Eerdere onderzoeken) (knop) (verloskundig onderzoek). Geeft velden voor vijf eerdere onderzoeken weer. De datum van een eerder onderzoek moet vóór de huidige systeemdatum vallen. Selecteer voor tweelingen Twin A/B (Tweeling A/B) om te wisselen tussen de schermen Twin A (Tweeling A) en Twin B (Tweeling B).
Pagina 73
Beeld opslaan Druk op de toets SAVE (Opslaan). Het beeld wordt in de interne opslag opgeslagen. Met de toets SAVE (Opslaan) wordt standaard alleen het beeld opgeslagen. De toets SAVE (Opslaan) kan als sneltoets tijdens berekeningen worden gebruikt om het beeld in de interne opslag op te slaan en de berekening in het patiëntrapport.
Let op Als het pictogram voor de interne opslag niet in het systeemstatusgebied verschijnt, kan de interne opslag defect zijn. Neem contact op met de technische ondersteuning van FUJIFILM SonoSite. Raadpleeg “Help” pagina 2. In de patiëntlijst worden opgeslagen beelden en clips in patiëntonderzoeken georganiseerd. U kunt onderzoeken verwijderen, bekijken, afdrukken of archiveren.
Pagina 75
Patiëntlijst sorteren Nadat het systeem is opgestart, wordt de patiëntlijst op datum en tijd gesorteerd, waarbij het meest recente patiëntbestand als eerste wordt vermeld. U kunt de patiëntlijst indien gewenst opnieuw sorteren. Selecteer de kolomkop waarop u wilt sorteren. Selecteer de kolomkop nogmaals om te sorteren in omgekeerde volgorde.
Beelden en clips bekijken U kunt beelden en clips alleen in één patiëntonderzoek tegelijk bekijken. 1 Markeer in de patiëntlijst het patiëntonderzoek waarvan u de beelden en clips wilt bekijken. 2 Selecteer Review (Bekijken) op het scherm. 3 Selecteer x/x om te bladeren naar het beeld of de clip die u wilt bekijken. 4 (Alleen clip) Selecteer Play (Afspelen).
Pagina 77
Meerdere beelden afdrukken 1 Controleer of er een printer is geselecteerd. Raadpleeg “Systeem configureren voor een printer” pagina 31. 2 Voer een van de volgende opties uit: Alle beelden van meerdere patiënten afdrukken: Selecteer een of meerdere patiënten in de patiëntlijst. Selecteer vervolgens Print (Afdrukken).
Patiëntonderzoeken automatisch exporteren Patiëntonderzoeken automatisch naar een USB-stick exporteren: 1 Zorg ervoor dat automatisch exporteren is ingeschakeld. Raadpleeg “Bestandsindeling voor geëxporteerde beelden opgeven” op pagina 38. 2 Plaats een USB-stick in een USB-poort aan de zijkant van het systeem. 3 Beëindig het onderzoek. Het exporteren stoppen ...
ECG-bewaking ECG-bewaking is een optionele functie en vereist een FUJIFILM SonoSite ECG-kabel. Gebruik de ECG-trace niet om hartritmes te diagnosticeren om WAARSCHUWINGS verkeerde diagnoses te voorkomen. Het ECG-bedieningselement van FUJIFILM SonoSite is een niet-diagnostische functie. Gebruik de ECG-kabel niet in een vliegtuig om elektrische interferentie met vliegtuigsystemen te voorkomen.
Pagina 80
Bedieningselementen voor ECG-bewaking Tabel 4-8: ECG-bedieningselementen op het scherm Weergeven/ Hiermee wordt de ECG-trace in- en uitgeschakeld. verbergen Versterking Hiermee wordt de ECG-versterking vergroot of verkleind. Instellingen zijn 0-20. Positie Hiermee wordt de positie van de ECG-trace ingesteld. Doorloop- Instellingen zijn Slow (Langzaam), Med (Gemiddeld), Fast (Snel). snelheid Vertraging Hiermee worden Line (Lijn) en Save (Opslaan) weergegeven voor de vertraging in het verkrijgen van clips.
Hoofdstuk 5: Metingen en berekeningen U kunt metingen uitvoeren voor snelle referentie of u kunt metingen binnen een berekening uitvoeren. U kunt zowel algemene berekeningen uitvoeren als berekeningen die specifiek zijn voor een onderzoekstype. Metingen worden uitgevoerd op stilgezette beelden. Raadpleeg Hoofdstuk 6, “Achtergrondinformatie metingen”...
Pagina 82
Binnen een berekening verschijnen de passers wanneer u een keuze maakt in het berekeningsmenu. Raadpleeg “Selecteren uit het berekeningsmenu” op pagina 82. Opmerking Nauwkeurige plaatsing van passers is essentieel voor een nauwkeurige meting. Actieve passers verwisselen Voer een van de volgende opties uit: Druk op de toets SELECT (Selecteren) om de actieve passer in een set te verwisselen.
2D-metingen De basismetingen die u kunt uitvoeren in 2D-beeldvorming worden hieronder vermeld: Afstand in cm Oppervlakte in cm Omtrek in cm U kunt ook de oppervlakte of omtrek meten door handmatig een trace uit te voeren. U kunt een combinatie van afstand, oppervlakte, omtrek en handmatige tracemetingen tegelijkertijd uitvoeren.
Handmatig traceren (2D) 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALIPER (Passer). 2 Selecteer Manual (Handmatig) op het scherm. Opmerking Als u het toegestane aantal metingen overschrijdt, is Manual (Handmatig) niet beschikbaar. 3 Plaats de passer met de touchpad op de plaats waar u wilt beginnen. 4 Druk op de toets SELECT (Selecteren).
Hartfrequentie meten (M Mode) 1 Druk in een stilgezette M Modetrace op de toets CALIPER (Passer). 2 Selecteer HR op het scherm. Er wordt een verticale passer weergegeven. 3 Plaats de verticale passer met de touchpad op de piek van de hartslag en druk vervolgens op de toets SELECT (Selecteren).
Pagina 86
1 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALIPER (Passer). Er wordt één passer weergegeven. 2 Plaats de passer met de touchpad op een systolische piekgolfvorm. 3 Druk op de toets SELECT (Selecteren). Er wordt een tweede passer weergegeven. 4 Plaats de tweede passer met de touchpad op de einddiastole op de golfvorm.
Automatisch traceren (Doppler) Na het automatisch traceren dient u te controleren of de door het systeem gegenereerde grens juist is. Als u niet tevreden bent met de trace, kunt u een beeld van een spectrale Doppler-trace van hoge kwaliteit verkrijgen of handmatig traceren. Raadpleeg “Handmatig traceren (Doppler)”...
Algemene berekeningen U kunt metingsresultaten binnen berekeningen opslaan in het patiëntrapport. U kunt metingen van een berekening weergeven, herhalen en verwijderen. Sommige metingen kunnen rechtstreeks van de patiëntrapportpagina's worden verwijderd. Raadpleeg “Patiëntrapport” op pagina 117. Opmerking Berekeningspakketten zijn afhankelijk van het onderzoekstype en de transducer.
Metingen uitvoeren en opslaan Bij het uitvoeren van een meting binnen een berekening, selecteert u opties in het berekeningsmenu, plaatst u de passers die worden weergegeven en slaat u de berekening vervolgens op. De passers worden weergegeven wanneer u een optie in het berekeningsmenu selecteert en niet door op de toets CALIPER (Passer) te drukken, zoals bij metingen die buiten een berekening worden uitgevoerd.
Een opgeslagen meting verwijderen 1 Selecteer de naam van de meting in het berekeningsmenu. 2 Selecteer Delete (Verwijderen) op het scherm. De laatst opgeslagen meting wordt verwijderd uit het patiëntrapport. Als deze meting de enige meting is, wordt het vinkje uit het berekeningsmenu verwijderd. Opmerking Sommige metingen kunnen rechtstreeks van de patiëntrapportpagina's worden verwijderd.
Percentage oppervlaktevermindering berekenen Bij de berekening van het percentage oppervlaktevermindering zijn twee handmatige traceberekeningen betrokken. 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Voer het volgende uit voor A en vervolgens voor A a Selecteer de metingsnaam onder Area Red (Oppervlaktevermindering) in het berekeningsmenu. b Verplaats de passer naar het beginpunt van de trace met de touchpad en druk op de toets SELECT (Selecteren).
Volumeberekeningen WAARSCHUWING Controleer of de patiëntinformatie, datum- en tijdsinstellingen kloppen om onjuiste berekeningen te voorkomen. Start een nieuw patiëntinfor- matieformulier voordat u een nieuw patiëntonderzoek start en bereke- ningen uitvoert om een verkeerde diagnose of nadelige gevolgen voor de resultaten van de patiënt te voorkomen. Door een nieuw patiënt- informatieformulier te starten, worden de gegevens van de voorgaande patiënt gewist.
Berekeningen volumeflow WAARSCHUWING Controleer of de patiëntinformatie, datum- en tijdsinstellingen kloppen om onjuiste berekeningen te voorkomen. Start een nieuw patiënt- informatieformulier voordat u een nieuw patiëntonderzoek start en berekeningen uitvoert om een verkeerde diagnose of nadelige gevolgen voor de resultaten van de patiënt te voorkomen. Door een nieuw patiënt- informatieformulier te starten, worden de gegevens van de voorgaande patiënt gewist.
De in de literatuur geïdentificeerde factoren die de nauwkeurigheid beïnvloeden, zijn als volgt: De diametermethode gebruiken voor 2D-oppervlakte Precisie bij het plaatsen van de passer Nauwkeurigheid van hoekcorrectie Moeite met het zorgen voor een uniforme insonatie van het vat. Het systeem is beperkt tot de volgende groottes van monstervolume: C11x-transducer: Grootte gate 1, 2, 3 (mm) rC60xi- en P10x-transducers: Grootte gate 2, 3, 5, 7, 10, 12 (mm) HFL38xi en L25x: Grootte gate 1, 3, 5, 6, 7, 8, 10, 12 (mm)
Op onderzoeken gebaseerde berekeningen Naast de algemene berekeningen zijn er berekeningen die specifiek zijn voor de onderzoekstypen cardiaal (Card), gynaecologie (Gyn), verloskunde (Verl), orbitaal (Orb), kleine lichaamsdelen (KIL), transcraniale Doppler (TCD) en arterieel (Art). Cardiale berekeningen WAARSCHUWING Controleer of de patiëntinformatie, datum- en tijdsinstellingen kloppen om onjuiste berekeningen te voorkomen.
In de volgende tabel worden de metingen weergegeven die vereist zijn om verschillende cardiale berekeningen te voltooien. Raadpleeg de “Verklarende woordenlijst” op pagina 255 voor definities van de afkortingen. Tabel 5-1: Cardiale berekeningen en resultaten Berekeningslijst Naam meting (beeldvormingsmodus) Resultaten LVDd (2D of M Mode) EF…...
Pagina 97
Tabel 5-1: Cardiale berekeningen en resultaten (vervolg) Berekeningslijst Naam meting (beeldvormingsmodus) Resultaten Ao (2D of M Mode) Ao/LA LA/Ao AAo (2D) LA (2D of M Mode) LA/Ao LVOT D (2D) LVOT D LVOT-oppervlakte ACS (M Mode) LVET (M Mode) LVET E-F-helling (M Mode) E-F-HELLING EPSS (M Mode)
Pagina 98
Tabel 5-1: Cardiale berekeningen en resultaten (vervolg) Berekeningslijst Naam meting (beeldvormingsmodus) Resultaten Max D (2D of M Mode) Samentrekkingsverhouding Min D (2D of M Mode) LA A4C (2D) Atria LA-oppervlakte LA-volume LA A2C (2D) Biplane RA (2D) RA-oppervlakte RA-volume TAPSE TAPSE (M Mode) TAPSE cm MV (2D)
Pagina 99
Tabel 5-1: Cardiale berekeningen en resultaten (vervolg) Berekeningslijst Naam meting (beeldvormingsmodus) Resultaten TRmax (Doppler) Vmax PGmax E (Doppler) E PG A (Doppler) A PG PHT (Doppler) Deceleratietijd VTI (Doppler) Vmax PGmax Vmean PGmean RA-druk RVSP Vmax (Doppler) Vmax PGmax VTI (Doppler) Vmax AT (Doppler) PGmax...
Pagina 100
Tabel 5-1: Cardiale berekeningen en resultaten (vervolg) Berekeningslijst Naam meting (beeldvormingsmodus) Resultaten LVOT D (2D) Qp/Qs RVOT D (2D) VMax PGmax LVOT VTI (Doppler) Vmean PGmean RVOT VTI (Doppler) Qp/Qs A (Doppler) P. Vein VMax Adur (Doppler) tijd S (Doppler) VMax S/D-verhouding D (Doppler)
Pagina 101
LV-volume berekening (Simpson-regel) 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Selecteer EF... in het berekeningsmenu om het menu LV Vol (EF) weer te geven. 3 Voer het volgende uit voor elke meting: a Selecteer de gewenste weergave en fase in het berekeningsmenu. b Plaats de passer bij de annulus mitralis en druk op de toets SELECT (Selecteren) om de trace te starten.
Pagina 102
Hartfrequentie (HR) berekenen Hartfrequentie is in alle cardiale pakketten beschikbaar. De hartfrequentie wordt niet berekend met de ECG-trace. Als u de hartfrequentie in het patiëntrapport opslaat, wordt een ingevoerde hartfrequentie op het patiëntinformatieformulier overschreven. 1 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). Selecteer HR in het berekeningsmenu.
Pagina 103
TAPSE meten 1 Druk in een stilgezette M Mode trace op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Selecteer de naam van de meting in het berekeningsmenu. 3 Pas de afstand van de passers aan met de touchpad. 4 Bewaar de berekening zoals beschreven in “Een berekening opslaan”...
Pagina 104
LV-massa berekenen 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Zoek LV Mass (LV-massa) in het berekeningsmenu. 3 Voer het volgende uit voor EPI en vervolgens voor Endo: a Selecteer de naam van de meting in het berekeningsmenu. b Plaats de passer op de plaats waar u de trace wilt beginnen en druk op de toets SELECT (Selecteren).
Snelheid-tijdsintegraal (VTI) berekenen Opmerking Deze berekening berekent andere resultaten naast VTI. Raadpleeg Tabel 5-1 pagina 90. 1 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Selecteer VTI onder MV, AV, TV, PV of LVOT in het berekeningsmenu. 3 Plaats de passer aan het begin van de golfvorm en druk op de toets SELECT (Selecteren) om de trace te starten.
Pagina 106
Drukhalfwaardetijd (PHT) berekenen in MV, AI of TV 1 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Selecteer MV, AV of TV en vervolgens PHT (Drukhalfwaardetijd) in het berekeningsmenu. Plaats de eerste passer bij de piek en druk op de toets SELECT (Selecteren). Er wordt een tweede passer weergegeven.
Pagina 107
d Druk op de toets SET (Instellen) om de trace te voltooien. e Sla de berekening op. Voor informatie over de automatische trace-tool raadpleegt u “Automatisch traceren (Doppler)” op pagina 81. Relaxatietijd bij gelijk volume (IVRT) berekenen 1 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). Selecteer MV en vervolgens IVRT in het berekeningsmenu.
Pagina 108
Oppervlakte van aortaklep (AVA) berekenen Voor de AVA-berekening zijn een meting in 2D en twee metingen in Doppler nodig. Nadat de metingen zijn opgeslagen, wordt het resultaat in het patiëntrapport weergegeven. 1 In 2D, meten op basis van LVOT: a Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen). b Selecteer LVOT D in het berekeningsmenu.
Pagina 109
d Druk op de toets SET (Instellen) om de trace te voltooien. e Bewaar de berekening zoals beschreven in “Een berekening opslaan” op pagina 83. Voor informatie over de automatische trace-tool raadpleegt u “Automatisch traceren (Doppler)” op pagina 81. Slagvolume (SV) of slagindex (SI) berekenen Voor de SV- en SI-berekeningen zijn een meting in 2D en een meting in Doppler nodig.
Cardiale output automatisch berekenen Zorg ervoor dat het Doppler-signaal geen alias maakt om onjuiste WAARSCHUWINGS berekeningsresultaten te voorkomen. Een onjuiste diagnose voorkomen: Gebruik automatische berekeningen van de cardiale output niet als de enige diagnosecriteria. Gebruik deze alleen samen met andere klinische informatie en patiëntgeschiedenis.
Een TDI-golfvorm (Tissue Doppler Imaging) meten 1 Controleer of TDI is ingeschakeld. Raadpleeg “PW Doppler-bedieningselementen” op pagina 47. 2 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). 3 Selecteer TDI in het berekeningsmenu en doe vervolgens het volgende voor elke meting die u wilt uitvoeren: a Selecteer de naam van de meting in het berekeningsmenu.
Follikels meten Aan elke zijde kunt u maximaal drie afstandsmetingen per follikel opslaan voor maximaal tien follikels. Als u een follikel twee keer meet, wordt het gemiddelde in het rapport weergegeven. Als u een follikel drie keer meet, worden het gemiddelde en een volumeberekening in het rapport weergegeven. 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen).
Als u de berekening tijdens het onderzoek wijzigt, worden de algemene metingen behouden. In de volgende tabel worden de door het systeem gedefinieerde metingen die beschikbaar zijn voor verloskundige berekeningen op auteur weergegeven. Raadpleeg de “Verklarende woordenlijst” pagina 255 voor definities van de afkortingen. Raadpleeg “Instellingen voor verloskundige berekeningen”...
Pagina 114
Tabel 5-2: Resultaten van door het systeem gedefinieerde verloskundige metingen en tabelauteurs (vervolg) Verloskundige Berekeningsresultaat Tabelauteurs zwangerschapsmetingen Geschat gewicht HC, AC, FL Hadlock 1 foetus (EFW) BPD, AC, FL Hadlock 2 AC, FL Hadlock 3 BPD, TTD Hansmann BPD, FTA, FL Osaka U.
Zwangerschapsgroei meten (2D) Voor elke verloskundige 2D-meting (behalve AFI) slaat het systeem maximaal drie afzonderlijke metingen en het bijbehorende gemiddelde op. Als u meer dan drie metingen uitvoert, wordt de vroegste meting verwijderd. 1 Selecteer het onderzoekstype OB (Verloskunde) en selecteer LMP (Datum laatste menstruatieperiode) of Estab.DD (Vastgestelde bevallingsdatum) in het patiëntinformatieformulier.
MCA of UmbA berekenen (Doppler) Opmerking Het systeem biedt geen MCA/UmbA-verhouding met de PI (pulsatiliteitsindex). 1 Selecteer het onderzoekstype OB (Verloskunde) en selecteer LMP (Datum laatste menstruatieperiode) of Estab.DD (Vastgestelde bevallingsdatum) in het patiëntinformatieformulier. 2 Druk in een stilgezette spectrale Doppler-trace op de toets CALCS (Berekeningen). 3 Doe het volgende voor elke meting die u wilt uitvoeren: a Selecteer de naam van de meting onder MCA (arteria cerebri media) of UmbA (navelstrengslagader) in het berekeningsmenu.
Heuphoek berekenen 1 Druk in een stilgezet 2D-beeld op de toets CALCS (Berekeningen). 2 Selecteer Right (Rechts) of Left (Links) in het berekeningsmenu. Selecteer Baseline (Basislijn) onder Hip Angle (Heuphoek). Er wordt een basislijn op het scherm weergegeven. 3 Plaats de basislijn en druk op de toets SET (Instellen). Raadpleeg “Werken met passers”...
Berekeningen in transcraniale Doppler en orbitale berekeningen Gebruik uitsluitend het onderzoekstype Orbitaal (Orb) wanneer u WAARSCHUWINGS beeldvorming uitvoert via het oog om letsel bij de patiënt te voorkomen. Controleer of de patiëntinformatie, datum- en tijdsinstellingen kloppen. Start een nieuw patiëntinformatieformulier voordat u een nieuw patiëntonderzoek start en berekeningen uitvoert om een verkeerde diagnose of nadelige gevolgen voor de resultaten van de patiënt te voorkomen.
Pagina 119
Tabel 5-3: Transcraniale en orbitale berekeningen Koptekst menu TCD- en Orb-metingen Resultaten Dist Prox Vertak* Grootte gate ACoA* TICA PCAp1 PCAp2 PCoA Siphon Grootte gate ECICA Grootte gate Prox Dist Grootte gate ECVA Grootte gate * Beschikbaar maar niet vereist Op onderzoeken gebaseerde berekeningen...
Pagina 120
WAARSCHUWING Gebruik uitsluitend het onderzoekstype Orbitaal (Orb) of Oftalmologisch (Oph) wanneer u beeldvorming uitvoert via het oog om letsel bij de patiënt te voorkomen. De FDA heeft grenzen vastgesteld voor lage akoestische energie bij oftalmologisch gebruik. Het systeem blijft alleen binnen deze grenzen wanneer het onderzoekstype Orbitaal of Oftalmologisch is geselecteerd.
Vasculaire berekeningen Start een nieuw patiëntinformatieformulier voordat u een nieuw WAARSCHUWINGS patiëntonderzoek start en berekeningen uitvoert om een verkeerde diagnose of nadelige gevolgen voor de resultaten van de patiënt te voorkomen. Door een nieuw patiëntinformatieformulier te starten, worden de gegevens van de voorgaande patiënt gewist. De gegevens van de voorgaande patiënt worden samengevoegd met de huidige patiënt als het formulier niet eerst wordt gewist.
Pagina 122
Tabel 5-5: Vasculaire metingen en resultaten Koptekst menu Vasculaire meting Berekeningsresultaten Prox s (systolisch), d (diastolisch) s (systolisch), d (diastolisch) Dist s (systolisch), d (diastolisch) Bulb s (systolisch), d (diastolisch) Prox s (systolisch), d (diastolisch) s (systolisch), d (diastolisch) Dist s (systolisch), d (diastolisch) Prox...
3 Doe het volgende voor elke meting die u wilt uitvoeren: a Selecteer de naam van de meting in het berekeningsmenu. b Plaats de passer met de touchpad op de systolische piekgolfvorm. Druk op de toets SELECT (Selecteren). Er wordt een tweede passer weergegeven. c Plaats de tweede passer met de touchpad op de einddiastole op de golfvorm.
Vasculaire en cardiale patiëntrapporten Een vasculaire of cardiale meting verwijderen 1 Selecteer de meting met de touchpad op de pagina Details van het patiëntrapport. De geselecteerde meting is gemarkeerd. 2 Selecteer Delete (Verwijderen) op het scherm. Opmerking Bij sommige metingen die worden verwijderd, worden ook verwante metingen verwijderd.
Verloskundig patiëntrapport De rapportpagina's OB patient (verloskundige patiënt) hebben ruimte voor het ondertekenen van afgedrukte rapporten. Verloskundig rapport tweelingen weergeven Selecteer een van de volgende opties op het scherm in het verloskundige patiëntrapport: Twin A/B (Tweeling A/B) voor individuele patiëntrapporten voor tweelingen Compare (Vergelijken) voor beide tweelingen in één patiëntrapport.
Verloskundige grafieken weergeven U kunt verloskundige grafieken weergeven als de velden LMP of Estab. DD (Vastgestelde bevallingsdatum) in het patiëntinformatieformulier zijn ingevuld. 1 Selecteer Graphs (Grafieken) op het scherm in het verloskundige patiëntrapport. Selecteer de gewenste meting/auteur in de lijst Graphs (Grafieken). De grafiek voor de geselecteerde meting wordt weergegeven.
Pagina 127
Een MSK-werkblad weergeven De MSK-werkbladen bevatten lijsten waaruit u opties kunt selecteren en een veld voor het invoeren van opmerkingen. 1 Druk na of tijdens het onderzoek op de knop REPORT (Rapporteren). 2 Selecteer MSK (Spieren en botten) op het scherm. 3 Selecteer het werkblad in de lijst Worksheet (Werkblad).
Hoofdstuk 6: Achtergrondinformatie metingen Meetnauwkeurigheid De metingen die door het systeem worden geleverd, zijn niet een definitie van een specifieke fysiologische of anatomische parameter. De metingen zijn van fysieke eigenschappen, zoals afstand, ter evaluatie van de arts. De nauwkeurigheidswaarden vereisen dat u de passers op één pixel kunt plaatsen. De waarden omvatten geen akoestische afwijkingen van het lichaam.
Pagina 130
Er is een RMI 413a-modelfantoom gebruikt met een verzwakking van 0,7 dB/cm MHz. c. Volledige schaal voor tijd geeft de totale tijd aan, weergeven op het schuivende grafische beeld. d. Er is speciale testapparatuur van FUJIFILM SonoSite gebruikt. Tabel 6-3: Nauwkeurigheid en bereik PW Doppler-modemeting en -berekening...
Bronnen van meetfouten In het algemeen kunnen er twee soorten fouten in de meting worden geïntroduceerd: Vastleggingsfout Omvat fouten die door de elektronica van het ultrasone systeem zijn geïntroduceerd met betrekking tot signaalvastlegging, signaalconversie en signaalverwerking voor weergave. Ook worden rekenfouten en weergavefouten geïntroduceerd door het aanmaken van de pixelschaalfactor, toepassing van die factor op de posities van de passers op het scherm en de weergave van metingen.
Drukhalfwaardetijd (PHT) in msec Reynolds, Terry. The Echocardiographer’s Pocket Reference. 2nd Edition, School of Cardiac Ultrasound, Arizona Heart Institute, (2000), 391. PHT = DT * 0,29 waarbij: DT = deceleratietijd E:A-verhouding in cm/sec E:A = snelheid E/snelheid A E/Ea-verhouding Reynolds, Terry. The Echocardiographer’s Pocket Reference. 2nd ed., School of Cardiac Ultrasound, Arizona Heart Institute, (2000), 225.
Pagina 134
Eindvolumes linkerventrikel (Teichholz) in ml Teichholz, L. E., T. Kreulen, M. V. Herman, et. al. “Problems in echocardiographic volume determinations: echocardiographic-angiographic correlations in the presence or absence of asynergy. ” American Journal of Cardiology, (1976), 37:7. LVESV = (7,0 * LVDS )/(2,4 + LVDS) waarbij: LVESV = eindsystolisch volume van linkerventrikel...
Pagina 135
Fractionele verdikking IVS (interventriculair septum), percentage Laurenceau, J. L., M. C. Malergue. The Essentials of Echocardiography. The Hague: Martinus Nijhoff, (1981), 71. IVSFT = ((IVSS – IVSD)/IVSD) * 100% waarbij: IVSS = dikte van ventrikelseptum tijdens systole IVSD = dikte van ventrikelseptum tijdens diastole Fractionele verkorting afmeting linkerventrikel (LVD), percentage Oh, J.K., J.B.
Massa van linkerventrikel in gm voor 2D Oh, J.K., J.B. Seward, and A.J. Tajik. The Echo Manual. 3rd Edition, Philadelphia: Lippincott Williams and Wilkins, (2007), 113-114. LV-massa = 1,05 * {[(5/6) * A1 * (a + d + t)] - [(5/6) * A2 * (a + d)]} waarbij: A1 = oppervlakte korte as, diastole (Epi) A2 = oppervlakte korte as, diastole (Endo)
Pagina 137
Oppervlak van de dwarsdoorsnede (CSA) in cm Oh, J. K., J. B. Seward, and A. J. Tajik. The Echo Manual. 3rd Edition. Philadelphia: Lippincott Williams and Wilkins, (2007), 70-71. CSA = 0,785 * D waarbij: D = diameter van anatomisch aandachtsgebied Oppervlakte tricuspidalisklep (TVA) Oh, J.K., J.B.
Oppervlakte van proximaal gebied waarin de snelheid gelijk is (PISA) in cm Oh, J.K., J.B. Seward, and A.J. Tajik. The Echo Manual. 3rd Edition, Boston: Philadelphia: Lippincott Williams and Wilkins, (2007), 74-76. π PISA = 2 r waarbij: π 2 = 6,28 r = straal van aliasing Qp/Qs Oh, J.K., J.B.
Reynolds, Terry. The Echocardiographer’s Pocket Reference. 2nd Edition, School of Cardiac Ultrasound, Arizona Heart Institute, (2000), 217. S-snelheid/D-snelheid waarbij: S-snelheid = S-golf longader D-snelheid = D-golf longader Samentrekken IVC Lyon M, Verma N. “Ultrasound guided volume assessment using inferior vena cava diameter.” Open Emerg Med J.
Slagvolume (SV) Doppler in ml Oh, J.K., J.B. Seward, and A.J. Tajik. The Echo Manual. 3rd Edition, Philadelphia: Lippincott, Williams, and Wilkins, (2007), 69-71. SV = (CSA * VTI) waarbij: CSA = Oppervlak van de dwarsdoorsnede van de opening (LVOT-oppervlakte) VTI = snelheid-tijdsintegraal van de opening (LVOT VTI) Snelheid-tijdsintegraal (VTI) in cm Reynolds, Terry.
Verstreken tijd (ET) in msec ET = tijd tussen snelheidscursors in milliseconden Volume linkeratrium Lang R. et al. “Recommendations for Cardiac Chamber quantification by Echocardiography in Adults: An update from the American Society of Echocardiography and European Association of Cardiovascular Imaging.”...
Volume linkerventrikel: tweevlaksmethode in ml Schiller, N.B., P. M. Shah, M. Crawford, et.al. “Recommendations for Quantitation of the Left Ventricle by Two-Dimensional Echocardiography. ” Journal of American Society of Echocardiography. September-October 1989, 2:362. π -- - -- - ...
Verloskundige achtergrondinformatie Gemiddelde ultrasone leeftijd (AUA) Het systeem biedt een AUA die is afgeleid van de onderdelen van metingen uit de metingstabellen. Geschat gewicht foetus (EFW) Hadlock, F., et al. “Estimation of Fetal Weight with the Use of Head, Body, and Femur Measurements, A Prospective Study.
University of Tokyo, Shinozuka, N. FJSUM, et al. “Standard Values of Ultrasonographic Fetal Biometry. ” Japanese Journal of Medical Ultrasonics, 23:12 (1996), 885. WAARSCHUWING De zwangerschapsleeftijd die is berekend door uw FUJIFILM SonoSite-systeem komt niet overeen met de leeftijd in de hiervoor genoemde referentie bij de metingen van de abdominale omtrek (AC) 20,0 cm en 30,0 cm.
Cisterna Magna (CM) Mahony, B.; P. Callen, R. Filly, and W. Hoddick. “The fetal cisterna magna. ” Radiology, 153: (December 1984), 773-776. Diameter biparietalis (BPD) Chitty, L. S. and D. G. Altman. “New charts for ultrasound dating of pregnancy. ” Ultrasound in Obstetrics and Gynecology 10: (1997), 174-179, Table 3.
Lengte dijbeen (FL) Chitty, L. S. and D. G. Altman. “New charts for ultrasound dating of pregnancy. ” Ultrasound in Obstetrics and Gynecology 10: (1997), 174-179, Table 8, 186. Hadlock, F., et al. “Estimating Fetal Age: Computer-Assisted Analysis of Multiple Fetal Growth Parameters. ” Radiology, 152: (1984), 497-501.
FL/HC-verhouding Hadlock F. P., R. B. Harrist, Y. Shah, and S. K. Park. “The Femur Length/Head Circumference Relation in Obstetric Sonography. ” Journal of Ultrasound in Medicine, 3: (October 1984), 439-442. HC/AC-verhouding Campbell S., Thoms Alison. “Ultrasound Measurements of the Fetal Head to Abdomen Circumference Ratio in the Assessment of Growth Retardation, ”...
Drukgradiënt (PGr) in mmHG Oh, J.K., J.B. Seward, A. J. Tajik. The Echo Manual. 2nd ed., Lippincott, Williams, and Wilkins, (1999), 64. 4 * (snelheid) Drukgradiënt piek E (E PG) E PG = 4 * PE Drukgradiënt piek A (A PG) A PG = 4 * PA2 Piekdrukgradiënt (PGmax) PGmax = 4 * PV2...
Percentage oppervlaktevermindering Taylor K. J. W., P. N. Burns, P. Breslau. Clinical Applications of Doppler Ultrasound, Raven Press, N. Y., (1988), 130-136. Zwiebel W. J., J. A. Zagzebski, A. B. Crummy, et al. “Correlation of peak Doppler frequency with lumen narrowing in carotid stenosis.
Pagina 152
Volumeflow (VF) in ml/m Allan, Paul L. et al. Clinical Doppler Ultrasound, 4th ed., Harcourt Publishers Limited. (2000), 36-38. Een van de volgende, afhankelijk van de live trace-instelling: VF = CSA * TAM * 0,06 VF = CSA * TAP * 0,06 Weerstandsindex (RI) Kurtz, A.
Probleemoplossing Als u problemen met het systeem ondervindt, kunt u de volgende lijst gebruiken bij het oplossen van het probleem. Neem contact op met de technische ondersteuning van FUJIFILM SonoSite als het probleem aanhoudt. Raadpleeg “Help”...
Pagina 154
Systeem vraagt u 'ensure the USB device is valid' (controleer of het USB-apparaat geldig is). Zorg ervoor dat het USB-apparaat dat u gebruikt, niet voorzien is van wachtwoordbeveiliging en niet defect is. Gebruik het USB-apparaat dat met het systeem is meegeleverd. Het systeem vraagt u 'ensure the USB device contains valid data' (controleer of het USB-apparaat geldige gegevens bevat).
Nadat de respijtperiode is verlopen, zijn alle systeemfuncties, behalve licenties, niet beschikbaar totdat er een geldige licentiesleutel wordt ingevoerd. Neem contact op met de technische ondersteuning van FUJIFILM SonoSite om een licentiesleutel voor uw software te verkrijgen. Raadpleeg “Help” op pagina 2. U moet de volgende informatie opgeven. Raadpleeg “Instellingen voor systeeminformatie”...
Het uitvoeren van onderhoudsprocedures die niet in de gebruikershandleiding staan beschreven kan de garantie van het product teniet doen. Neem contact op met de technische ondersteuning van FUJIFILM SonoSite voor vragen over onderhoud. Onderhoud...
Controleer de uiterste gebruiksdata, concentratie en werkzaamheid van chemische middelen (bijvoorbeeld een chemische striptest). De genoemde desinfectiemiddelen en reinigingsmethoden worden aanbevolen door FujiFilm SonoSite op basis van de efficiëntie en de compatibiliteit met het materiaal van de producten. Zorg ervoor dat het type desinfectiemiddel en de sterkte en duur van de oplossing geschikt zijn voor de apparatuur en toepassing.
Let ops systeemconnectors of de transducerconnector komt. Gebruik geen sterke oplosmiddelen zoals verdunningsmiddel, benzeen of schurende reinigingsmiddelen omdat deze het buitenoppervlak beschadigen. Gebruik uitsluitend door FujiFilm SonoSite aanbevolen reinigingsmiddelen of desinfectiemiddelen. Het vereiste reinigings- en desinfectieniveau bepalen Opmerking Houd er rekening mee dat u elk component zowel moet reinigen als desinfecteren.
Tabel 8-1: Leidraad voor reiniging en desinfectie (vervolg) Is enig onderdeel van het systeem of de transducer in contact gekomen met kapotte huid, bloed of lichaamsvloeistoffen? Optie B Is niet in contact gekomen met “Optie B: Niet-kritieke reiniging en desinfectie op laag kapotte huid, bloed of niveau van het systeem en de transducer (niet-kritiek lichaamsvloeistoffen...
Pagina 160
Dit kan schade aan de transducer veroorzaken en de garantie teniet doen. Gebruik uitsluitend door FujiFilm SonoSite aanbevolen reinigingsmid- delen en desinfectiemiddelen. Het gebruik van een niet-aanbevolen desinfecterende oplossing of een onjuiste oplossingssterkte kan het systeem en de transducer beschadigen of doen verkleuren en doet de garantie teniet.
Pagina 161
10 Inspecteer de transducer en kabel op beschadigingen zoals scheurtjes of spleten waar vloeistof door naar binnen kan dringen. Bij tekenen van beschadiging gebruikt u de transducer niet en neemt u contact op met FujiFilm SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger.
Pagina 162
Tabel 8-3: Compatibele desinfectiemiddelen van hoog niveau voor onderdompeling van de transducer Desinfectie- Weekduur in Weektijd in Transducer Temperatuur middelen desinfectiemiddel schoon water C11x, HFL38xi, HFL50x, 23 °C, 73 °F 45 minuten 3 x 1 minuut Cidex HSL25x, ICTx, L25x, L38xi, P10x, P11x, rC60xi, rP19x C11x, HFL38xi, HFL50x, 23 °C, 73 °F...
4 Inspecteer de transducer en kabel op beschadigingen zoals scheurtjes of spleten waar vloeistof door naar binnen kan dringen. Bij tekenen van beschadiging gebruikt u de transducer niet en neemt u contact op met FujiFilm SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger.
Pagina 164
Dit kan ertoe leiden dat oplossing in het systeem lekt, waardoor het systeem beschadigd raakt en de garantie vervalt. Gebruik uitsluitend door FujiFilm SonoSite aanbevolen reinigingsmid- delen en desinfectiemiddelen. Het gebruik van een niet-aanbevolen desinfecterende oplossing of een onjuiste oplossingssterkte kan het systeem en de transducer beschadigen of doen verkleuren en doet de garantie teniet.
11 Inspecteer het systeem, de transducer en de kabel op beschadigingen zoals scheurtjes of spleten waar vloeistof door naar binnen kan dringen. Bij tekenen van beschadiging mag de transducer niet worden gebruikt. Neem in plaats daarvan contact op met FujiFilm SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger. Accu reinigen en desinfecteren...
3 Reinig het oppervlak met een zachte doek die licht is bevochtigd met een milde zeep, reinigingsoplossing, of een vooraf bevochtigd doekje. Breng de oplossing op de doek aan in plaats van op het oppervlak. 4 Veeg de oppervlakken af met een door FUJIFILM SonoSite goedgekeurd reinigingsmiddel of desinfectiemiddel.
Hoofdstuk 9: Veiligheid Dit hoofdstuk bevat informatie over ergonomische, elektrische en klinische veiligheid die wordt vereist door regelgevende instanties. Deze informatie is van toepassing op het ultrasone systeem, de transducer, accessoires en randapparatuur. In dit hoofdstuk worden ook de symbolen op labels, specificaties en normen vermeld.
1. Magnavita, N., L. Bevilacqua, P. Mirk, A. Fileni, and N. Castellino. “Work-related Musculoskeletal Complaints in Sonologists. ” Occupational Environmental Medicine. 41:11 (1999), 981-988. 2. Craig, M. “Sonography: An Occupational Hazard?” Journal of Diagnostic Medical Sonography. 3 (1985), 121125. 3. Smith, C.S., G.W. Wolf, G. Y. Xie, and M. D. Smith. “Musculoskeletal Pain in Cardiac Ultrasonographers: Results of a Random Survey.
Stimuleer comfortabele houdingen voor schouders en armen Houd uw ellebogen dicht bij uw zij. Ontspan uw schouders in een horizontale positie. Ondersteun uw arm met een ondersteuningskussen of laat uw arm op het bed rusten. Stimuleer comfortabele houdingen voor handen, polsen en vingers Houd de transducer lichtjes in uw vingers vast.
Elektrische veiligheid Dit systeem voldoet aan de vereisten van EN60601-1 voor inwendig gevoede apparatuur van klasse I en veiligheidsvereisten voor geïsoleerde patiëntverbindingen van het type BF en type CF. Het systeem voldoet aan de normen zoals vermeld in het gedeelte Normen van dit document. Raadpleeg “Normen”...
Pagina 171
Vermijd het risico van elektrische schokken: WAARSCHUWING Deze apparatuur moet worden aangesloten op een netvoeding met beschermende aardverbinding. Gebruik uitsluitend juist geaarde apparatuur. Gevaar op schokken bestaat als de voeding niet goed is geaard. Betrouwbaarheid van de aarding kan alleen worden bereikt als de apparatuur is aangesloten op een stopcontact van ziekenhuiskwaliteit.
Pagina 172
Gebruik uitsluitend accessoires en randapparatuur die door FUJIFILM SonoSite worden aanbevolen, inclusief de voeding. Als u accessoires en randapparatuur aansluit die niet door FUJIFILM SonoSite worden aangeraden, kan dit leiden tot een elektrische schok. Neem contact op met FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger voor een lijst met accessoires en randapparatuur die verkrijgbaar zijn bij of worden aanbevolen door FUJIFILM SonoSite.
Gebruik het systeem niet als er een foutmelding verschijnt op het Let ops beelddisplay: noteer de foutcode, neem telefonisch contact op met FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger. Schakel het systeem uit door de aan/uit-knop in te drukken en ingedrukt te houden totdat het systeem wordt uitgeschakeld.
Veiligheid van apparatuur Volg deze voorzorgsmaatregelen om uw ultrasone systeem, transducer en accessoires te beschermen. Overmatig buigen of draaien van kabels kan leiden tot storing of Let ops onderbroken werking. Als enig onderdeel van het systeem onjuist wordt gereinigd of gedesinfecteerd, kan dit leiden tot permanente beschadigingen.
Laad de accu niet verder op als deze niet meer oplaadt na twee opeenvolgende oplaadcycli van zes uur. Verzend geen beschadigde accu zonder daarvoor instructies te hebben gekregen van de technische ondersteuning van FUJIFILM SonoSite. Raadpleeg “Help” op pagina 2.
Pagina 176
FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegenwoordiger als u vragen hebt over de accu. Gebruik uitsluitend FUJIFILM SonoSite-accu's. Gebruik de accu niet en laad deze niet op met apparatuur die niet van FUJIFILM SonoSite is. Laad de accu uitsluitend op met het systeem. Veiligheid accu...
(As Low As Reasonably Achievable, zo laag als redelijkerwijs mogelijk is) en volg informatie over passend gebruik wat betreft MI en TI. FUJIFILM SonoSite raadt momenteel niet een specifiek merk akoestische afstandsstukken aan. Als een akoestisch afstandsstuk wordt gebruikt, moet het een minimale verzwakking van 0,3 dB/cm/MHz hebben.
Neem het volgende in acht om letsel te voorkomen of het risico op WAARSCHUWINGS infectie bij de patiënt tot een minimum te beperken: Pas gangbare voorzorgsmaatregelen toe bij het inbrengen en in stand houden van een medisch hulpmiddel voor interventionele en intraoperatieve procedures.
SonoSite worden aangeraden, kan leiden tot een storing in uw ultrasone systeem of andere medische elektrische apparatuur in uw omgeving. Neem contact op met FUJIFILM SonoSite of uw plaatselijke vertegen- woordiger voor een lijst met accessoires en randapparatuur die verkrijgbaar zijn bij of worden aanbevolen door FUJIFILM SonoSite.
Pagina 180
Voor medische elektrische apparatuur zijn speciale voorzorgsmaatre- Let ops gelen wat betreft EMC vereist en deze apparatuur dient volgens deze instructies te worden geplaatst en bediend. Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur kan invloed hebben op het ultrasone systeem. Elektromagnetische interferentie (EMI) van andere apparatuur of interfererende bronnen kan de werking van het ultrasone systeem onderbreken.
Draadloze overdracht Het SonoSite Edge II ultrasone systeem bevat een IEEE 802.11-zender die ISM-frequentiebanden gebruikt van 2,412 tot 2,484 GHz en twee transmissiemethodes implementeert: IEEE 802.11b met Complementary Code Keying (CCK), Differential Quaternary Phase Shift Keying (DQPSK) en Differential Binary Phase Shift Keying (DBPSK) bij 16 dB IEEE 802.11g met Orthogonal Frequency Division Multiplexing (OFDM) 13 dBm...
Pagina 182
WAARSCHUWING Tenzij u ESD-voorzorgsmaatregelen volgt, dient u de pennen (contacten) of connectors met een label van ESD-gevoelige apparaten niet aan te raken (met het lichaam of draagbaar gereedschap) en hiermee geen verbinding te maken: Label voor elektrostatisch gevoelige apparatuur Pennen (contacten) op de transducer en achterkant van de TTC-connector Pennen (contacten) aan de achterkant van de drievoudige transducerconnector (TTC)
Tabel 9-1: Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en het SonoSite Edge II ultrasone systeem Het SonoSite Edge II ultrasone systeem is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin de uitgestraalde radiofrequente storingen worden beheerst. De klant of gebruiker van het SonoSite...
Het gebruik van accessoires die niet worden vermeld, kan leiden tot verhoogde emissies of verminderde immuniteit van het ultrasone systeem. Tabel 9-2: Accessoires en randapparatuur die compatibel zijn met het SonoSite Edge II ultrasone systeem Beschrijving Maximale kabellengte...
Pagina 185
Tabel 9-2: Accessoires en randapparatuur die compatibel zijn met het SonoSite Edge II ultrasone systeem (vervolg) Beschrijving Maximale kabellengte Voedingskabel kleurenprinter Videokabel kleurenprinter 1,8 m ECG-leads 0,6 m ECG-module 1,8 m ECG-slavekabel 2,4 m SonoSite Edge II Dock – SonoSite Edge II Standaard –...
Tabel 9-3: Verklaring van de fabrikant - Elektromagnetische emissies Emissietest Naleving Elektromagnetische omgeving RF-emissies Groep 1 Het SonoSite Edge II ultrasone ClSPR 11 systeem gebruikt alleen RF-energie voor de interne werking. De RF-emissie is daarom zeer gering en het is onwaarschijnlijk dat deze...
Pagina 187
Als de 0,5 cyclus 0,5 cyclus fluctuaties in de gebruiker van het FUJIFILM 40% U 40% U stroom- SonoSite ultrasone systeem vereist (60% daling in U (60% daling in U toevoerlijnen dat het systeem ook gedurende...
Pagina 188
3 A/m 3 A/m Als vertekeningen van het beeld netfrequentie optreden, kan het noodzakelijk opgewekt zijn om het FUJIFILM SonoSite magnetisch veld ultrasone systeem verder van de IEC 61000-4-8 bronnen van door netfrequentie opgewekte magnetische velden te verplaatsen of magnetische afscherming te plaatsen.
AM- en FM-radio-uitzendingen en tv-uitzendingen, kan theoretisch niet nauwkeurig worden voorspeld. Voor het vaststellen van de elektromagnetische omgeving door vaste RF-zenders dient een elektromagnetisch locatieonderzoek te worden overwogen. Wanneer op de gebruikslocatie van het FUJIFILM SonoSite ultrasone systeem de gemeten veldsterkte het bovenvermelde van toepassing zijnde radiofrequente compliantieniveau overschrijdt, dient te worden gecontroleerd of het FUJIFILM SonoSite ultrasone systeem normaal werkt.
Het SonoSite Edge II ultrasone systeem voldoet aan de vereisten voor essentiële prestaties die worden vermeld in IEC 60601-1-2 en IEC 60601-2-37. Resultaten van immuniteitstests tonen dat het SonoSite Edge II ultrasone systeem voldoet aan deze vereisten en vrij is van het volgende: Ruis op een golfvorm, artefacten op of vertekeningen van een beeld of fouten in een weergegeven...
Pagina 191
Tabel 9-5: Labels en symbolen (vervolg) Symbool Definitie Apparaat voldoet aan de relevante Australische regelgevingen voor elektronische apparatuur. Batchcode, datumcode of partijcode, type controlenummer Biologisch risico Apparaat voldoet aan de relevante Braziliaanse regelgevingen voor medische elektrische apparatuur. Canadian Standards Association. De 'C' en 'US' naast deze markering geven aan dat het product is geëvalueerd volgens de van toepassing zijnde CSA- en ANSI/UL-normen voor gebruik in, respectievelijk Canada en de VS.
Pagina 192
Tabel 9-5: Labels en symbolen (vervolg) Symbool Definitie Niet nat laten worden. Niet meer dan 2 hoog stapelen. Niet meer dan 5 hoog stapelen. Niet meer dan 10 hoog stapelen. Elektrostatisch gevoelige apparatuur Apparaat voldoet aan de relevante FCC-regelgevingen voor elektronische apparatuur. Breekbaar Gesteriliseerd met bestraling STERILE R...
Pagina 193
Tabel 9-5: Labels en symbolen (vervolg) Symbool Definitie Hulpmiddel zendt een statisch (DC) magnetisch veld uit. Niet-ioniserende straling Recycling papier Serienummer, type controlenummer Temperatuurbeperking Limiet atmosferische druk Vochtigheidsbeperking Onderdompelbaar. Beschermd tegen tijdelijke onderdompeling. Waterdichte apparatuur. Beschermd tegen langdurige onderdompeling. Transducer voorzichtig hanteren. Volg de instructies van de fabrikant voor de desinfectietijd.
Pagina 194
Chinese nationale normen voor veel producten die worden verkocht in de Volksrepubliek China. WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Sluit uitsluitend accessoires en randapparatuur aan die door Sluit uitsluitend FUJIFILM SonoSite zijn aanbevolen accessoires en randapparatuur die door SonoSite zijn aanbevolen Volg de gebruiksaanwijzing.
Specificaties Afmetingen Systeem Lengte: 33 cm Breedte: 31,5 cm Hoogte: 6,3 cm Gewicht: 4,6 kg met de rC60xi-transducer en accu gemonteerd Display Lengte: 24,6 cm Hoogte: 18,5 cm Diagonaal: 30,7 cm Omgevingslimieten Opmerking De limieten voor temperatuur, druk en vochtigheid zijn alleen van toepassing op het ultrasone systeem, de transducers en de accu.
Elektrische specificaties Ingangsspanning: 100-240 VAC, 50/60 Hz, 2,0 A max. bij 100 VAC Uitgangsspanning nr. 1: 15 VDC, 5,0 A max. Uitgangsspanning nr. 2: 12 VDC, 2,3 A max. Gecombineerd vermogen niet hoger dan 75 watt. Accuspecificaties De accu bestaat uit zes lithium-ionbatterijen plus elektronica, een temperatuursensor en accupolen. Gebruiksduur is maximaal twee uur, afhankelijk van de beeldvormingsmodus en helderheid van het display.
Bio-compatibiliteitsnormen AAMI/ANSI/ISO 10993-1:2009, Biologische evaluatie van medische hulpmiddelen – deel 1: Beoordeling en testen (2009). AAMI/ANSI/ISO 10993-5, Biologische evaluatie van medische hulpmiddelen – deel 5: Tests voor in vitro-cytotoxiciteit (2009). AAMI/ANSI/ISO 10993-10, Biologische evaluatie van medische hulpmiddelen – deel 10: Beproevingen voor het opsporen van irritatie en huidgevoeligheid (2002).
Hoofdstuk 10: Akoestisch vermogen Dit hoofdstuk bevat de veiligheidsinformatie die wordt vereist door regelgevende instanties met betrekking tot akoestisch vermogen. Deze informatie is van toepassing op het ultrasone systeem, de transducer, accessoires en randapparatuur. ALARA-principe ALARA is de richtlijn voor het gebruik van diagnostisch ultrageluid. Echografisten en andere gekwalificeerde gebruikers van het ultrasone systeem bepalen met behulp van gezond verstand en inzicht de blootstelling die 'zo laag als redelijkerwijs mogelijk is' .
Passend gebruik van ultrageluid betekent het beperken van blootstelling van de patiënt tot het laagste ultrasone vermogen gedurende de kortst mogelijke tijd die nodig is om geaccepteerde diagnostische resultaten te verkrijgen. Beslissingen die passend gebruik ondersteunen, zijn gebaseerd op het type patiënt, het onderzoekstype, de geschiedenis van de patiënt, het gemak of de moeilijkheid van het verkrijgen van diagnostisch nuttige informatie en mogelijk plaatselijke verhitting van de patiënt wegens de oppervlaktetemperatuur van de transducer.
Ontvangerbedieningselementen De ontvangerbedieningselementen zijn de bedieningselementen voor versterking. Ontvangerbedienings- elementen beïnvloeden het vermogen niet. Deze dienen, indien mogelijk, te worden gebruikt om beeld- kwaliteit te verbeteren voordat bedieningselementen worden gebruikt die het vermogen direct of indirect beïnvloeden. Akoestische artefacten Een akoestisch artefact is informatie, die in een beeld aanwezig of afwezig is, die de vastgelegde structuur of flow niet juist weergeeft.
Pagina 202
Tabel 10-1: Richtlijnen voor het verminderen van MI Transducer Diepte C11x rC60xi standaard/versterkt HFL38xi HFL50x HSL25x ICTx L25x L38xi standaard/versterkt P10x rP19x standaard/versterkt TEExi Verminder of verlaag de instelling van de parameter om MI te verminderen. Vergroot of verhoog de instelling van de parameter om MI te verminderen. Richtlijnen voor het verminderen van MI en TI...
Pagina 203
Tabel 10-2: Richtlijnen voor het verminderen van TI CPD-instellingen Transducer PW-instellingen Breedte Hoogte Diepte Optimali- Diepte seren C11x (Diepte) rC60xi standaard/ (PRF) versterkt HFL38xi (Diepte) HFL50x (Diepte) HSL25x (PRF) ICTx Onder- zoek gyn (PRF) L25x (PRF) L38xi standaard/ versterkt (Zone of grootte monster- volume) P10x...
Tabel 10-2: Richtlijnen voor het verminderen van TI (vervolg) CPD-instellingen Transducer PW-instellingen Breedte Hoogte Diepte Optimali- Diepte seren TEExi (PRF) Verminder of verlaag de instelling van de parameter om TI te verminderen. Vergroot of verhoog de instelling van de parameter om TI te verminderen. Vermogensweergave Het systeem voldoet aan de AIUM-norm voor vermogensweergave voor MI en TI.
Pagina 205
Om de TI juist weer te geven en te voldoen aan het ALARA-principe, selecteert de gebruiker een geschikte TI op basis van het specifieke onderzoek dat wordt uitgevoerd. FUJIFILM SonoSite levert een kopie van AIUM Medical Ultrasound Safety (Veiligheid van medische ultrageluidstoepassingen) die richtlijnen bevat om te bepalen welke TI geschikt is.
Nauwkeurigheid van MI- en TI-uitvoerweergave Het nauwkeurigheidsresultaat voor de MI wordt statisch vermeld. Met 95% zekerheid ligt 95% van de gemeten MI-waarden binnen +18% tot -25% van de weergegeven MI-waarden of binnen +0,2 van de weergegeven waarde, welke waarde groter is. Het nauwkeurigheidsresultaat voor de TI wordt statisch vermeld.
Gerelateerde begeleidende documenten Information for Manufacturers Seeking Marketing Clearance of Diagnostic Ultrasound Systems and Transducers, FDA, 2008. Medical Ultrasound Safety, American Institute of Ultrasound in Medicine (AIUM), 1994. (Met elk systeem wordt een kopie meegeleverd.) Acoustic Output Measurement Standard for Diagnostic Ultrasound Equipment, NEMA UD2-2004. Acoustic Output Measurement and Labeling Standard for Diagnostic Ultrasound Equipment, American Institute of Ultrasound in Medicine, 1993.
Tabel 10-5: Stijging oppervlaktetemperatuur transducer, intern gebruik (°C) Test ICTx TEExi Stilstaande lucht Gesimuleerd gebruik Akoestisch vermogen meten Sinds het eerste gebruik van diagnostisch ultrageluid zijn de mogelijke biologische effecten op mensen door blootstelling aan ultrageluid door verschillende wetenschappelijke en medische instituten bestudeerd. In oktober 1987 bekrachtigde het American Institute of Ultrasound in Medicine (AIUM) een rapport van zijn commissie voor biologische effecten (Bioeffects Considerations for the Safety of Diagnostic Ultrasound, J Ultrasound Med., Sept.
Pagina 209
Verzwakkingsfactor (a) voor verschillende weefseltypen worden hieronder gegeven: hersenen = 0,53 hart = 0,66 nier = 0,79 lever = 0,43 spieren = 0,55 l = huidlijn tot metingsdiepte in cm f = middenfrequentie van de combinatie transducer/systeem/modus in MHz Omdat het ultrasone pad tijdens het onderzoek waarschijnlijk door verschillende lengten en types weefsel gaat, is het moeilijk om de werkelijke In Situ-intensiteit te schatten.
Weefselmodellen en apparatuuronderzoek Weefselmodellen zijn nodig om verzwakking en akoestische blootstellingsniveaus In Situ te schatten op basis van metingen van akoestisch vermogen in water. Momenteel kunnen beschikbare modellen beperkt zijn qua nauwkeurigheid vanwege verschillende weefselpaden tijdens diagnostische blootstelling aan ultrageluid en onzekerheden in de akoestische eigenschappen van zachte weefsels.
Tabellen voor akoestisch vermogen Tabel 10-6 Tabel 10-51 geven het akoestische vermogen voor systeem- en transducercombinaties met een TI of MI gelijk aan of groter dan één. Deze tabellen zijn ingedeeld op transducermodel en beeldvormingsmodus. Raadpleeg “Terminologie in de tabellen met akoestisch vermogen” op pagina 252 voor een definitie van termen die in de tabellen worden gebruikt Opmerking...
Pagina 212
Tabel 10-6: Transducermodel: C11x Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) r. 3 (mW) – 24,6 21,7 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 213
Tabel 10-7: Transducermodel: rC60xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,31 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 214
Tabel 10-8: Transducermodel: rC60xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 2,18 r. 3 (mW) – – 69,8 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 215
Tabel 10-9: Transducermodel: rC60xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,21 r. 3 (mW) 107,5 – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 216
Tabel 10-10: Transducermodel: rC60xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 1,73 r. 3 (mW) – – 291,8 min van [W (mW) 187,5 TA. 3 (cm) (cm) (cm) 3,60...
Pagina 217
Tabel 10-11: Transducermodel: HFL38xi Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,05 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 218
Tabel 10-12: Transducermodel: HFL38xi Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 3,14 r. 3 (mW) – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) z@PII (cm) .
Pagina 219
Tabel 10-13: Transducermodel: HFL38xi Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,05 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 220
Tabel 10-14: Transducermodel: HFL38xi Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 2,69 r. 3 (mW) – 47,7 47,7 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 221
Tabel 10-15: Transducermodel: HFL50x Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,051 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 222
Tabel 10-16: Transducermodel: HFL50x Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 3,14 r. 3 (mW) – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) (cm) (MHz)
Pagina 223
Tabel 10-17: Transducermodel: HFL50x Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,05 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 224
Tabel 10-18: Transducermodel: HFL50x Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 2,69 r. 3 (mW) – 42,6 42,6 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 225
Tabel 10-19: Transducermodel: HSL25x Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,87 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 226
Tabel 10-20: Transducermodel: HSL25x Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,35 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 227
Tabel 10-21: Transducermodel: HSL25x Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) r. 3 (mW) – 28,1 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) 0,75 z@PII...
Pagina 228
Tabel 10-22: Transducermodel: HSL25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,02 – – – (MPa) 0,47 r. 3 (mW) 0,70 – – min van [W (mW) – TA.
Pagina 229
Tabel 10-23: Transducermodel: HSL25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 – 0,01 – 0,02 (MPa) 0,47 r. 3 (mW) – 0,45 0,45 min van [W (mW) –...
Pagina 230
Tabel 10-24: Transducermodel: HSL25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,06 – – – (MPa) 0,42 r. 3 (mW) – – min van [W (mW) – TA.
Pagina 231
Tabel 10-25: Transducermodel: HSL25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,18 – 0,12 – 0,21 (MPa) 0,44 r. 3 (mW) – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 232
Tabel 10-26: Transducermodel: ICTx Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 16,348 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) (cm) 0,192 (MHz) –...
Pagina 233
Tabel 10-27: Transducermodel: L25x Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,87 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 234
Tabel 10-28: Transducermodel: L25x Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,35 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 235
Tabel 10-29: Transducermodel: L25x Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 32,1 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) 0,75 (cm) 0,30 (MHz)
Pagina 236
Tabel 10-30: Transducermodel: L25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,02 – – – (MPa) 0,47 (mW) 0,70 – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 237
Tabel 10-31: Transducermodel: L25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 – 0,01 – 0,02 (MPa) 0,47 (mW) – 0,45 0,45 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 238
Tabel 10-32: Transducermodel: L25x oftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,06 – – – (MPa) 0,42 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 239
Tabel 10-33: Transducermodel: L25xoftalmologisch gebruik Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan ≤1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,18 – 0,12 – 0,21 (MPa) 0,44 (mW) – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 240
Tabel 10-34: Transducermodel: L38xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,30 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 241
Tabel 10-35: Transducermodel: L38xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 3,54 (mW) – 37,1 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) 0,90 z@PII...
Pagina 242
Tabel 10-36: Transducermodel: L38xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 3,30 (mW) 49,0 – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 243
Tabel 10-37: Transducermodel: L38xi standaard/versterkt Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 2,59 (mW) – 114,5 114,5 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 244
Tabel 10-38: Transducermodel: P10x Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) (mW) – – 42,2 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) –...
Pagina 245
Tabel 10-39: Transducermodel: P10x Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 1,92 (mW) – 34,4 31,9 26,9 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 246
Tabel 10-40: Transducermodel: P10x Bedieningsmodus: CW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 34,8 25,7 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) 0,70 z@PII (cm)
Pagina 247
Tabel 10-41: Transducermodel: rP19x standaard/versterkt Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,10 (mW) 96,1 – – 177,8 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 248
Tabel 10-42: Transducermodel: rP19x standaard/versterkt Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 2,10 (mW) – 55,0 62,1 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 249
Tabel 10-43: Transducermodel: rP19x standaard/versterkt Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – – (MPa) 2,10 (mW) 115,6 – – 170,5 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 250
Tabel 10-44: Transducermodel: rP19x standaard/versterkt Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) 1,94 (mW) – – 240,2 251,1 min van [W (mW) 173,7 TA. 3 (cm) (cm) (cm) 3,35 z@PII...
Pagina 251
Tabel 10-45: Transducermodel: rP19x standaard/versterkt Bedieningsmodus: CW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 125,4 125,4 125,4 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) –...
Pagina 252
Tabel 10-46: Transducermodel: rP19x orbitaal gebruik standaard/versterkt Bedieningsmodus: 2D Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,03 – – – 0,07 (MPa) 0,25 (mW) – – min van [W (mW) – TA. 3 (cm) –...
Pagina 253
Tabel 10-47: Transducermodel: rP19x orbitaal gebruik standaard/versterkt Bedieningsmodus: M Mode Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 – – 0,01 0,02 0,02 (MPa) 0,25 (mW) – – 1,34 1,34 min van [W (mW) TA.
Pagina 254
Tabel 10-48: Transducermodel: rP19x orbitaal gebruik standaard/versterkt Bedieningsmodus: CPD/kleur Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 A scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,17 0,09 – – – 0,23 (MPa) 0,25 (mW) – – 15,5 min van [W (mW) –...
Pagina 255
Tabel 10-49: Transducermodel: rP19x orbitaal gebruik standaard/versterkt Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde 0,18 – – 0,27 0,59 0,57 (MPa) 0,27 (mW) – – 35,3 37,4 min van [W (mW) 25,3 TA.
Pagina 256
Tabel 10-50: Transducermodel: TEExi Bedieningsmodus: PW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 35,8 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) 2,57 z@PII (cm) .
Pagina 257
Tabel 10-51: Transducermodel: TEExi Bedieningsmodus: CW Doppler Zonder scan Indexlabel M.I. Zonder Scan <1 scan >1 aprt aprt Algemene maximale indexwaarde – – (MPa) (mW) – 34,4 min van [W (mW) – TA. 3 (cm) – (cm) – (cm) z@PII (cm) .
Terminologie in de tabellen met akoestisch vermogen Term Definitie Aaprt Oppervlakte van de actieve apertuur gemeten in cm Brandpuntlengte of azimutale lengte (x) en elevatielengte (y) in centimeter, indien deze verschillen. deq(z) Equivalente bundeldiameter als functie van axiale afstand z en is gelijk aan ⁄...
Term Definitie Thermische index zacht weefsel is een thermische index voor zachte weefsels. TIS scan is de thermische index zacht weefsel in een autoscanmode. TIS non-scan is de thermische index zacht weefsel in de non-autoscanmode. TI-type Van toepassing zijnde thermische index voor de transducer, de beeldvormingsmodus en het onderzoekstype.
Verklarende woordenlijst Termen Voor termen met betrekking tot ultrageluid die niet staan vermeld in deze verklarende woordenlijst raadpleegt u Recommended Ultrasound Terminology, Third Edition (Aanbevolen terminologie ultrageluid, derde editie), in 2011 uitgegeven door het American Institute of Ultrasound in Medicine (AIUM). (ALARA) zo laag als De richtlijn voor gebruik van ultrageluid, waarbij wordt bepaald dat u de redelijkerwijs mogelijk is...
Pagina 262
SonoHD2™-beeldvormin Een deelverzameling van de 2D-beeldvormingsmodus waarbij het 2D-beeld gstechnologie wordt verbeterd door ruisartefacten bij de randen van weefsel te verminderen en de contrastresolutie te verbeteren door artefacten te verminderen en de visualisatie van textuurpatronen binnen het beeld te verbeteren. SonoMB-technologie, Een deelverzameling van de 2D-beeldvormingsmodus waarbij het 2D-beeld Steep Needle...
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie Aorta Diameter aortawortel Apical Apicale weergave APTD Anteroposterieure diameter romp Acceleratietijd (deceleratietijd) Gemiddelde ultrasone leeftijd Berekend door het gemiddelde te nemen van de afzonderlijke ultrasone leeftijd voor de metingen van de biometrie van de foetus die tijdens het onderzoek zijn uitgevoerd.
Pagina 265
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie Continuous Wave Doppler CxLen Lengte cervix Diameter D Apical Afstand apicaal DCCA Distale arteria carotis communis DECA Distale arteria carotis externa DICA Distale arteria carotis interna Dist Distaal dP:dT Deltadruk: deltatijd Pieksnelheid E-golf E PG Piekdrukgradiënt E-golf...
Pagina 266
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie EF:HELLING E-F-helling Geschat gewicht foetus Berekend aan de hand van de metingen die tijdens het onderzoek zijn uitgevoerd. De metingen die zijn gebruikt om EFW te bepalen, worden gedefinieerd door de huidige geselecteerde auteur voor het berekenen van EFW.
Pagina 267
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie Gynaecologie Hoofdomtrek Humeruslengte Hartfrequentie Arteria carotis interna Dikte intima-media Vena cava inferior IVRT Relaxatietijd bij gelijk volume Interventriculair septum IVSd Interventriculair septum diastolisch IVSFT Fractionele verdikking interventriculair septum IVSs Interventriculair septum systolisch Kleine lichaamsdelen Linkeratrium LA/Ao...
Pagina 268
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie LVDd Afmeting linkerventrikel diastolisch LVDFS Fractionele verkorting afmeting linkerventrikel LVDs Afmeting linkerventrikel systolisch LVEDV Einddiastolisch volume van linkerventrikel LVESV Eindsystolisch volume van linkerventrikel LVET Ejectietijd linkerventrikel LV-massa Massa linkerventrikel Opacificatie linkerventrikel LV-oppervlakte Oppervlakte linkerventrikel LVOT...
Pagina 269
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie Midden M Mode MR PISA Terugstroming mitralisklep, oppervlakte van proximaal gebied waarin de snelheid gelijk is MR/VTI Terugstroming mitralisklep/snelheid-tijdsintegraal Mitralisklep MV/VTI Mitralisklep/snelheid-tijdsintegraal Oppervlakte mitralisklep MV ERO Effectieve terugstromingsopening mitralisklep MV-oppervlakte Oppervlakte mitralisklep MV PISA-oppervlakte Mitralisklep, oppervlakte van proximaal gebied waarin de snelheid gelijk is...
Pagina 270
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie PCCA Proximale arteria carotis communis PCoA Arteria communicans posterior PECA Proximale arteria carotis externa PGmax Maximale drukgradiënt PGmean Gemiddelde drukgradiënt Drukgradiënt Drukhalfwaardetijd Pulsatiliteitsindex PICA Proximale arteria carotis interna PISA Oppervlakte van proximaal gebied waarin de snelheid gelijk is Plaq Plaque POST F...
Pagina 272
Tabel 11-1: Afkortingen in de gebruikersinterface (vervolg) Afkorting Definitie Transversale rompdiameter Tricuspidalisklep Oppervlakte tricuspidalisklep Ultrasone leeftijd Berekend op basis van gemiddelde berekeningen uitgevoerd voor een bepaalde foetale biometrie. Umb A Navelstrengslagader Arteria vertebralis VArty Arteria vertebralis Vasculair Veneus Verl Verloskunde Vertak Vertakking Volumeflow...