SVENSKA
• Met de bedoeling dat alleen het te onderzoeken deel van het oog wordt belicht,
moet de spleethoogte overeenkomstig ingesteld worden om storende irradiatie
te voorkomen.
• Onderdelen die in contact komen met de zorgvrager (hoofdsteun) moeten vóór
elk gebruik worden gedesinfecteerd (zie de gebruiksaanwijzing 'Hoofdsteun').
• De spleetlamp moet na elk onderzoek worden uitgeschakeld overeenkomstig
het hoofdstuk "Buiten bedrijf stellen".
6.3 Bediening van het apparaat
WAARSCHUWING!
Het apparaat moet na elk gebruik worden uitgeschakeld. Wanneer een
stofhoes wordt gebruikt, bestaat het gevaar van oververhitting.
• Met de draaischroef (7) moet de kinsteun zodanig (6) worden ingesteld dat de
ogen van de patiënt zich bevinden op de hoogte van de zwarte markering (4)
aan de zijkanten van de hoofdsteun.
• De oculairs (32) moeten overeenkomstig de refractie van de onderzoeker wor-
den ingesteld door aan de gekartelde ringen te draaien.
• Schakel de belichting in door op de schakelaar op de voedingsadapter te druk-
ken.
• Stel de hoogte van de spleetlamp in door aan de joystick (39) te draaien totdat
de lichtbundel en de as van de microscoop zich op ooghoogte bevinden.
• De vergroting van de stereomicroscoop kan worden veranderd met behulp van
de draaiknop van de vergrotingswisselaar (15).
• Houd de joystick (40) enigszins in de richting van de onderzoeker om het hele
apparaat te verschuiven totdat de spleet bij benadering scherp op het hoornvlies
wordt afgebeeld. De controle van deze grove instelling wordt met het blote oog
uitgevoerd. De fijnafstelling bereikt men door kantelen van de joystick onder
waarneming via de stereomicroscoop (31).
• De spleetbreedte wordt links of rechts met de draaiknop (21) ingesteld, evenals
de hoek tussen de stereomicroscoop en de belichting.
• Het spleetbeeld kan verticaal, horizontaal of zo diagonaal als nodig worden in-
gesteld door de belichting met de hefboom (28) te verdraaien (vergrendelpunten
op 45°, 90° en 135°; stopt bij 0° en 180°; schaal in stappen van 5°).
• Opdat bij een zijwaartse hoek van 3° – 10° ook een ongestoord binoculair fun-
dusonderzoek mogelijk is, wordt een korte spiegel (13) ingezet, de belichting via
de kartelknop (21) met 90° gedraaid en door middel van de hefboom (36) in
© HAAG‑STREIT AG, 3098 Koeniz, Switzerland ‑ HS‑Doc. no. 1500.7220590‑04100 / 2023 – 01
NEDERLANDS
PORTUGUÊS
• Voorglazen en contactglazen worden gebruikt om de oogfundus te onderzoe-
Diffuse belichting:
• Door de diffusor (14) stroomopwaarts aan te sluiten ontstaat een diffuse belich-
Indirecte belichting:
• Voor waarneming in regrediënt licht (indirecte belichting) wordt de centreer-
Spleetbelichting kantelen:
• Met de hefboom (36) kan de belichting met stappen van 5° gekanteld worden.
ESPAÑOL
ITALIANO
FRANÇAIS
stappen van 5° gekanteld, de belichting en de microscoop in de middenpositie
(0°) gedraaid.
ken.
ting. Daarmee wordt overzichtswaarneming mogelijk gemaakt en dit kan met be-
hulp van een Imaging Module gebruikt worden om een overzichtsbeeld vast te
leggen.
schroef (18) losgedraaid om het spleetbeeld uit het midden van het gezichtsveld
te krijgen. Na het vastzetten van de schroef centreert het spleetbeeld zich weer.
Daardoor wordt bij een horizontale spleetoriëntatie een schuine lichtinval van
onderaf gegenereerd. Het kantelen van de spleet maakt reflexvrij onderzoek met
contactglazen (fundus en gonioscopie) en loepen mogelijk.
DEUTSCH
ENGLISH
11