2023-06 NL 5040064.10A.05
9.8 Buitenrondingen en cirkels naaien
Met het differentieeltransport kan de naad voor platte, afgeronde randen in vorm worden getrokken of
worden verschoven.
> Knip de naadtoeslag op één plaats ter lengte van de naaivoet af.
> Begin en eindig de naad bij de afgeknipte naadtoeslag.
– Als er golven ontstaan: Stel het differentieeltransport op 1,5 − 2 in.
– Als er plooien ontstaan: Stel het differentieeltransport op 0,7 − 1 in.
> Naai 1 − 2 steken aan het einde van de naad over het begin van de naad.
> Steek de naald in de stof en zet de naaivoet omhoog.
> Draai de stof naar links van de naaivoet weg.
> Zet de naaivoet omlaag en naai voorbij de stof.
Overlocken in de praktijk
77