Montage
Wechsel ein-auf zweispaltig
4.6
Algemene aanwijzingen voor de montage
De volgende punten moeten bij de montage in acht genomen worden:
•
De meetbuis moet altijd gevuld zijn.
•
De stroomrichting moet met de aanduiding, indien aanwezig, overeen komen.
•
Bij alle flensschroeven moet het maximale koppel aangehouden worden.
•
Apparaten zonder mechanische spanning (torsie, buigingen) inbouwen.
•
Tussenflensapparaten met vlakparallelle contraflenzen altijd van de juiste pakkingen
voorzien.
•
De pakking moet uit een materiaal bestaan dat bestand is tegen de te meten stof en de
temperatuur van de te meten stof.
•
De pakkingen mogen niet tot in de doorstroomruimte uitsteken, omdat eventuele
wervelingen de nauwkeurigheid van de apparaten beïnvloeden.
•
De buizen mogen geen ontoelaatbare krachten en momenten op het apparaat uitoefenen.
•
De afsluitstoppen in de kabelschroefverbindingen pas bij montage van de elektrische kabel
verwijderen.
•
Op correcte zitting van de behuizingsafdichtingen letten. Deksel zorgvuldig afsluiten.
Dekselschroeven vast aantrekken.
•
De meetomvormer niet in directe zonnestraling plaatsen, zonodig zonnescherm plaatsen.
•
Bij de keuze van de montageplaats erop letten dat er geen vocht kan binnendringen in de
aansluit- of meetomvormerruimte.
•
De signaalkabelstekkers moeten correct worden aangebracht en gekrompen zijn om
beveiligingsklasse IP 67 te kunnen garanderen.
26
FV4000 / FS4000
D184B097U11